Review | JPEGMAFIA op CORE: 'Jullie hebben prachtig haar!'

"My name is Jpeg motherfucking Mafia and I came to play some music for you." De Amerikaanse rapper JPEGMAFIA zei keurig waar het op stond. Wat volgde, deed 'boem!'.

JPEGMAFIA - Peggy voor de vrienden - liet er in de ARDO geen gras over groeien. In wezen is hij een punker, veel meer dan een hardcorerapper, ook al wisselt hij zijn nijdige gebrul af met infernale raps en metalige Autotune. In zijn camouflagejasje en met een bandana rond de schedel, in superkorte short, leek hij wel een figurant uit Training Day. U weet wel: "To Protect The Sheep You Gotta Catch The Wolf, And It Takes A Wolf To Catch A Wolf." Denzel Washington? Kierewiete drugsdealers? Corrupte flikken? Dat sfeertje, ja.

“You all have beautiful hair”, zo complimenteerde Peggy de voorste rijen. “IK BEN KAAL!”, brulde hij vervolgens plots, gespeeld verontwaardigd, vooraleer hij 'BALD!' inzette. Oh ja, er zitten schroeven los bij Peggy. Godzijdank. Hij houdt er een handvol sublieme albums aan over.

Hóe geschift is Peggy? Wel, hij zong een in Autotune gedrenkte a-capellaversie van Carly Rae Jepsens 'Call Me Maybe'. Het klonk als stomdronken Kanye West. En tegelijk fantastisch!

"Uh, back in this bitch with the dope, she backin' it up for a gram", klonk het even later pisnijdig over kapotte ultradigitale samples.

"Baby, I cannot do nothing with hope, I'ma try molly and xans". Benieuwd waar Peggy’s neuroses en schizofrenie vandaan komen? Look no further. Soit, u vond het wel lekker, wij ook. Iedereen blij. Iedereen fucked in the head.

Synchroniciteit is een deugd.