BRNS bevestigt met zijn tweede volwaardige langspeler zijn status als voortrekker van een pretentieloze Brusselse rockscene, die gestage groei verkiest boven snelle roem en stilaan ook in Vlaanderen aanslaat. Gerodeerd in buitenlandse zalen lanceren ze het opvallend poppy Sugar high straks in hun thuisstad.
Brusselse rockband BRNS stelt album voor in Beursschouwburg
Op de cover van hun nieuwe album staat een fragment van een stripverhaal van Philippe Meersseman, vader van bassist-toetsenist Antoine. “Het schetst een sfeerbeeld van wijlen Plan K, de beruchte Brusselse concertzaal waar new-wavebands als Cabaret Voltaire en Joy Division de lokale jeugd een tijdelijke uitweg uit de dagelijkse sleur boden.”
Pa Meersseman werkte ooit mee aan een fanzine over de zaal. Hij is nooit doorgebroken als striptekenaar, maar zijn werk herleeft tegenwoordig als artwork van BRNS. “De zaal bevond zich in een oude suikerraffinaderij in de Kanaalzone en intrigeerde ons vooral omdat we die scene zelf niet meegemaakt hebben,” zegt Antoine. “We waren toen niet eens geboren. Maar wat zouden we daar graag opgetreden hebben!”
“We concerteren liefst op plekken die een beetje geleefd hebben,” zegt zanger-drummer Timothée Philippe. “Het opgepoetste livecircuit zegt ons minder.” Hij verwijst naar de SMAc-zalen in Frankrijk. De zogenaamde Scènes de Musiques Actuelles moeten aan een hele resem criteria voldoen wat geluid en capaciteit betreft. “Maar soms zien ze er gewoon te nieuw uit voor een vuil rockconcert, en ze liggen bovendien vaak buiten de stad.”
Dat past inderdaad minder in het plaatje van een band die, onlangs op tournee in Duitsland, via hun Facebookpagina last minute nog enkele slaapplekken probeerde te scoren.
“Natuurlijk is dat een kwestie van budget,” vervolgt Meersseman, “maar daarnaast zouden we het ook maar saai vinden om elke nacht op een hotelkamer te slapen die lijkt op die van vorige nacht. In tegenstelling tot veel Amerikaanse of Engelse groepen, die liefst de hele tijd in hun hotel blijven, willen wij iets zien van de plekken waar we optreden… Soms gooien we gewoon een banaan op en beginnen we een toertje in de richting die ze ons aanwijst.”
Maar vaker nog worden ze rondgeleid door iemand van de productie of hun lokale host. “Zoals na ons tweede concert in Moskou, of onlangs nog in Keulen,” zegt gitarist Diego Leyder.
Majeurfobie
Die nieuwsgierige blik heeft zich nu ook muzikaal doorgezet. Begonnen als postrockband met een nogal complexe sound, speelde BRNS – spreek nog altijd uit als ‘Brains’ – lang de hedendaagse variant van de muziek die destijds hoogtij vierde in Plan K. Af en toe werd hun donkere indierockgeluid omschreven als math rock, en wiskunde is nu eenmaal een vak waar veel mensen het spoor bijster in raken.
Zelfs al hadden de bandleden met het zwierige ‘Mexico’ uit de 7 tracks tellende mini-cd Wounded uit 2012 reeds bewezen dat ze aanstekelijke melodieën konden neerpennen, hun eerste volwaardige langspeler Patine was in de eerste plaats een straf maar erg somber klinkend werkstuk.
“Je hebt gelijk,” zegt Leyder, “ook al was het geen echte math rock, het klonk hermetischer dan de muziek die nu op Sugar high staat.” En toch, zo herinnert Philippe zich: “Ooit stonden we met die mathrockachtige muziek op een hardrockfestival waar iedereen in het zwart gekleed was, behalve wij. We waren als buitenbeentje eigenlijk een beetje gegeneerd dat we zo’n goede plaats op de affiche hadden gekregen, en dan moesten we voor al die zwartjassen ‘Mexico’ nog spelen.” (Lacht)
“Het verschil met ons langspeeldebuut van drie jaar geleden is dat we toen de vaste wil en ambitie koesterden om ons een eigen identiteit aan te meten,” verklaart Leyder de koerswijziging van donkere mid-tempo rock naar een meer uptempo en poppy geluid. “Nu die
identiteit er is, hoeven we niet meer beschaamd te zijn om een vrolijke noot aan te slaan. We hadden ook geen zin om twee keer hetzelfde album te maken. Vooraf wilden we vooral meer lucht pompen in de songs, zodat ze meer ademruimte kregen."
"We wilden af van die dichtgemetselde, gecomprimeerde sound. Een natuurlijke reactie op Patine, denk ik, al was het allemaal niet zo voorbedacht als het nu klinkt. Ik moet wel toegeven dat de jongere versie van mezelf er vroeger niet toe kwam om een compositie te maken in majeur. Iets dat opgewekt klonk was niet serieus of geloofwaardig genoeg in mijn ogen. Dat is helemaal gekeerd. Als ik nu muziek schrijf, kom ik meestal uit bij een kleurrijker palet. Misschien omdat ik het na tien jaar beu was om alleen songs in mineur te schrijven.”
(Lees verder onder de foto.)
Tijd voor Experiment
‘Pious platitude’ illustreert waar hij het over heeft. De tekst van de single die de nieuwe plaat voorafging schreef Leyder samen met zijn vriendin. “Het is een woordspelletje, maar ook een dialoog tussen twee personen die reflecteren over onze sombere teksten: ‘Why does gloom appeal to you? True it’s not my usual mood, but I hate pious platitudes.’”
Meersseman relativeert: “Terwijl de vorige plaat over de hele lijn somber klonk, bevinden we ons nu ergens op een gulden middenweg tussen somber en blij, want naast melodieuze deuntjes zitten er ook harmonieën tussen die vreemd en mystiek zijn, maar daarom niet triest. Eigenlijk is het veel lastiger om zulke liedjes te componeren dan de dramatische toer op te gaan. Het voordeel van een gevarieerder album is dat we nu oude tracks als ‘Mexico’ live beter kunnen inpassen."
"Er heeft ook geen muzikale revolutie plaatsgevonden. We zijn niet plots allemaal naar Cubaanse son beginnen te luisteren. (Lacht) Maar we verstoppen onze invloeden ook niet meer. Als je wilt, kun je nu makkelijker aanknopingspunten vinden met onze voorbeelden uit de jaren 1990, zoals The Flaming Lips en Beck. Ze liggen er niet dik op, maar om ze te ontdekken hoef je niet eerst door de jungle.”
Leyder knikt: “Ook hier is de gêne weg,” en hij stipt meteen de rol aan van Tommy Desmedt, die eerder platen hielp inblikken van andere Brusselse bands zoals Girls In Hawaii en Robbing Millions. “Naast goede koffie kan hij verdomd goede geluidsmixen maken.”
“Met hem erbij hebben we dingen uitgeprobeerd die we nooit eerder gedaan hadden in een opnamestudio,” legt Philippe uit. “Zo hebben we op verschillende tracks de gitaar van Diego achter de basdrum gestopt. Dat geeft een speciale ambiance.” Meersseman benadrukt dat Desmedt hun vaste patronen in vraag stelde. “Bij Patine hebben we wat we voorbereid hadden gewoon opnieuw ingespeeld in de studio. Nu vind ik dat jammer, want als we eerst wat meer uitgetest hadden, zouden er toen ook al meer keuzemogelijkheden geweest zijn.”
Niet alleen de technische kwaliteiten van Desmedt trokken BRNS over de brug. “We wilden in de eerste plaats werken met een producer die we goed kenden, niet met een of andere naam uit New York die tegelijk vijf andere projecten lopen heeft. Een buitenstaander creëert altijd afstand, en dat past niet bij wie we zijn als mensen. We moeten alles tegen elkaar kunnen zeggen.”
Hetzelfde procedé pasten ze toe toen toetsenist César Laloux uit de groep stapte. “Hij wilde zijn eigen projecten ontwikkelen, en daar was met het drukke BRNS-toerschema geen tijd voor,” zegt Philippe.
“Van zijn Franse vervangster Lucie (lees hier een kort portret van haar) wisten we dat ze overweg kon met een keyboard en dat ze nog goed kon zingen ook. Dat was meegenomen, want op de nieuwe plaat staan enkele vrouwelijke gaststemmen, die we live – net zoals de saxpartijen – normaal hadden moeten laten vallen. Op het podium blijkt die vrouwelijke korrel nu echt wel een meerwaarde. Maar het allerbelangrijkste was dat we haar direct als een lid van de BRNS-familie konden beschouwen.”
Geheel in lijn met de familiale laidback attitude van een band die gestage groei altijd verkozen heeft boven snelle roem, verkozen ze het kleine onafhankelijke Franse platenlabel Yotanka Records boven PIAS, dat de plaat uiteindelijk wel verdeelt. “We waren ons ervan bewust dat we bij hen verloren dreigden te lopen tussen releases van grotere namen als Oscar and the Wolf en Melanie de Biasio,” zegt Meersseman.
Het weerhield er hen alvast niet van een krachtige albumtitel te verzinnen. “Die moest kort en dynamisch zijn,” besluit Leyder. “‘Sugar high’ beschrijft precies dat opwekkende gevoel van stijf te staan van de suiker dat het album typeert en afzet van ons oudere werk.” Dat wil overigens niet zeggen dat de bandleden zelf zoetebekken zijn. “Geef ons maar chips,” klinkt het tegendraads. “Misschien moeten we ons volgende album ‘Crispy salty high’ noemen?”
> BRNS. 17/11, 20.30, Beursschouwburg, Brussel
Lees meer over: Brussel-Stad , Muziek
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.