Aantal Brusselse politieagenten dat Nederlands kent onder de helft gezakt

Het aantal Brusselse politieagenten dat het Nederlands machtig is, is tot onder de helft gezakt. Dat blijkt uit cijfers die Vlaams Belang-fractieleidster in de Kamer Barbara Pas opvroeg bij minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V).

De Brusselse politiezones telden op 1 januari van dit jaar 6.706 politieagenten. Ruim 96 procent van hen beheerst het Frans, maar met het Nederlands is het minder goed gesteld: slechts 3.305 agenten zijn het Nederlands machtig, net iets meer dan 49 procent dus. In 2021 ging het nog om 55,5 procent van de Brusselse agenten.

Het aantal tweetalige politieagenten in de hoofdstad is al sinds 2012 in vrije val, blijkt uit de cijfers van minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V). Tot 2009 beheerste ongeveer 70 procent van de Brusselse agenten zowel het Nederlands als het Frans, maar sinds 2012 zakte dat aandeel zienderogen, tot 45,6 procent vandaag.

Barbara Pas (Vlaams Belang) wijst onder meer het Franstalige onderwijs in Brussel met de vinger. Dat slaagt er volgens de extreemrechtse politica niet in om voldoende tweetaligen af te leveren. Daarnaast verwijt ze de Brusselse politiezones de taalwet "vierkant aan hun laarzen te lappen." Die schrijft immers voor dat de politie in de hoofdstad tweetalig is. Verlinden en haar voorganger Jan Jambon (N-VA) hebben "steeds hun kop in het zand gestoken," vindt Pas.

32 procent

De cijfers lijken alvast te staven dat het probleem bij de talenkennis van de niet-Nederlandstalige agenten ligt. Het aantal Nederlandstaligen bij de Brusselse politie bleef de afgelopen vier jaar immers min of meer stabiel op ongeveer een kwart van het totaal, maar het aantal Franstalige agenten dat Nederlands kent, daalde sinds 2021 van 37,8 naar 32,1 procent.

Omgekeerd daalde trouwens ook het aantal Nederlandstalige politiemensen met kennis van het Frans: in 2021 was dat nog 86,4 procent en in 2023 zelfs nog meer dan 93 procent, nu gaat het om 85,5 procent.