Hoofdbeschuldigde Mehdi Nemmouche heeft dinsdag geweigerd te praten tijdens het verhoor van voorzitter Laurence Massart. Hij oordeelt dat hij zich niet voldoende kan verdedigen omdat iedereen die de verdediging wilde oproepen als getuige, door Massart geweigerd werd.
Nemmouche ontkent aanslag op Joods Museum en wil verder niet praten
Dinsdag zou een cruciale dag worden op het assisenproces over de aanslag op het Joods Museum. De voorzitster zou immers hoofdbeschuldigde Mehdi Nemmouche aan de tand voelen. Maar die voelde daar niets voor.
Nemmouche antwoordde eerst wel negatief op de vraag of hij de aanslag op het Joods Museum gepleegd had. Hij bekende vervolgens wel dat hij in het bezit was van de wapens. Daarna liet hij weten voorlopig geen vragen te beantwoorden. "Ik kan me niet verdedigen omdat alle getuigen die een andere lezing van het dossier zouden geven, geweigerd zijn. Daarom wil ik geen uitleg geven."
Voorzitter Massart maakte hem duidelijk dat er geen "voorlopig" is in dit proces. "Je antwoordt nu of niet", klonk het.
Defecte revolver
Volgens de verdediging kan Mehdi Nemmouche de dader niet zijn. Hij werd op 30 mei 2014, een week na de aanslag in Brussel, opgepakt toen hij met een bus aankwam in Marseille en in het bezit bleek van twee wapens, waarvan één, een kalasjnikov, later gebruikt bleek te zijn bij de aanslag. "Hij had een revolver bij zich om zich te beschermen, maar die was defect. Als hij de dader was, zou hij dat geweten hebben, want uit de beelden van de aanslag blijkt dat de dader op een bepaald moment moest overschakelen van de revolver op de kalasjnikov, omdat de eerste haperde", aldus Taelman.
"Hij zou dan toch de kalasjnikov in de buurt gehouden hebben, maar die lag meters verder. Ik heb één vraag voor de jury", zei Taelman, "Als u zich had moeten verdedigen, had u dan een kalasjnikov gebruikt, die 600 kogels per minuut kan afschieten, of een defecte revolver? Wel, hij wist niet dat de revolver defect was, dus hij is de dader niet."
Gedrag
Een andere reden die Taelman aanhaalde om de onschuld van haar cliënt te bewijzen, is zijn gedrag bij zijn arrestatie. "Op de beelden van de aanslag is duidelijk te zien dat de dader zich professioneel gedraagt, het is een koelbloedige moordenaar, die een aanslag pleegt vlakbij het grootste politiebureau van Brussel, vlakbij de kantoren van de federale politie. Hoe kan dat dezelfde persoon zijn die de bus genomen heeft van Amsterdam naar Marseille, een bus die bekend staat om zijn drugs aan boord en waarop regelmatig controles uitgevoerd worden?", aldus nog Taelman.
Geen DNA-sporen op revolver
En dan is er nog het gebrek aan vingerafdrukken en DNA-sporen van Mehdi Nemmouche. Niet alleen op de ingangdeur van het Joods Museum, zijn er ook geen DNA-sporen op de trekker van de revolver aangetroffen die gebruikt werd bij de aanslag. Dat zegde advocaat Henri Laquay tijdens de voorlezing van de akte van verdediging.
"Dat er geen DNA en vingerafdrukken zijn aangetroffen op de trekker van de revolver, bewijst dat hij niet de dader is. Hij heeft de zak met de wapens vervoerd, maar heeft niet geschoten", zegt Laquay. Volgens de advocaat werd Nemmouche in de val gelokt toen hij de zak met wapens kreeg van de dader.
Bij de aanslag op het Joods Museum kwamen vier mensen om het leven.
Aanslag Joods Museum
Lees meer over: Brussel , actua , Aanslag Joods Museum , aanslag Joods Museum , Mehdi Nemmouche
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.