Op 9 juni stemden Franstalige kiezers voor Nederlandstalige lijsten. Vermoedelijk waren er ook Nederlandstaligen die voor een Franstalige lijst kozen. Doctoraatsonderzoeker Benjamin Blanckaert (VUB) wil weten waarom.
Gezocht: Franstaligen die op Nederlandstalige lijst stemden (en vice versa)
Benjamin Blanckaert is verbonden aan het VUB-departement politieke wetenschappen en werkt sinds vijf jaar aan een doctoraat over de vraag waarom politici, maar ook kiezers zich over taalkundige lijnen heen bewegen. Dat fenomeen, cross-linguistic voting genoemd, speelde ook op 9 juni. Maar liefst 80.379 Brusselaars stemden op een Nederlandstalige lijst voor het Brussels parlement. Nooit eerder waren het er zoveel. Het vorige record, uit 2019, werd met ruim tienduizend stemmen overtroffen.
Die groei is zeker voor een stuk te danken aan Franstaligen die over de taalkundige grenzen heen stemden. Blanckaert wil graag hun motivatie hiervoor kennen. Omgekeerd zoekt hij ook Nederlandstaligen die voor een Franstalige lijst kozen.
Het doel van de studie is niet kwantitatief, zegt Blanckaert. “Ik ga geen grote claims maken, wel de motivatie van deze kiezers onderzoeken. In sommige gevallen zal het een strategische stem zijn: Franstaligen die bewust voor een Nederlandstalige lijst kozen om hun stem meer gewicht te geven, aangezien de zeventien gegarandeerde zetels voor Nederlandstaligen ‘goedkoper’ zijn, of om ervoor te zorgen dat het Vlaams Belang niet te groot kon worden.”
“Een ander motief kan de zichtbaarheid van bepaalde kandidaten zijn, deze keer bijvoorbeeld Elke Van den Brandt die voor het groene mobiliteitsplan Good Move stond, of in het verleden Guy Vanhengel met zijn aura van tweetalig Brussels ketje.”
Kiesintenties
Blankaert hoopt een dertigtal kiezers te kunnen interviewen: vijftien Nederlandstaligen en vijftien Franstaligen. “Volledige representativiteit is niet de bedoeling. Ik wil vooral de waaier aan kiesintenties weergeven.” Na een eerste rondvraag vorige week in Laken, Elsene en Ukkel bleek dat respondenten niet zo makkelijk te vinden zijn. “Zeker Nederlandstalige respondenten. Zij hadden natuurlijk minder belang om taaloverschrijdend te stemmen, omdat hun stem in de Franse taalgroep minder zwaar doorwoog.”
En wat met de Brusselaars die zich noch als Nederlandstalig, noch als Franstalig beschouwen? “Ik besef dat zij een steeds grotere groep vormen, maar voor dit onderzoek maak ik even een abstractie van de complexe Brusselse realiteit,” zegt Blanckaert. “Ik beperk me tot de ‘uitersten’, diegenen die zich echt als Nederlandstalig of Franstalig zien. Hoe die andere Brusselaars hun keuze maken, is een interessante vraag voor een vervolgonderzoek.”
Team Fouad Ahidar
De sterke stijging van het aantal Nederlandstalige stemmen deed vorige week vragen rijzen over de toekomst van het Brusselse kiessysteem, met de stemmen die aan Nederlandstalige zijde zwaarder doorwegen. Team Fouad Ahidar heeft ervan geprofiteerd, wordt gezegd: met een Franstalige lijst zou hij uit het niets nooit zoveel zetels hebben behaald.
Die ‘framing’ is onterecht, vindt Blanckaert. “Fouad Ahidar is al twintig jaar actief in het Brusselse parlement, in de Nederlandse taalgroep. Hij had zich, zelfs al had hij gewild, niet kunnen presenteren met een Franstalige lijst. In het Brusselse parlement kan je niet van taalgroep wisselen. Je kiest voor een taal en daar zit je aan vast. Dat is om misbruiken van het systeem te verhinderen.”
Geïnteresseerde respondenten kunnen zich melden bij benjamin.blanckaert@vub.be
Lees meer over: Brussel , Brussel kiest: Brussels parlement , Benjamin Blanckaert , VUB