De vraag naar startbewijzen voor de 20 km door Brussel was nooit groter dan voor de editie van komende zondag. Ondanks de uitdagende hellingen en het drukke autoverkeer nemen lopers het hele jaar door een steeds grotere claim op de stad. Is Brussel zich bewust van dat potentieel? “De politiek pikt te weinig op wat leeft in de gemeenschap.”
Bart Dewaele
| Op de loopjes van running crew BRC komen gemiddeld tussen zeventig en honderd mensen opdagen.
Zondag is de hoofdstad opnieuw hét loopparadijs van het land. Bijna veertigduizend mensen schreven zich in voor de 20 kilometer door Brussel. De deelnemers wagen zich weer aan een uitdagend parcours, over de kasseien rond het paleis, langs de nauwe tunnelkokers van de Louizalaan en het heuvelige Ter Kamerenbos en eindigen met een pittige slotklim over de Tervurenlaan naar de finish onder de bogen van het Jubelpark. Het parcours belichaamt de pure essentie van hardlopen: een reis vol obstakels, maar ook van triomf en voldoening.
De grootste stadsloopwedstrijd van het land is ontegensprekelijk de allermoeilijkste. Maar dat blijkt steeds minder mensen tegen te houden. Nog nooit in de meer dan veertigjarige geschiedenis moesten de organisatoren zo veel sportievelingen ontgoochelen. Bij de eerste verkoopronde waren de startbewijzen in een mum van tijd weg. Toen twee weken geleden de allerlaatste tickets beschikbaar kwamen, vlogen die in enkele seconden de deur uit.
Wat bezielt zoveel mensen om in groep te willen lopen, en liefst lange afstanden? Volgens sportpsychologen is het een weerspiegeling van onze prestatiegerichte maatschappij. We willen altijd meer en beter, of dat nu wordt gemeten in afstand of snelheid. Sociale media stellen ons in staat om onze doelen met anderen te vergelijken. Daarnaast spelen controledrang en escapisme. Trainen voor een lange afstand biedt een doel, een houvast in een wereld vol onzekerheden. (Lees verder onder de foto)
Tijdens de pandemie was hardlopen een van de weinige toegestane buitenactiviteiten en vaak een middel tegen eenzaamheid – en zeker in grootsteden is eenzaamheid een groter probleem dan daarbuiten. Veel jonge mensen die in Brussel arriveren, vinden daarom hun toevlucht in lopersgroepen of running crews. Het zijn de nieuwe atletiekclubs, maar dan volgens de hedendaagse tijdsgeest. Je kiest zelf wanneer je gaat – lees: tijd hebt – en het sociale aspect is belangrijker dan de competitiegeest. Liever samen dan snel.
Verzamelen in een afspanning
In Brussel zijn de afgelopen jaren veel crews opgericht. De bekendste en grootste, BXL Run Crew (BRC), is in oorsprong een Vlaams initiatief. Medeoprichter Tim Verheyden: “Onze crew vertrok, en dat geldt nog altijd, als idee om op een ongedwongen manier mensen te leren kennen door een gedeelde passie, hardlopen, en zo ook samen de stad te ontdekken.”
Running crews werken niet met vaste leden of een betaald lidmaatschap. De Strava-pagina van BRC telt over de 3.500 volgers, van wie Verheyden schat dat zo’n 350 à 400 zich als vaste deelnemers beschouwen. Op de loopjes van BRC komen gemiddeld tussen zeventig en honderd mensen opdagen. Ze spreken bijna altijd af op een andere plek in de stad en verzamelen na hun inspanning graag in een plaatselijke afspanning voor een glas.
Soms worden de runs gekoppeld aan specifieke thema’s. Zo organiseerde BRC onlangs samen met Muntpunt een loopje langs locaties met een literaire geschiedenis. Ze stopten onder meer aan de plek in de Brouwerstraat waar de Franse dichter Paul Verlaine zijn collega Arthur Rimbaud neerschoot.
De voertaal in de meeste groepen is Engels en deelnemers zijn de typische ‘young urban potential’: blakende, hoogopgeleide, solide middenklassers met een sterke collectieve drang om grenzen te verleggen. Ziet Verheyden dat ook als hij ‘zijn’ community overschouwt?
“Ja,” zegt hij. “Maar binnen die groep is de diversiteit wel groot. Mensen van alle kleuren, maten en geslachten vinden elkaar. Op onze feestjes zie je Liz uit Mexico dansen met Alaa uit Libanon. Maar zelfs dan blijft het doorgaans middenklasse. Dat is oké trouwens. We komen vaak samen aan een café, wat voor sommige mensen mogelijk al een drempel kan vormen.”
“Door de bestuurlijke lappendeken is Brussel een van de moeilijkste steden in de wereld om een marathon te organiseren”
Head of running bij Golazo
Toch zag hij de voorbije jaren het straatbeeld veranderen. “Ik loop vaak buiten onze crew, bijvoorbeeld in het Elisabethpark in Koekelberg, en daar zie ik tegenwoordig meer en meer Brussel in al zijn diversiteit al dan niet samen sporten. Mogelijk voelt een deel van die mensen zich minder aangetrokken tot running crews en vinden ze hun plek elders. Die diversiteit zie je ook minder tijdens grote events.”
Op wedstrijden kunnen financiële drempels een rol spelen. Voor veel mensen blijft 30 euro voor de 20 kilometer door Brussel veel geld. “Het deelnemersveld van de 20 kilometer is inderdaad geen afspiegeling van de Brusselse samenleving,” zegt Wim Poelmans van Les Gazelles de Bruxelles. Zijn organisatie is een wat atypische running crew die via lopen, maar ook andere sporten, mensen in kansarmoede probeert te helpen. Hun wekelijkse activiteiten her en der in de stad hebben als doel het zelfvertrouwen en het lichaamsbeeld van de deelnemers versterken.
Steeds meer mensen uit kansengroepen vinden hun weg naar Les Gazelles. Het afgelopen jaar deden meer dan drieduizend deelnemers mee met een van de activiteiten. Ook de groei van de Molenbeekse atletiekvereniging Atlemo onderstreept dat hardlopen in Brussel niet langer uitsluitend een luxehobby is voor de middenklasse.
De loper, van welke rang of stand ook, claimt steeds meer ruimte in de stad. Maar het kan altijd beter. Om een nog groter en diverser publiek aan het lopen te krijgen, zegt Wim Poelmans, is een stad op lopersmaat nodig. Gesignaleerde looproutes zouden veel drempels kunnen wegnemen. Behalve de groene wandeling is er eigenlijk niets, vindt hij. “Een stad op lopersmaat is een leefbaardere stad. Brussel heeft eindelijk een fietsknooppuntennetwerk zoals in Vlaanderen en Wallonië. Het zou fijn zijn als dat ook voor looproutes kan gebeuren. In een stad met zoveel groenruimtes kunnen looproutes worden gecreëerd die door de parken lopen en ze verbinden tot aantrekkelijke lussen.”
Ideale looproutes
Die routes kunnen een tastbare verbinding realiseren tussen verschillende delen van de stad, aldus Poelmans, en tegelijkertijd sociale en economische barrières doorbreken. “In andere steden zie je dat meer. Jammer dat onze politici dat potentieel onvoldoende zien.” Verheyden trekt hetzelfde besluit: ‘De politiek capteert te weinig wat leeft in de community. Ik stel voor dat ze eens beginnen met de aanbevelingen van de lopersgids ernstig te nemen.”
Een lopersgids over Brussel? Jawel, die bestaat, maar behalve dan wie eraan heeft bijgedragen, lijken weinigen ervan op de hoogte. Het gewestelijk expertisecentrum Perspective maakte Be Running, zo heet de 65 pagina’s tellende gids, in samenwerking met een lappendeken aan overheidsdiensten en looporganisaties. Het document staat op de website van Perspective, al is het even scrollen om het te vinden. Er staan interessante aanbevelingen in, met behalve ideale looproutes ook suggesties om obstakels weg te werken, drinkfonteinen voor lopers, promenades en wegmarkeringen. Perspective streeft ernaar om tegen het einde van dit jaar gpx-bestanden van enkele ‘ideale looproutes’ beschikbaar te hebben.
“Ik hoop dat Be Running een basis kan vormen voor de toekomst,” zegt Verheyden. “Hoe kunnen we lopers beter ondersteunen? Niet alleen door grote sportcomplexen te bouwen, maar ook door basisvoorzieningen aan te bieden in de openbare ruimte. Lockers installeren waar sporters hun kleding kunnen opbergen tijdens hun training bijvoorbeeld. Maar ook door de publieke ruimte nog beter in te richten voor zachte weggebruikers.”
Het uiteindelijke doel was dat de Be Running-gids als een aanbeveling zou dienen voor stadsplanners en overheidsinstanties. Twee jaar na de publicatie lijkt daar nog niet veel van in huis gekomen. Frédéric Raynaud van Perspective, zelf een fanatiek loper, verdedigt zich. Hij voelt wel interesse bij de gemeenten voor de gids, maar geeft ook toe dat het allemaal traag gaat.
“Op een hoger politiek niveau is er tot nog toe te weinig mee gebeurd. Ik blijf geduldig en hoopvol,” zegt hij. “Steden met goede hardlooproutes en voorzieningen voor lopers zijn aantrekkelijker voor bewoners en bezoekers. Ze kunnen bijdragen aan de lokale economie en nieuwe mogelijkheden creëren. Na mijn deelname aan de marathon van Gent, waar ik zag hoe de stad bruiste van energie en activiteit, kon ik niet anders dan denken: ‘Ai ai ai, Brussel, we hebben nog een lange weg te gaan.’”
De mooiste marathon
Inderdaad: waarom is het toch zo moeilijk om een deftige marathon te organiseren in Brussel? In alle Europese steden woedt een wedloop om de organisatie van de meest prestigieuze en uitdagende marathon, waarbij elke stad strijdt om de titel van beste marathonbestemming. Rotterdam heeft de mooiste, Berlijn de snelste, Dublin de gezelligste, Londen de meest kleurrijke en in Venetië moeten de deelnemers de meeste bruggen over. “Brussel zou niet de snelste kunnen hebben, maar wel de meest gevarieerde,” denkt Verheyden luidop.
Helaas is de huidige marathon van Brussel niets van dat alles. Lange tijd was het parcours niet veel meer dan een kopie van de 20 kilometer door Brussel, plus een stevige omweg langs het park van Tervuren. Hoewel organisator Golazo het parcours enkele jaren geleden wijzigde, blijft het over het algemeen onaantrekkelijk, vooral omdat het niet de hele stad doorkruist zoals een echte marathon zou moeten doen.
Greg Broekmans, head of running bij Golazo, organiseert loopwedstrijden over heel Europa en sinds kort ook in Afrika: “Brussel is een van de moeilijkste steden ter wereld om een marathon te organiseren,” zegt hij. “De bestuurlijke lappendeken maakt het niet gemakkelijk. Als hoofdstad van België en Europa gaat Brussel gebukt onder veel manifestaties, en een loopwedstrijd als een marathon is nu eenmaal impactvol. Maar we blijven geloven dat de marathon kan groeien in Brussel.”
Dit jaar krijgt de Brusselse marathon, die op 3 november staat geprogrammeerd, een aangepast parcours langs onder meer de Jetse parken, het Koning Boudewijnstadion, de Lambertmontlaan en de Europese wijk. Hoewel nog niet alle details bekend zijn, lijkt Golazo nu al institutionele barrières te hebben doorbroken met negen gemeenten die hun grondgebied openstellen.
Voor Broekmans is het een teken dat het besef in de Brusselse politiek groeit over de toegevoegde waarde van een tweede groot hardloopevenement naast de 20 kilometer door Brussel. Hij wijst hiervoor vooral naar de inspanningen van één man: Brussels burgemeester Philip Close (PS): “Hij gelooft in het economische potentieel, en niet alleen voor het centrum, maar voor het hele gewest. Een marathon brengt een golf van positieve energie met zich mee. Dat is essentieel voor een stad die al te vaak negatief in het nieuws komt.”
Lees meer over: Brussel , Sport , 20km door Brussel , hardlopen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.