Na een lange sabbat, waarin hij nadacht over zijn rol als artiest en zijn plek in de muziekbusiness, vrolijkt Témé Tan zichzelf én ons opnieuw op met de exotische ritmes en zonnige melodieën van zijn tweede album Quand il est seul. “Ik heb twee albums in de vuilnisbak gekieperd.”
| Témé Tan: “Ik heb twee albums in de vuilnisbak gekieperd.”
Lees ook: The Sound of Brussels: Témé Tan
Je ne m'inquiète plus, j'ai fait une pause,” zingt Tanguy Haesevoets alias Témé Tan in 'TNMCP' – kort voor “tu ne me connais pas” –, het eerste nummer van zijn nieuwe album Quand il est seul. In 2017 stak hij zijn neus aan het venster met zijn debuut Améthys. Een opgemerkt eerbetoon aan zijn overleden moeder, dat met zijn kleurrijke mix van vrolijk knetterende elektronica en muzikale invloeden uit de vier windstreken tot in Vlaanderen maar ook ver buiten de landsgrenzen resoneerde. De ijzeren wetten van de muziekbusiness dicteren dat je het ijzer moet smeden als het heet is, maar Témé Tan nam, al dan niet noodgedwongen, zijn tijd.
“Wees braaf en luister: dat is wat de muziekbusiness verwacht van muzikanten”
“Ik had lang getourd met mijn debuutalbum, tot in China toe,” vertelt hij in het kantoor van zijn platenfirma. “Toen ik daar eindelijk mee klaar was, kreeg ik een grote prijs in Canada (de Prix Rapsat-Lelièvre, red.). Dat was leuk, maar het betekende ook dat ik na die vermoeiende tournees opnieuw de baan op moest. Aan het einde van de zomer van 2019 speelde ik op een festival in Québec. Ik merkte plots dat ik de hoge noten niet meer haalde. Ik liet me onderzoeken bij een dokter, die ontdekte een poliep op mijn stembanden. Hij zei me dat ik voor onbepaalde tijd moest stoppen. Ik wist niet of ik ooit nog zou kunnen zingen.”
Die stemproblemen waren slechts een teken van iets groters. Door al het reizen en het vele spelen, schurkte de zanger tegen een burn-out aan. “La promo, la tournée, vraiment m'ont cabossé,” verwoordt hij dat in 'TNMCP': muziek maken en optreden waren wat hij het liefste deed, maar sloegen een deuk in zijn lijf en geest. “J'ai vu mon rêve, peut-être que ça m'a brûlé,” zingt hij onomwonden.
De noodstop genaamd corona leek als geroepen te komen om alles een beetje van op een afstand te kunnen bekijken, maar het deed hem ook beseffen dat er maar weinig om cultuur gegeven wordt. “Beleidsmakers hebben duidelijk getoond wat ze belangrijk vinden als het ertoe doet, en cultuur was daar niet bij. Kijk alleen maar naar de besparingen die worden doorgevoerd.” Tijdens de lockdowns stortte hij zich niettemin op de opvolger van zijn debuut. “Ik had zelfs een ep klaar, maar uiteindelijk vond ik dat de muziek te veel leek op wat ik al gedaan had. Ik heb dan maar alles in de vuilnisbak gekieperd. Daarna heb ik nóg een album weggesmeten, omdat ik het resultaat veel te donker vond.”
Meer dan metis
Een andere gebeurtenis deed hem nog harder op de rem staan: twee jaar geleden werd Témé Tan vader van een zoon. Hij trok weg uit Brussel, kocht een huis in Villers-la-Ville, een dorpje niet ver van Charleroi, en bouwde in een bijhuis in de tuin een studio. “Daar kan ik nu gewoon rustig werken aan muziek, wat bij mij nogal een intense bezigheid is. Soms ben ik niet blij met wat ik maak, en dan draag ik dat mee. Maar als ik klaar ben, ben ik meteen bij mijn gezin en laat ik dat allemaal los. Ik ben nog vaak in Brussel om met vrienden en muzikanten af te spreken, en ik geef les aan het conservatorium in Gent. Maar mijn blik is veranderd. Mijn muziek en mijn carrière waren alles voor mij, nu staat mijn familie op de eerste plaats.”
Met die nieuwe gedachte kan Témé Tan de muziekbusiness ook beter relativeren. Voorheen had hij het er moeilijk mee dat hij gereduceerd werd tot een product, zoals hij aangeeft in het nummer 'Douceur'. “Er wordt niet gekeken naar wie je bent, of wat je te zeggen hebt, maar naar hoe je eruitziet en welke stijl van muziek je maakt.” “Wees braaf en luister,” omschrijft hij de ideale ingesteldheid met de tong in de wang op 'Sage'. “Dat kreeg ik vaak te horen: 'Als je je nummer één minuut inkort, gaat het een hit worden.' 'Als je deze outfit draagt, wordt het super.' En dan gebeurde er ... niets.” (Lacht)
Daarbovenop voelde hij zich vaak onbegrepen. “Als je muziek uitbrengt, krijg je daar uiteraard reacties op. Maar soms waren de commentaren van mensen die mijn video's bekeken of journalisten die mijn concerten zagen, erg hard of oppervlakkig. Ik werd afgebeeld als die artiest die rumba mengt met elektronica, en die grappige video's maakt. Terwijl ik veel meer ben dan dat. Na mijn eerste plaat wilden journalisten ook alleen maar over mijn Congolese roots praten. Ik had de indruk dat ik alles moest uitleggen, alsof ik niet gewoon metis kon zijn zonder de hele dag na te denken over hoe ik een goeie Belgische Congolees kon zijn die Frans én Vlaams spreekt.”
Met zijn kleurrijke popmelange, prettige schwung en de serieuze thema's in zijn songs, werd er bij Témé Tans entree in de popscene al snel met uitspraken als “Le nouveau Stromae est arrivé” gegoocheld. “Stromae is een geweldige artiest, met hem vergeleken worden is uiteraard een mooi compliment. Maar uiteindelijk vond ik dat nogal beperkend, en ook makkelijk: hij is Rwandees-Belgisch, ik Congolees-Belgisch, de link is snel gelegd. Tegelijk legde die vergelijking me ook heel veel druk op.”
Prettige perfectionist
“Sometimes I feel like I am over you, and then I don't,” zingt Témé Tan in 'O.Y.'. Het zou over de liefde kunnen gaan, maar net zo goed over de muziekbusiness. Hij zingt het nummer met de Canadese Inuit-zangeres Elisapie Isaac. Elders duiken de Canadese artiesten Pierre Kwenders en Dominique Fils-Aimé op. Maar toch noemt Témé Tan zijn plaat Quand il est seul. “Dat is uiteindelijk wat ik het liefste doe: in mijn eentje muziek maken. En ik ben een perfectionist, ik wil altijd nog een stapje verder gaan dan de anderen. Bovendien werd ik overladen door meningen en adviezen van anderen waar ik op den duur niet meer uit kon kiezen. Dus dacht ik: ik ga gewoon in mijn eentje de plaat afwerken.”
'QIES', het titelnummer, is ook zijn favoriete liedje van het album. “Ik houd heel erg van muziek die mij ergens anders naartoe brengt. Met dat nummer heb ik de indruk dat ik buiten de tijd zit, ergens tussen de wolken. Een van mijn medemuzikanten zei dat het nooit zou werken, dat het te experimenteel en te moeilijk was. Maar ik heb volgehouden. Ik wist dat ik het ooit goed zou krijgen.”
Quand il est seul is uit Pias, Témé Tan treedt op 23/11 (19.00) op in de Ancienne Belgique, www.abconcerts.be
Lees meer over: Brussel , Muziek , Témé Tan , Quand il est seul
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.