In de strijd tegen spijbelen riep de middelbare school Anneessens-Funck dit jaar de hulp in van Groep Intro, een organisatie die jongeren die ongewettigd afwezig zijn tijdens de lesuren actief opspoort. Ook de ouders krijgen een bezoekje.
Spijbelende jongeren? School gaat meteen op bezoek bij de ouders
“Let the adventure begin,” zo staat geschreven op een van de motiverende blauwe slingers aan de ingang van de middelbare school Anneessens-Funck. Die motivatie is nodig, want de school in het centrum van Brussel kampt al jaren met een aanzienlijk aantal ongewettigde afwezigheden. In het schooljaar 2021-2022 was bijna elke leerling minstens tien halve dagen afwezig zonder geldige reden.
Natuurlijk zullen de slingers het tij niet keren. De school riep daarom de versterking in van Groep Intro, een organisatie die drie jaar geleden met een proefproject begon om spijbelen tegen te gaan, en ondertussen een volwaardig programma heeft uitgedacht om directies bij te staan bij dat hardnekkige probleem.
“Vaak zijn ze schoolmoe, maar leerlingen hebben soms ook moeilijke thuissituaties”
Attitudecoach in Anneessens-Funck
De bedoeling is dat het team van Groep Intro een maand lang elke dag aanwezig is op de school. In die periode helpen ze de leerkrachten op weg om de afwezigheden consistent te registreren, de oorzaken na te gaan en die – en dat is het belangrijkste – vervolgens aan te pakken.
Nummer buiten gebruik
BRUZZ mag het team van Groep Intro een dag volgen. Om 7.45 uur staat Thomas Waterschoot samen met zijn twee collega's paraat om de leerlingen te verwelkomen. Om 8.10 uur begint de eerste les. Enkele laatkomers proberen nog ongezien binnen te komen. Waterschoot en zijn team beginnen meteen met hun eerste taak: nagaan hoeveel leerlingen afwezig zijn.
In principe zouden alle leerkrachten de afwezigheden moeten registreren via de onlinetool Smartschool, maar dat gebeurt niet altijd. “Sommige leerkrachten hebben de registraties nog niet ingevoerd,” zegt Waterschoot. Op zijn lijst staat een tiental klassen, waar het team in samenspraak met de directie zal langsgaan. “Om het probleem op te lossen, moeten we eerst weten wie er afwezig is,” zegt Waterschoot.
Intussen is het 9.30 uur en is het duidelijk wie er niet in de klas zit. Het echte werk kan beginnen: het team belt de afwezige leerlingen op. Als zij niet antwoorden, volgt een telefoontje naar de ouders. Dat blijkt geen gemakkelijke opgave te zijn. Sommige telefoonnummers zijn buiten gebruik, andere ouders nemen niet op.
Enkele leerlingen die wel antwoorden, zeggen in een andere school te zijn begonnen. Andere zijn nog op vakantie of claimen ziek in bed te liggen. Rond 10.30 uur telt de lijst nog drie leerlingen uit de eerste en tweede graad. “De derde graad moet nog gebeld worden, maar we zullen die drie leerlingen alvast een bezoekje brengen,” zegt Waterschoot.
De thuisbezoeken moeten de jongeren duidelijk maken dat hun afwezigheid niet onopgemerkt blijft. Zo toont de school dat ze om de jongeren geeft, maar wijst ze hen er ook op dat hun gedrag gevolgen heeft.
Zoek de juiste bel
Waterschoot trekt naar Elsene, zijn collega's naar Jette en Molenbeek. “De leerling die ik moet controleren, is nog niet naar school gekomen sinds de start van het schooljaar,” zegt Waterschoot, terwijl hij tussen de vijf deurbelknoppen naar de juiste naam zoekt.
Hij belt aan en meteen worden we binnengelaten. Op de tweede verdieping gaat een deur open. “Ben jij de broer van Farah?”. Waterschoot vraagt het vriendelijk en stelt zichzelf voor. De jongen knikt. Even later verschijnt het meisje zelf. “Ik heb me bij een andere school ingeschreven,” zegt ze enigszins verward, duidelijk verrast door het bezoek van Waterschoot.
Waterschoot vraagt haar naar haar nieuwe school, wenst haar veel succes en geeft haar mee om ook haar oude school in te lichten. “Bij het begin van het schooljaar komen we dit vaak tegen,” zegt hij. “Al zijn de redenen soms veel complexer.”
Hij herinnert zich een leerling die niet durfde terug te keren naar school door ernstige angstproblemen. “Haar moeder reageerde erg opgelucht toen wij langskwamen. Dankzij samenwerking met zorgleerkrachten en het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) konden we stap voor stap het vertrouwen herstellen, en kon de leerling weer naar school.”
Makkelijk ziektebriefje
Anneessens-Funck is geen uitzondering. Uit de officiële onderwijsstatistieken blijkt dat in het schooljaar 2022-2023 meer dan 12.000 leerlingen in het Nederlandstalige secundaire onderwijs in Brussel minstens één dag ongewettigd afwezig waren. Bij meer dan 1.200 jongeren was dat zelfs meer dan dertig dagen.
Volgens Annemie Vandenhende van Groep Intro is dat een onderschatting van de realiteit. “Niet alle afwezigheden worden nauwkeurig geregistreerd, omdat dat veel tijd en moeite vergt. Bovendien zitten in die cijfers enkel de ongewettigde afwezigheden. De gewettigde afwezigheden, bijvoorbeeld wegens ziekte met een doktersbriefje, worden niet meegeteld. En zo'n briefje is soms heel makkelijk te krijgen.”
Het is niet alleen zaak om de ongewettigde afwezigheden te tellen, zoeken naar het waarom is nog belangrijker. De redenen zijn uiteenlopend,” zegt Thierry De Jonge, attitudecoach in Anneessens-Funck. “Vaak gaat het om schoolmoeheid, maar veel van onze leerlingen hebben daarnaast moeilijke thuissituaties, waarbij ze soms moeten zorgen voor jongere broertjes of zusjes. Daarnaast zien we ook jongeren die in het drugsmilieu terechtkomen. School is dan geen prioriteit meer.”
Bij die laatste problematiek probeert de school, in samenwerking met het CLB of Groep Intro, de jongeren zo goed mogelijk te begeleiden, al is dat niet altijd evident. “Ze belanden in zo'n milieu door verschillende factoren,” zegt De Jonge. “Dikwijls zijn dat financiële problemen. Daar hebben wij natuurlijk geen oplossing voor, maar we proberen de jongeren wel duidelijk te maken dat het belangrijk is om aan hun toekomst te werken. Dat lukt helaas niet altijd.”
Te veel studie
Ook het lerarentekort speelt de scholen parten, zegt coach De Jonge. “Bepaalde vakken kunnen niet gegeven worden, leerlingen moeten dan in de studie zitten. Ze raken gedemotiveerd. Dat ze vaker te laat komen of spijbelen kan daar een gevolg van zijn.”
Gelukkig blijft dat lerarentekort dit jaar voorlopig beperkt, zegt directeur Laurent Neyens. “Wij hebben één voltijdse leerkracht te kort, maar dat betekent wel een halve tot een hele dag geen les voor sommige klassen.”
Toch kijkt Neyens hoopvol naar de toekomst. De aanpak van Groep Intro wierp eerder al zijn vruchten af. Zo is in de Victor Hortaschool in Evere het aantal ongewettigde afwezigheden met dertig procent gedaald na één schooljaar.
Neyens zag ook effect bij de afdeling deeltijds onderwijs van Anneessens-Funck, waar Groep Intro vorig jaar het project opzette. Ook daar zijn er dit jaar vijftig procent minder ongewettigde afwezigheden dan vorig jaar. “Ik hoop dat dat hetzelfde zal zijn in ons voltijds onderwijs,” zegt Neyens.
Lees meer over: Brussel-Stad , Onderwijs , spijbelen , Groep intro , Anneessens-Funck , middelbaar onderwijs , secundair onderwijs , Thierry De Jonge , Thomas Waterschoot , Annemie Vandenhende
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.