Het kiesmodel in Brussel, dat belet om gezamenlijke lijsten in te dienen bij de regionale verkiezingen, is volgens Philippe Van Parijs disfunctioneel geworden. Dat schrijft de internationaal vermaarde filosoof in een opiniebijdrage voor BRUZZ. “Het draagt bij tot de huidige patstelling.”
Filosoof Philippe Van Parijs: 'Brussels kiesmodel moet op de schop'
In de jaren 1980 was het onvoorstelbaar dat een Franstalige voor een Nederlandstalige kandidaat zou stemmen, of omgekeerd. Om de legitieme belangen van de Nederlandstalige minderheid te beschermen, werd een kiesstelsel ingevoerd met twee aparte kiescolleges.
Brussel is echter veranderd. Brusselaars van buitenlandse afkomst vormen niet langer 20 procent van het electoraat, maar intussen al twee derde. Mobiliteit en laïciteit hebben het taalbeleid verdrongen als dominante politieke splijtzwammen. Het aandeel Nederlandstaligen in de bevolking bleef dalen: tussen 2006 en 2024, volgens de VUB-Taalbarometer, van 6,8 procent naar 6,3 procent voor de puur Nederlandstaligen, en van 8,7 procent naar 5,5 procent voor de deels Nederlandstaligen. Toch steeg tussen 2009 en 2024 het aandeel uitgebrachte stemmen in het Nederlandstalige kiescollege van 11,2 procent naar 17,1 procent.
Voor dat stijgende aantal stemmen zijn meerdere verklaringen te bedenken. Zo zijn er niet-Nederlandstalige kiezers die het doorzettingsvermogen van minister Elke Van den Brandt (Groen) waardeerden, die zich het beste vertegenwoordigd voelden door Fouad Ahidar of in de eerste plaats aan hun kinderen dachten - 91 procent van de leerlingen in het Brusselse Nederlandstalige onderwijs heeft minstens één niet-Nederlandstalige ouder. Zo'n kiesgedrag is een perfect democratisch gebruik van een weliswaar disfunctioneel model.
Alle burgers gelijk
Dat huidige model belet immers dat Franstalige en Nederlandstalige partijen gemeenschappelijke lijsten indienen voor de regionale verkiezingen, terwijl ze dat wel doen voor de federale en de gemeenteraadsverkiezingen. Bovendien draagt het bij tot de huidige patstelling. De Franstalige veto's tegen Ahidar en de N-VA zou je kunnen zien als schendingen van de autonomie van de formatie aan Nederlandstalige kant of zelfs als misplaatste pogingen om nieuwe cordons sanitaires op te leggen. Toch zijn ze begrijpelijk: per slot van rekening gaat het erom om een ploeg samen te stellen die hecht genoeg is om vijf jaar lang, zonder al te veel gekibbel, samen te werken.
“De Franstalige veto's tegen Fouad Ahidar en de N-VA zijn misplaatste pogingen om nieuwe cordons sanitaires op te leggen”
Filosoof
Het dubbele kiescollege moet volgens mij op de schop, maar de gegarandeerde vertegenwoordiging van de Nederlandstaligen moet blijven. Brusselaars van Vlaamse afkomst hebben uiteraard geen recht op meer macht dan bijvoorbeeld Brusselaars van Marokkaanse afkomst. In een democratie zijn alle burgers gelijk.
Maar het is in het legitieme belang van Brussel dat in de besluitvormingsorganen voldoende mensen zitten die wederzijds begrip en samenwerking kunnen bevorderen met de Nederlandstalige regio die Brussel omringt en met een federale staat waarin de Nederlandstaligen de meerderheid vormen. Bovendien moeten er voldoende geschikte gekozenen zijn om in de organen van de Gemeenschapscommissies te zitten en Brussel in de gemeenschapsparlementen te vertegenwoordigen.
Dat is allemaal mogelijk zonder aparte kiescolleges, al zal dat niet eenvoudig zijn. Daarom zou het goed zijn om de voor- en nadelen van de verschillende opties nu al te bespreken, zodat de nodige hervorming tegen 2029 ingevoerd is.
Betoging
Wel moeten de tekortkomingen, die voortvloeien uit het huidige model en uit de enge partijbelangen, snel worden overwonnen en moet er snel een regering gevormd worden. Die zal pijnlijke, maar gerechtvaardigde beslissingen moeten nemen, en dat vergt moed. Als onze Brusselse politici daarin slagen, verdienen ze het dat we trots op hen zijn. Kunnen ze dat niet, dan moeten de Brusselaars vrezen voor hun moeizaam verworven autonomie.
In januari 2011, zeven maanden na de verkiezingen, was er nog geen zicht op een federale regering. Vijf studenten organiseerden toen de Shame-betoging, uit schaamte dat die regering uitbleef. Als de regionale formatie blijft aanslepen en iemand opnieuw zo'n initiatief neemt, dan loop ik zeker mee.
Reageren of zelf een opiniestuk insturen? Mail naar redactie@bruzz.be
Lees meer over: Opinie , Philippe Van Parijs , Shame , Brusselse regeringsvorming , Fouad Ahidar , veto