Gerard Alsteens is al meer dan zestig jaar professioneel tekenaar, en tekent al veertig jaar voor Knack. In thuisgemeente Schaarbeek, waar hij ereburger is, krijgt GAL nu ook een retrospectieve op drie locaties onder de naam GAL TOTAL.
| “ik zou mezelf ook kunnen bevragen of het allemaal wel nut heeft gehad. Alleen gun ik het mijzelf niet daar depressief van te worden,” zegt de 83-jarige tekenaar.
Wie is GAL?
- Geboren in 1940 in Oudergem
- Won een tekenwedstrijd op zijn twaalfde
- Studeerde schilderkunst en graek aan Sint-Lukas, waar hij ook lesgaf tot 2018
- Vanaf de jaren 1960 cartoonist voor De Linie, De Nieuwe en De Zwijger, werkt sinds 1983 voor Knack
- Ereburger van Schaarbeek en eredoctor aan de VUB
- Zijn archief wordt sinds 2021 beheerd en gedigitaliseerd door het Centrum voor Academische en Vrijzinnige Archieven (CAVA)
In 2021 was er al de tentoonstelling AL GAL in Mechelen, nu is er GAL TOTAL. Volgende keer zal het wel GAL FINAL zijn zeker?” Gerard Alsteens heeft er alleszins nog altijd lol in. Hij tekent nog elke dag en blijft op zijn 83e de actualiteit onverdroten volgen. Ook tijdens de fotosessie voorafgaand aan het interview gaat hij all-in. In zijn volgestouwde woonkamer worden alle poses en ensceneringen uitgeprobeerd. Omringd door Picasso-monografieën en politieke memoires, affiches van Malevitsj en van Mallemunt, trekt hij zelfs een trui aan met een zelfportret op. Geen GAL-merchandising, maar een pièce unique dat tot stand kwam toen hij per ongeluk bleekwater op de trui morste, en in de vlek de eerste contouren van zijn eigen gezicht ontwaarde.
“Ik kies meestal voor de minder bedeelde of de zwakkere, en ik wijs nogal makkelijk met de vinger naar wie schuldig verzuim pleegt”
GAL is overigens al een tijdje niet alleen meer een man van tekeningen op papier. Hij maakt ook driedimensionale cartoons en kleine sculpturen vervaardigd uit objets trouvés zoals ijzerdraad, afwasborstels, eierdoppen en oesterschelpen, die blijkbaar allemaal veel aan de verbeelding overlaten. En er zijn de vele 'flesportretten', die hij voor het eerst maakte voor een tentoonstelling in Het Goudblommeke in Papier, naar het voorbeeld van stamgast en inspiratiebron Magritte.
Heel dat multiversum van tekeningen en kunstvoorwerpen zal dus te zien zijn op het tentoonstellingsparcours dat de Dienst Cultuur van Schaarbeek samen met LUCA School of Arts, Stripgids, Bib Sophia en VUB-universiteitsarchief CAVA opzette. Met een klemtoon op vrij werk in Sint-Lukas, politieke tekeningen in het gemeentehuis, en illustraties in verband met literatuur en schrijvers in de bibliotheek.
Uit alles hier blijkt dat u kijkt om te zien.
Gerard Alsteens: Al heb ik slechte ogen. Vijftien jaar geleden heb ik een embolie gehad. Mijn hersenen hebben zich aangepast, maar er blijft een blinde vlek. Toch beperk ik het autorijden, omdat ik ondertussen vooral zit rond te kijken naar de architectuur en de natuur. En ik hou ervan bestaande vormen om te vormen tot nog iets anders. Ik draai voorwerpen in alle richtingen om de vormen te analyseren. En ik heb al pakken papier beklad om mijn verbeelding te stimuleren en in de klodders de basis te ontwaren voor een werk. Dat is mijn plezier.
Anders dan veel collega's, hecht u nog altijd aan enig realisme in uw tekeningen.
Alsteens: Breek me de bek niet open. (Lacht) Ik heb geen vaste stijl en wil dat ook zo houden. Ik teken ook surrealistisch, expressionistisch, abstract minimalistisch en maximalistisch, maar inderdaad ook redelijk realistisch. Collega Zaza heeft weleens gezegd dat je niet moet kunnen tekenen voor maatschappijkritische tekeningen. Je hebt ook tekenaars met een immens talent, zoals R.O. Blechman of Saul Steinberg, die op een heel eenvoudige manier tekenen, maar met een meesterlijke inventiviteit en sprankelende ideeën. Maar ik neig eerder naar mijn goede vriend Lectrr van De Standaard, die ooit zei dat mensen veel te weinig tekenen. Ik hou wel van mensen met vakkennis. Ik heb jarenlang lessen grafiek en waarnemingstekenen gegeven, en ik heb zelf een opleiding schilderkunst gehad voor ik aan Sint-Lukas vrije grafiek ging doen. Ik teken heel graag, en de inhoud moet ook versterkt worden door de tekening die ik maak. Ik wil iets hebben aan een tekening, en op meerdere facetten van die inhoud ingaan. Soms steek ik daarom misschien zelfs wat veel vlees in de worst en hebben mensen niet altijd alles begrepen.
U huldigt nog altijd uw artistieke inspiratiebronnen met de nodige referenties.
Alsteens: Dat is zo. Ik had mijn leven ook kunnen vullen met alleen maar naar tentoonstellingen gaan. De kunstboeken die je hier ziet, zijn maar een fractie van wat er beneden staat, en ik neem nog dagelijks boeken ter hand. Sociale media gebruik ik ook, want ik ben nooit ingegaan tegen nieuwe technieken en digitale toepassingen – ook niet als lesgever. Maar de grain van papier onder de vingertoppen voelen, is voor mij als ambachtelijk tekenaar toch wat anders dan scrollen.
Waar komt die liefde voor kunst vandaan?
Alsteens: Toen ik begon aan Sint-Lukas had ik een minderwaardigheidscomplex. Ik dacht dat iedereen veel meer cultuur had dan ikzelf. Als zoon van een druiventeler zei ik altijd dat wij vooral druivencultuur hadden. Wij hadden geen boeken thuis, alleen een platenspeler toen ik zestien jaar was, waar Chopin en Léo Ferré op werden gespeeld. Aan Sint-Lukas legde ik me op om in te halen wat ik niet had meegekregen van mijn ouders – die ik niets verweet. Binnen de kortste keren merkte ik dat ik niet de enige was die weinig cultuur had meegekregen, maar ook dat je daardoor toch wat achtergesteld was.
Mijn verbeelding is vooral door de radio gestimuleerd. Wij luisterden met grootvader naar luisterspelen – podcasts met een andere drager. Van het verhaal over een man die zelfmoord pleegde omdat hij het kloppen van zijn hart niet kon verdragen, kreeg ik echt nachtmerries.
Inhoudelijk past u in een generatie kritische, verontwaardigde journalisten die geen blad voor de mond nemen.
Alsteens: Ik ben altijd een kind van mei '68 gebleven. De oorlog in Vietnam, de staatsgreep van Pinochet in Chili, daarover gingen de eerste tekeningen. En ik heb niet, zoals sommige andere politieke commentatoren met wie ik nog heb samengewerkt, mijn kar gekeerd. Waarschijnlijk speelt ook mijn katholieke opvoeding, maar ik kies meestal voor de minder bedeelde of de zwakkere, en ik wijs nogal makkelijk met de vinger naar wie schuldig verzuim pleegt. Ik ben altijd scherp geweest voor de machthebbers. Dat vind ik een plicht. Waarom zou je lief zijn voor machthebbers? Zij maken genoeg reclame voor zichzelf. Dan moet er tegengewicht zijn van journalisten en maatschappijkritische tekenaars, zoals ik er een ben.
Bart De Wever de uiterlijke kenmerken van Hitler meegeven, zullen velen ver vinden gaan.
Alsteens: Ooit heb ik de premiers Wilfried Martens en Leo Tindemans België laten verkrachten in een tekening voor Knack. Omdat ze vasthielden aan de plaatsing van Amerikaanse raketten, waar zeventig procent van de Belgen tegen was. Hoofdredacteur Sus Verleyen wilde die tekening niet plaatsen, omdat hij Martens nog wilde interviewen. Ook televisiejournalisten moeten politici meer te vriend houden. Maar ik heb daar geen behoefte aan, ook al zijn er politici die ik wel apprecieer.
Was bij uw generatie de drang naar ontvoogding groter, omdat de beknotting en betutteling dat ook waren?
Alsteens: Dat denk ik. Politici spraken toen nog in oekazes. Ik heb zelfs – nu zou ik dat niet meer willen – nog tekeningen gemaakt voor de ontvoogding van de Vlaamse gemeenschap. Ik heb altijd in Brussel gewoond, en heb meegemaakt dat mijn moeder bij het winkelen werd uitgescholden voor paysanne omdat ze Nederlands sprak. Zo heb ik ooit een tekening gemaakt waarop een Vlaming letterlijk werd gestigmatiseerd, zoals de joden met de davidster. Als ik die tekening nu zie, krimp ik in elkaar van schaamte. Nu zijn de Vlamingen – ik zeg niet in Brussel – een rijk volk dat dat ook laat voelen. Maar als je onder de zool van de onderdrukker zit, dan bijt je in zijn enkel.
Meer en meer mensen zeggen dat ze niet meer willen weten van de politiek, en vluchten ervan weg. Ik voel nog altijd die verplichting om ergens tegenin te gaan. Het zou waarschijnlijk een opluchting zijn om mij alleen nog gedachteloos plastisch te kunnen uitleven in het schilderen, in plaats van altijd naar een idee te zoeken om mijn gedacht te zeggen. Maar ik wil niet alleen creatief zijn, ik wil ook iets zeggen.
"Ik heb een stuk geschiedenis zo lang als een mensenleven verteld aan de hand van tekeningen over de actualiteit. De wetenschap dat een en ander nog hergebruikt kan worden, geeft rust"
Heeft dat tot vetes of felle reacties geleid?
Alsteens: Iemand als Wilfried Martens had geen problemen met wat ik deed. “Ik heb mijn mening, jij doet jouw job,” zei hij. Ik heb twee keer een proces gehad. Toen ik speelde met het logo van het Vlaams Blok (vroegere naam van Vlaams Belang, red.) waardoor dat las als 'SS'. Maar die partij is zelf veroordeeld voor racisme en de advocaten van Knack hebben ons proces gemakkelijk gewonnen. Ook Israël ligt moeilijk. Mijn eerste tekeningen waren nog pro-Israëlisch, omdat de joden natuurlijk slachtoffer zijn geweest. Maar Israël bezet nu zelf land in naam van God en heeft veel doden op het geweten.
Zijn er figuren die u gewoon graag tekent? Trump komt bijvoorbeeld vaak terug.
Alsteens: Beeld je maar eens in dat hij opnieuw zou verkozen worden! De helft van de wereld houdt toch zijn hart vast dat ze weer met die man te doen zouden moeten hebben? Met de goedkeuring van de Amerikaanse bevolking dan nog. Netanyahu hetzelfde. Hij is altijd maar rechtser geworden. Ik ben op mijn 83e nog met veel plezier met de actualiteit bezig, maar ik zou mezelf ook kunnen bevragen of het allemaal wel nut heeft gehad. Alleen gun ik het mijzelf niet daar depressief van te worden.
Hebt u in de loop van de jaren ook blinde vlekken gehad?
Alsteens: Ongetwijfeld. Ik heb mezelf vanmorgen nog verweten dat ik niet eerder een tekening over de toestand in Brussel-Zuid had gemaakt.
Brussel is altijd uw biotoop geweest.
Alsteens: Dat ik hier in Schaarbeek woon, komt omdat vroeger in dit huis de redactie van De Nieuwe gevestigd was (een links Vlaams opinieblad dat bestond van 1964 tot 1984, red.). Ik heb het huis gekocht omdat het station van Schaarbeek hier vlakbij toen belangrijk was. Alle treinen stopten hier en de journalisten namen hier de tram naar de BRT. Ik zit hier dus door de pers. Voor De Nieuwe tekende ik zoveel dat ik op den duur soms het hoofdartikel mocht bepalen van hoofdredacteur Mark Grammens. Karel Anthierens, ook even hoofdredacteur van De Nieuwe, heeft me daarna naar Knack gehaald.
Wie de retrospectieve tentoonstellingen in Schaarbeek zou missen, kan nu ook voor eeuwig terecht bij het Centrum voor Academische en Vrijzinnige Archieven (CAVA) van de VUB, dat uw tekeningen bewaart en digitaliseert.
Alsteens: Dankzij mijn zoon Anant en toenmalig VUB-rector Caroline Pauwels. Ik heb altijd alles bijgehouden, maar vroeg me natuurlijk af wat ik daarmee zou moeten. Ik heb een stuk geschiedenis zo lang als een mensenleven verteld aan de hand van tekeningen over de actualiteit. Dat maakt dat archief wellicht nog relevant. Er hebben al curatoren van historische thematentoonstellingen gebruik van gemaakt. Die wetenschap dat een en ander nog hergebruikt kan worden, geeft rust.
De retrospectieve GAL TOTAL loopt van 22/9 tot en met 14/10 in het Gemeentehuis Schaarbeek, het Terrarium van LUCA School of Arts en Bib Sophia Schaarbeek.
Op 5 oktober gaan collega-cartoonist Lectrr en illustrator Gerda Dendooven in gesprek met GAL.
In een vierdelige podcast praten politicoloog Dave Sinardet, journalist Joël De Ceulaer, tekenaar Judith Vanistendael, schrijver en schoonzus Brigitte Raskin en tweelingbroer Edgard Alsteens over zijn werk.
www.1030.be/nl/gal, www.luca-arts.be, www.cavavub.be
Lees meer over: Schaarbeek , Expo , GAL , gerard alsteens , GAL TOTAL , ereburger schaarbeek , retrospectieve , cartoonist , illustrator
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.