Terwijl er meer en meer berichten opduiken van kwetsbare mensen die de nacht op straat moeten doorbrengen, is er ondanks dalende temperaturen voorlopig geen sprake van een koudeplan. Wat asielzoekers betreft, benadrukt bevoegd staatssecretaris Nicole de Moor (CD&V) dat de verzekerde opvang van gezinnen “de prioriteit” blijft.
Koudeplan nog niet van kracht ondanks dalende temperaturen
Drie opeenvolgende dagen waarbij het kwik overdag minstens -4 graden aangeeft: vanaf dan treedt het koudeplan van Bruss’Help in werking, vertelt woordvoerder Eva Salman aan BRUZZ.
“Dat betekent dat we 185 à 200 plaatsen kunnen activeren voor kwetsbare mensen, ongeacht hun statuut. Zoiets gebeurt niet van de ene op de andere dag. De verschillende partners gaan op voorhand rond de tafel zitten om de modaliteiten van het koudeplan vast te leggen, afhankelijk van de noden en de plaatsen die reeds beschikbaar zijn”, klinkt het.
Belangrijke voetnoot: ook wanneer het weerbericht verschillende dagen van vrieskou voorspelt, bekijken de verschillende actoren of ze het koudeplan eventueel al kunnen opstarten.
Gezinnen
De noden zijn alvast torenhoog. Verschillende hulporganisaties luiden de voorbije dagen – en eigenlijk al verschillende jaren – de alarmbel omdat er onvoldoende opvangplaatsen voorhanden zijn om allerlei groepen kwetsbare profielen van een dak boven hun hoofd te voorzien bij barre weersomstandigheden.
Vooral gezinnen vissen steeds vaker achter het net. Het aantal gezinnen dat dit jaar om hulp aanklopte bij de Humanitaire Hub, de organisatie op de Havenlaan die (trans)migranten en vluchtelingen ondersteunt, stevent af op een verdubbeling vergeleken met vorig jaar: van 270 naar al zeker 500.
Ondertussen moest Samusocial het aantal opvangplaatsen voor gezinnen zelfs afbouwen. Volgens Bruss’Help zijn er in het Brusselse opvangcircuit in totaal 600 plaatsen bestemd voor gezinnen. “Verschillende actoren bekijken al wekenlang hoe ze oplossingen kunnen vinden om meer plaatsen te creëren”, voegt Salman toe. Dat overleg heeft voorlopig nog niets concreets opgeleverd. "Maar het is de bedoeling dat het resultaat de creatie van nog extra noodopvangplaatsen is."
‘Prioriteit, geen garantie’
Tegen die achtergrond zorgt de asielcrisis nog voor extra kopzorgen. In oktober noteerde DVZ (Dienst Vreemdelingenzaken) het hoogste aantal asielaanvragen op maandbasis sinds de vluchtelingencrisis van 2015. Sowieso is 2024 op weg om een recordjaar te worden als het op het aantal asielaanvragen aankomt.
Sinds de coronapandemie draait de instroom bijna onafgebroken aan een hoog tempo. In de zomer van vorig jaar besliste staatssecretaris voor Asiel en Migratie Nicole de Moor (CD&V) om alleenstaande mannen te weren uit het opvangnetwerk om te verzekeren dat gezinnen te allen tijde op bed, bad en brood kunnen rekenen.
“Dat blijft onze prioriteit”, zegt woordvoerder Bart Tierens, die eraan toevoegt dat de lijst met alleenstaande mannen die wachten op een opvangplek door een strikter terugkeerbeleid en een snellere behandeling van dossiers gedaald is van zo’n 4000 afgelopen zomer naar 2650 vandaag.
“Maar we kunnen niet garanderen dat we gezinnen onvoorwaardelijk kunnen blijven opvangen”, vervolgt Tierens. De eerste scheuren in het systeem zijn al zichtbaar. Door de drukte aan het aanmeldcentrum voor asielzoekers op de Belliardstraat kregen zo’n twintig personen in gezinsverband dinsdag een convocatie om later terug te keren om zich te registreren als asielzoeker.
“Die mensen geven wel aan dat ze in tussentijd op eigen houtje een opvangplek hebben gevonden. Alle gezinnen die dat niet kunnen, melden we effectief aan en krijgen de dag zelf een opvangoplossing”, maakt Tierens zich sterk.
Dublin
Thomas Willekens van Vluchtelingenwerk Vlaanderen nuanceert. “Het kan goed zijn dat er families nog geen asiel konden aanvragen en er aan hen wordt gevraagd om later terug te keren. Meestal is dat over een week of twee, zonder echt over een noodoplossing te beschikken tussentijds. Eigenlijk wordt hun toegang tot asielrechten op die manier uitgesteld.”
Die groep is volgens Willekens een van de drie categorieën van asielzoekers in gezinsverband die vandaag op zoek zijn naar een slaapplaats. “Er zijn ook nog de ‘Dublinasielzoekers’ die een plek hebben gekregen in een open terugkeercentrum, maar niet willen terugkeren naar het land waar ze hun asielaanvraag hebben ingediend.”
Volgens de Dublinprocedure moet een asielzoeker opgevangen worden in de EU-lidstaat waar die asiel aanvraagt, maar in de praktijk reizen asielzoekers vaak door naar een ander land, zoals België.
“Maar voor veel mensen ligt een terugkeer naar het land waar ze asiel aanvragen om allerlei redenen moeilijk. Alleen ben je jouw plek in de opvang kwijt zodra je uit zo’n open terugkeercentrum vertrekt.” Ook volgens het kabinet-De Moor is een aanzienlijk aantal asielzoekers in gezinsverband dat vandaag naar een slaapplek speurt aan die Dublinregels onderworpen.
Tot slot mag Fedasil de opvangplaats van gezinnen die opnieuw een asielaanvraag – na een weigering – indienen in principe naast zich neerleggen. “Eigenlijk kan dat wel enkel na een individueel gemotiveerde beslissing die rekening moet houden met alle factoren van de asielzoeker in kwestie, zoals dus het feit dat die bescherming aanvraagt als gezinslid. Maar in de praktijk wordt dat aspect vergeten.”
Lees meer over: Samenleving , koudeplan , Nicole De Moor , vluchtelingen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.