Tien terreurverdachten in gevangenis Vorst: 'Niet de juiste infrastructuur'

De gevangenis van Vorst, waar onder meer de Brusselse terreurverdachte Mohammed Abrini momenteel verblijft, is "niet erg geschikt" om de vele gedetineerden gelinkt aan terrorismedossiers te ontvangen. Dat zegt de christelijke vakbond ACV Openbare Diensten. "We beschikken niet over de nodige infrastructuur", klinkt het.

De Franstalige openbare omroep RTBF berichtte dinsdag al over de bezorgdheden van de cipiers. Laurence Clamar, permanent secretaris Justitie bij ACV Openbare Diensten en Mohamed Bercha, ACV-afgevaardigde in de gevangenis van Vorst, bevestigen die, maar verzekeren dat er geen acties op til zijn.

Geen acties
"We hebben nog geen stakingsaanzegging ingediend, maar we zien dit als een waarschuwing aan het bestuur van de gevangenis", zegt Bercha. Volgens Clamar wordt Vorst vooral gebruikt als een gevangenis voor gedetineerden die nog in voorlopige hechtenis zitten. "Wanneer een vermoedelijke terrorist wordt aangehouden, wordt hij naar daar overgebracht, omdat die het dichtstbij ligt voor de zitting in de raadkamer." En dat zorgt voor problemen: voor elk van die gedetineerden gelden speciale veiligheidsmaatregelen en bovendien moeten ze van elkaar geïsoleerd worden.

Infrastructuur
Daar is niet genoeg infrastructuur voor, luidt het. "Gisteren waren het elf vermoedelijke terroristen, maar vanmorgen is er een vertrokken naar Sint-Gillis. De infrastructuur is echter nog steeds niet voldoende. Er zijn geen speciale cellen, waardoor we ze dus niet apart kunnen houden", klaagt Bercha. "Twee, drie of vier zou te doen zijn, maar meer niet, daar hebben we de cellen, noch het personeel voor."