Niet alleen in Schaarbeek scoort Défi dramatisch, ook in alle andere Brusselse gemeenten gaat de partij er sterk op achteruit. “De partij moet nu een nieuwe bestaansreden zien te vinden, maar dat is een beetje zielig."
Défi levensgevaarlijk gewond: 'Dit is geen slechte maar een catastrofale score'
“De gemeenteraadsverkiezingen zijn cruciaal voor Défi. Lokale verankering is altijd erg belangrijk geweest voor de partij. Als ze daar opnieuw achteruitgaan, komt de partij in levensgevaar.” Dat zei Cédric Istasse, hoofdredacteur van het politieke onderzoeksinstituut CRISP, in september.
Helaas voor Défi ís de partij sterk achteruitgegaan afgelopen zondag. In Oudergem kon de partij nog de meubelen redden, daar haalde burgemeester Sophie de Vos een puike individuele score en behield ze de absolute meerderheid in zetels. Olivier Maingain deed hetzelfde in Sint-Lambrechts-Woluwe, maar moet al een veel groter verlies slikken: zijn lijst boerde maar liefst 14 procentpunt achteruit. Een kwart minder mensen kleurde het bolletje achter zijn naam, al heeft hij met 6.057 stemmen nog altijd het derde beste resultaat van het gewest.
Verder is het pure kommer en kwel voor Défi. In Watermaal-Bosvoorde ging het van 7 naar 4 zetels, in Sint-Pieters-Woluwe van 3 naar 2. Gewezen voorzitter François De Smet haalde er amper 652 voorkeurstemmen. In Ukkel en Vorst zat Défi nu in kartel met MR, maar het resultaat daarvan was slechter dan de som van de delen in 2018.
In Evere (-3) en Ganshoren (-1) haalt de partij nog maar één zetel, in Ganshoren is dat te weinig om het voorakkoord daar te activeren. In Anderlecht (-3), Molenbeek (-1), Sint-Agatha-Berchem (-2), Jette (-2), Etterbeek (-2), Elsene (-2) en het emblematische Brussel-Stad (-3) is de partij zelfs al haar gemeenteraadsleden kwijt. “Voor Fabian Maingain, tot juni nog schepen in Brussel-Stad, was dit zijn Waterloo,” zegt Istasse. “Dit was dan ook geen slechte maar een catastrofale score voor Défi. En het meest catastrofaal van al was Schaarbeek.”
In de Ezelstad ging de lijst van burgemeester Bernard Clerfayt met bijna twee derde achteruit: van 32 naar 12,6 procent of, in zetels uitgedrukt, van 17 naar 6. De ‘Liste Bourgmestre’ is nu pas de vijfde partij. Ook Clerfayt zelf scoorde flink minder voorkeurstemmen: van net geen 8.000 in 2018 naar 2.617 afgelopen zondag.
Vrije val in Schaarbeek
Voor die vrije val zijn verschillende redenen. “Te afwezig in de gemeente, hoor ik vaak. Het is niet de eerste keer dat Clerfayt enkel titelvoerend burgemeester was, maar nu was het de keer te veel,” zegt Istasse.
Clerfayt is dan ook een beetje de Vincent Van Quickenborne van Brussel. Aan de Schaarbekenaren had hij in 2018 beloofd om burgemeester te blijven. Hij zou enkel de gemeente verlaten voor het minister-presidentschap van de Brusselse regering. Uiteindelijk werd hij toch ‘gewoon’ minister, en werd Cécile Jodogne waarnemend burgemeester, om die sjerp op het einde van de legislatuur nog eens aan Frédéric Nimal over te dragen.
Clerfayt en zijn lijst werden wellicht ook electoraal afgestraft door het mobiliteitsplan Good Move, dat in Schaarbeek op veel weerstand botste. Ecolo-Groen werd daar niet voor gestraft. “Zij hebben hun mobiliteitspolitiek doorgevoerd, hun kiezers smaken Good Move wel,” zegt Sadik Köksal daarover.
Hij stond in 2018 op de lijst van Clerfayt, maar is een van de tien overlopers, en nu bij de MR. Door die overlopers had de meerderheid op het einde zelfs geen meerderheid meer, waardoor Schaarbeek een zwak bestuur kende.
Een vierde element is mogelijk de zaak-Michel De Herde (ex-Défi), die moest opstappen na beschuldigingen van verkrachting en pedofilie.
Zo komt het dat Défi hoogstwaarschijnlijk – want de coalitiegesprekken lopen nog – een van haar drie burgemeestersgemeenten verliest. Samen met de achteruitgang in álle andere gemeenten waar Défi opkwam, wijst dat op een diepe crisis.
Stervend electoraat
Een deel van de algemene verklaring is dat het Défi-electoraat simpelweg uitsterft. “De typische kiezer werd in de jaren 1960 en 1970 verleid door het FDF, dat de belangen van de Franstaligen met vuur verdedigde,” zegt Istasse. “Dat debat leeft nu veel minder. Défi pakt niet bij de jongeren.”
Défi zet in op sociaalliberalisme, maar dat zijn ook maar twee contradictorische termen aan elkaar geplakt.'
hoofdredacteur CRISP
Défi zocht een nieuwe bestaansreden in de laïcité en het sociaalliberalisme. “Dat eerste bleek geen dragend thema. En dat laatste is toch ook niet meer dan twee contradictorische termen die aan elkaar worden geplakt.”
Les Engagés leiden de weg
Een organisatie wil zichzelf altijd in stand houden, luidt de eerste wet van de organisatiesociologie. Om dat te doen, moet Défi zichzelf heruitvinden. “De partij biedt geen antwoord meer op een prangende kwestie, maar moet een nieuwe bestaansreden, een nieuw strijddoel vinden. Dat is een beetje zielig. En zelden doeltreffend,” zegt Istasse.
Toch kan het. Daar zijn Les Engagés het beste voorbeeld van. Het toenmalige CDH was na de verkiezingen van 2019 op sterven na dood, maar Maxime Prévot heeft de partij sinds zijn voorzitterschap nieuw leven ingeblazen, met een nieuwe naam, een verse kleur en een ietwat belegen slogan (‘Il fera beau demain’). “Heel wat observatoren maakten zich daar vrolijk over,” zegt Istasse. “Ze zeiden dat het om een laatste stuiptrekking ging, dat Les Engagés de laatste naam zou zijn op de grafzerk van de partij. Maar kijk nu: hun succes heeft naar alle waarschijnlijkheid Défi pijn gedaan, de afgelopen twee verkiezingen.”
Om te overleven moet de partij de existentiële crisis doorstaan. De kunst zal erin bestaan de spanningen intern te houden – iets waar men net voor de gewestverkiezingen faliekant in faalde, toen François De Smet en Olivier Maingain vechtend over straat rolden.
"We moeten het merk Défi weer oppoetsen. Er is een markt tussen het communitarisme en het conservatisme."
Voorzitter Défi
Een andere belangrijk punt is nieuw talent aantrekken en bestaand talent behouden. “Dat is ook typisch voor een partij uit vorm: de vele afvalligen. ‘Het zinkende schip verlaten of mee verzuipen,’ denken ze, waardoor ze hun heil elders zoeken. In Wallonië ging het aantal Défi-gemeenteraadsleden van 41 in 2018 naar 21 net voor de laatste verkiezingen. Dat zullen we ook zien in Brussel.”
Tot slot: leiderschap. Sinds juli is Sophie Rohonyi voorzitter, en vastbesloten de partij weer op koers te krijgen. “Ja, we lijden een nederlaag. We moeten het merk Défi weer oppoetsen”, zegt ze, “want er is een markt. Heel wat mensen vinden zich immers niet terug in het communitarisme van PS, Ecolo, Team Fouad Ahidar en PTB, noch in het conservatisme van MR en Les Engagés. We moeten in elk geval nu niet weer van richting veranderen, en verder bouwen op de weg die we na de verkiezingen in juni zijn ingeslagen.”
Lees meer over: Brussel , Meer verkiezingsnieuws , Politiek , Défi , Sophie Rohonyi , Bernard Clerfayt , Cédric Istasse , Olivier Maingain , sophie de vos
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.