In het Astridpark in Anderlecht is een witte merel opgedoken. De witte veren zijn een gevolg van een genetische afwijking, mogelijk ontstaan door het industriële voedsel dat de vogels in de stad opscharrelen.

©
Shutterstock
Witte merel: Merkwaardige parkbewoner met een genetische afwijking
De witte merel
- Lijdt aan leucisme, afgeleid van het Griekse woord leukos, dat wit betekent
- De kleurafwijking wordt veroorzaakt door de (gedeeltelijke) afwezigheid van melaninecellen
- Kan zich door die aandoening minder goed verbergen voor roofdieren
Merels zijn normaal gitzwart of donkerbruin, naargelang het een mannetje of een vrouwtje is, maar een oplettende BRUZZ-redacteur spotte onlangs een opmerkelijk exemplaar in het Astridpark: wit met zwarte vlekken.
“Om een veelvoorkomend misverstand uit te roeien: het gaat hier niet om een albinovogel,” zegt Olivier Beck, departementshoofd natuurbeheer bij Leefmilieu Brussel. “Bij albinisme zijn dieren volledig wit en hebben ze rode ogen. Door de afwezigheid van pigment in de iris hebben zulke vogels een slecht zicht en worden ze een gemakkelijke prooi voor roofdieren zoals sperwers. Om die reden blijven ze zelden lang in leven.”
Witte merels lijden doorgaans aan leucisme, een genetische afwijking die leidt tot verminderde pigmentatie, waardoor hun vederkleed niet helemaal zwart of bruin kleurt. “Die gedeeltelijke verwitting treft verschillende vogelsoorten, denk maar aan de uitdrukking ‘een witte raaf’. De verkleuring valt het sterkst op bij grote, zwarte vogels en wordt het best gedocumenteerd als die zich bovendien vaak in de buurt van mensen ophouden, zoals zeker bij kraaien het geval is. Hoogstwaarschijnlijk komt het heel breed voor. Het is alleszins geen voordeel voor vogels, door de aandoening zijn ze minder goed gecamoufleerd.”
"Sommige onderzoekers opperen dat leucisme mee veroorzaakt zou worden door onevenwichtige voeding van industriële kwaliteit die merels opscharrelen in steden zoals Brussel.”
departementshoofd natuurbeheer bij Leefmilieu Brussel

Zo’n exemplaar spotten lijkt voor vogelliefhebbers wel erg bijzonder, maar Beck nuanceert dat. “Zo uitzonderlijk zijn ze niet, en ze worden het vaakst gezien in de stad.” Hoe dat komt, is niet geheel duidelijk. “Wel zijn er meer waarnemers in stedelijke omgevingen, waardoor ze er gemakkelijker opgemerkt worden. Sommige onderzoekers opperen dat leucisme mee veroorzaakt zou worden door onevenwichtige voeding van industriële kwaliteit die merels opscharrelen in steden zoals Brussel.”
Enige ervaring kan nuttig zijn om witte merels te herkennen, want een vergissing is snel gebeurd. “Zo worden ze soms verward met beflijsters, vogels die net zoals de merels tot de familie van lijsters behoren en een witte uitsparing op de borst hebben.” En dan er is ook het fenomeen van ‘progressieve vergrijzing’: sommige vogels krijgen bij het ouder worden witte veren door verminderde pigmentatie. Net als mensen worden die vogels grijzer met de jaren.
“Wil je zeker zijn, luister dan ook aandachtig,” raadt Beck aan. “De merel heeft een heel unieke zang, prachtig melodieus, en heel luid en duidelijk.” Op dit moment laat hij ook stevig van zich horen, want het broedseizoen is gearriveerd. “Ze zijn nu erg territoriaal en hun hormonen spelen op, waardoor je ze goed kan horen zingen. Tegelijk staan de bomen nog niet helemaal in blad, je kan ze dus ook mooi zien zitten.” Wie de witte merel in het Astridpark wil zien: dit is het ideale ogenblik.
Lees meer over: Anderlecht , Biodiversiteit , Beestig Brussel , Witte merel , Merel , Olivier Beck , Leefmilieu Brussel