De plenaire vergadering van de Kamer heeft donderdag het licht op groen gezet voor het wettelijk kader voor het gebruik van bodycams door de politie. Het wetsontwerp van minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) kreeg unanieme steun, op de onthouding van PVDA na.
Agenten mogen zelf kiezen wanneer ze bodycam aanzetten
Lees ook: In Brussel vragen minder dan 5 procent van nieuwe Belgen een Nederlandstalige ID-kaart aan
De bodycams kunnen een wapen zijn in de strijd tegen het geweld tegen de politie. Ze kunnen ook dienen om situaties waarin de politie wordt beticht van het gebruik van geweld, beter te contextualiseren. Bovendien heeft wetenschappelijk onderzoek aangetoond dat bodycams kunnen helpen een situatie te de-escaleren.
Het wetsontwerp schrijft onder meer voor wanneer de bodycam kan worden gebruikt. Het is de bedoeling dat ze niet permanent draaien en dat de verwerking en bewaring van de beelden de privacyregels niet schenden, maar Volgens Verlinden is het niet mogelijk in de tekst tot in de details te omschrijven wanneer de bodycam al dan niet kan worden gebruikt. Dat hangt af van de inschatting van de politie, op basis van de situatie of de context. Het gaat zowel om beeld als geluid, die door de politiediensten én door burgers als bewijsstuk kunnen worden gebruikt.
Er is voor gekozen dat de agent zelf de bodycam moet activeren. Een omzendbrief moet nog bijkomend toelichting geven bij bijvoorbeeld de vraag van burgers om de opname in gang te zetten. Het is ook de bedoeling dat agenten waarschuwen dat ze een bodycam gebruiken, tenzij dat onmogelijk blijkt.
Verschillende politiezones hebben er al proefprojecten met bodycams opzitten. Verlinden kondigde in december vorig jaar aan dat er 3,2 miljoen euro wordt uitgetrokken voor de aankoop van 3.100 bodycams voor de federale politie.
Lees meer over: Brussel , Veiligheid , Politiek , bodycam , politie , Annelies Verlinden