Voetbal is een stadssport

Van de tweeëntwintig jongens die de legendarische nationale ploeg vormden van het wereldkampioenschap in Mexico 1986, speelden welgeteld twee spelers in het buitenland. Jean-Marie Pfaff voor Bayern München en Eric Gerets voor het Nederlandse Philips Sport Vereniging Eindhoven. Twee op de tweeëntwintig. Jongens van bij ons.

Destijds telde de nationale elite zelfs spelers van kleinere clubs als Beerschot (Patrick Vervoort) en het ter ziele gegane Thor Waterschei (Lei Clijsters). Die lokale Belgen bereikten de halve finale van een wereldkampioenschap.
Vandaag spelen welgeteld drie spelers van de nationale selectie nog in het vaderland. Laurent Ciman voetbalt voor Standard Luik, Sammy Bossut beschermt het doel van Zulte-Waregem en Anthony Vanden Borre is de rechtsachter van Royal Sporting Club Anderlecht.

Voetbal is grondig veranderd. Twaalf van onze jongens voetballen in de beste competitie ter wereld, de Engelse Premier League. Een belangrijk deel van de huidige selectie heeft zijn opleiding genoten bij grote binnen- en buitenlandse stadsploegen.
Het verhaal van Vincent Kompany is genoegzaam bekend. Zijn moeder was afkomstig uit de Ardennen en zijn vader is in Congo geboren. Zelf groeide hij op in de moeilijke Noordwijk van de hoofdstad. Niet de makkelijkste plek om ongeschonden groot te worden. RSC Anderlecht en de Brusselse pleintjes gecombineerd met stedelijke weerbaarheid en flair maakten van hem de mens, de voetballer en het merk dat hij nu is.

Vanden Borre is een variatie op hetzelfde thema. Het parcours van de straatvoetballer ging wat moeizamer. Ondanks het onmiskenbaar talent en zijn goede, soms goedgelovige karakter verzonk hij bijna in de vergetelheid. RSC Anderlecht viste hem op en gaf hem de kans op eerherstel. Vorig jaar deze tijd was hij beroepsvoetballer af. Binnen enkele dagen reist hij af naar Brazilië om de nationale voetbalkleuren te verdedigen. Zijn vader was beroepsvoetballer. Daarom heeft hij in verschillende steden en dorpen geleefd.
Romelu Lukaku is in Antwerpen geboren, begon te voetballen voor het lokale Wintam, ging naar Lierse SK en belandde op erg jeugdige leeftijd bij RSC Anderlecht waar hij op zijn zestiende in het eerste elftal debuteerde. Lang bleef hij niet in Brussel. Op zijn negentiende verkaste hij naar Londen om voor Chelsea FC voetballen. Dat leende hem uit aan West Bromwich Albion en daarna aan Everton FC.

Jan Verthongen en Thomas Vermaelen, van respectievelijk Tielrode en Kapellen, hebben zelfs nooit in België gevoetbald. De verdedigers werden opgeleid door Ajax Amsterdam. De ene maakt furore bij de Londense Spurs en de andere bij stadsrivaal Arsenal FC.
De Brusselaar Adnan Januzaj werd door FC Brussels maar vooral door RSC Anderlecht gevormd maar zijn eerste stappen als profvoetballer zette hij bij Manchester United.

De minzame Sinjoor Moussa Dembélé, zijdezachte pleintjesspeler, werd dan weer in Nederland opgevoed om vandaag in Londen te voetballen. Bij Tottenham Hotspur FC. Zo kunnen we blijven doorgaan. Onze nationale elf zijn sexy, hebben kleur en zijn stedelijk.


David Steegen is persverantwoordelijke van RSC Anderlecht