Alela Diane laat de frontvrouw in haar los
Sinds de laatste keer dat we haar spraken, heeft Alela Diane Bevitori een transformatie ondergaan. De vlechtjes die haar er deden uitzien als een indiaanse hangen ondertussen tegen de muur van haar nieuwe Victoriaanse pand in Portland en ook de hippiejurken zitten in een doos op zolder. Wanneer de Amerikaanse zich neervlijt in de chesterfields van een chique Brusselse hotellobby, verleidt ze ons met haar felrode lippen en kokette fortieslook.
In 2007 surfte Alela Diane mee op de aanzwellende freak folk-golf met haar schaduwrijke debuutalbum The pirate's gospel, een kluitje uitgebeende folkparels die uit een vergeten doos met opnamebanden van Alan Lomax leken opgeduikeld. Op haar negentiende, na de scheiding van haar ouders, was ze songs beginnen te schrijven op een akoestische gitaar. Maar toeren in haar uppie - vooral in Europa, waar ze nog steeds een groter publiek trekt dan in haar thuisland - was zo verdomd eenzaam. En bij die gitaar voelde ze zich niet goed. Te veel concentratie, te weinig buikgevoel.
Een band moest soelaas brengen. Haar vader kwam gitaar spelen en haar lief, Tom Bevitori, bas. Zo kon ze zich concentreren op haar sterkste 'instrument', haar stem. Geen slechte beslissing, want Alela Diane beschikt over een mooie alt, waarmee ze je zowel langs donkere kronkelpaden van de ziel kan leiden als verleidelijk hoog kan uithalen.
Haar tweede album, To be still, was al een schuchtere poging om haar songs meer aan te kleden, maar nu pas passen de puzzelstukken in elkaar. Haar lief is intussen haar man en ritmegitarist geworden. De solide ritmesectie en brede arrangementen hebben de sound op Alela Diane & Wild Divine opgeschoven richting countryrock en americana. 'Long way down' schildert met een gelijksoortig pastoraal klankenpalet als The Band. Elders horen we invloeden van Neil Young en Joni Mitchell. Alela Diane noemt zelf Grace Slick, Sandy Denny, Stevie Nicks en folkie Kate Wolf als inspirerende voorbeelden. Sterke zangeressen allemaal.
Je lijkt je veel comfortabeler te voelen dan twee jaar geleden.
Alela Diane: Ik heb ingezien dat ik een veel betere zangeres ben dan een gitariste, maar dat heeft me veel vooruitgeholpen. Die gitaar hield mijn stem ingeperkt, ik was zo bezorgd over mijn vingerzetting dat ik niet vrijuit kon zingen. Ik heb nu een stevige backingband. Zij houden het schip muzikaal drijvend, terwijl ik mij kan concentreren op mijn zang. Dat is een bevrijding.
Ik ben ook als songschrijver fel vooruitgegaan, vind ik. Op mijn vorige albums zette ik vaak gewoon mijn eerste idee op band. Nu hebben veel songs verschillende gedaantes doorgemaakt omdat ik de tijd genomen heb om eraan te schaven tot ze klaar waren. Ik heb nu pas beseft dat dit is wat ik doe. Songs schrijven en platen maken. Daarom beschouw ik dit album als mijn échte debuut.
De songs op Alela Diane & Wild Divine lonken meer naar klassieke folk- en countryrock dan op je vorige twee werkstukken.
Diane: Ik hou van oude muziek. Neil Young, Fairport Convention, Jefferson Airplane. Mijn moeder vond dat ik als Grace Slick klonk toen ze de demo's van de nieuwe plaat hoorde, maar ik kende haar niet. Dan ben ik die albums gelijk maar gaan kopen. Surrealistic pillow is geweldig.
Ben je ook bezig met nieuwe muziek?
Diane: Ik luister eigenlijk niet veel naar muziek. Van de albums die in 2010 verschenen zijn heb ik er maar twee, en die heb ik dan nog maar onlangs gekocht. Beach House heb ik een maand geleden ontdekt, ik had er nooit van gehoord. En de andere was Dylan LeBlanc, de nieuwste Rough Trade-aanwinst.
In Wild Divine spelen je vader en je man. Toeval, of heb je die knusse omgeving nodig?
Diane: Het is leuk om hen erbij te hebben, zeker, maar het is ook gewoon zo gegroeid. Toen Tom (Bevitori) bas speelde, was dat omdat ik een bassist nodig had. En natuurlijk had ik liever dat hij het deed dan de eerste de beste dude. Nu is hij gitarist, en daar is hij heel blij om. Hij haatte het om de basgitarist te zijn! (Lacht)
Met mijn vader spelen is heel speciaal. Hij stond aan mijn zijde vanaf het begin. Mijn albums zijn opgenomen in zijn studio, en daarna is hij mee beginnen te toeren. En nu is hij echt een onmisbaar deel van de band.
Ik zie me nog niet optreden met mijn vader.
Diane: Dat zegt iedereen, ja. Maar ik kan hem toch niet zomaar buitengooien? (Lacht)
Je moeder duikt dan weer geregeld op in je teksten. Op je debuut schreef je 'Oh mama' en nu verwijs je naar haar in 'Suzanne'.
Diane: Mijn moeder vindt dat ik maar moet stoppen met songs over haar te schrijven. (Lacht) 'Suzanne' gaat over dromen die wij beiden gehad hebben over het huis in Nevada City waar ik opgegroeid ben. Toen mijn ouders uit elkaar gingen hebben ze dat verkocht. Ik ging studeren en voelde mij ontheemd, plots had ik geen thuis meer om naar terug te keren. Dat huis blijft een symbool van geluk, maar ook van verdriet.
"She bought more time", zing je. Dat klinkt onrustwekkend.
Diane: Dat mag je letterlijk nemen: ze kreeg te horen dat ze borstkanker had. Terwijl ik volop aan het toeren was, moest zij die hele behandeling ondergaan, chemo en dat soort dingen. Ik vond het verschrikkelijk dat ik niet bij haar kon zijn. Dat ze erdoor kwam is te danken aan de moderne geneeskunde. Een dure behandeling, maar nu is ze oké.
De dood is een terugkerend thema in je songs, zoals in 'The wind'.
Diane: Dat nummer gaat over een meisje dat ik kende wier beste vriendin vermoord werd. Het leek alsof ze mij in mijn dromen dwong om een liedje over haar te schrijven. Ik kreeg echt rillingen toen ik die song op papier zette.
Tijdens het maken van deze plaat gebeurden er almaar onverklaarbare, fucked up dingen. Maar ik denk wel dat ik een evenwicht gevonden heb tussen die donkere kant, en hoopgevende teksten. Al die verschrikkelijke dingen sturen je uiteindelijk op een welbepaald pad, je moet ermee omgaan en verder gaan.
Je haalt veel inspiratie uit dromen.
Diane: Ik heb altijd van die heftige dromen, en daar haal ik veel beelden uit. 'The rifle', 'Suzanne', 'The wind'… 'To begin' is dan weer geïnspireerd door hypnose. Na het vele toeren voelde ik mij op, fysiek en mentaal. Ik kreeg gezondheidsproblemen, en raakte daar maar niet vanaf. In Nevada City zijn ze nogal into alternatieve geneeskunde. Die hypnose liet me dieper in mezelf kijken en dat heeft me erg geholpen.
'It's all one song' is een boutade van Neil Young. In 'Rising greatness' oordeel je zelf dat "at the end of the day, a song that I sing is the same".
Diane: Dat gaat over mijn reizende bestaan. Elke avond sta je weer op dat podium. Je bent uitgeput, je hebt net zes uur in een busje gezeten en hebt onbestemd voedsel naar binnen gewerkt en dan sta je daar voor mensen die van alles van je willen. Je zingt elke avond dezelfde songs. Na een tijdje wordt dat erg weird, surrealistisch bijna. Een bizarre repeatknop die ingeduwd wordt. Je komt altijd in een andere stad terecht, maar eigenlijk is het steeds hetzelfde. Het is als Groundhog day.
Uit 'Heartless highway' maak ik op dat je erg verknocht bent aan je thuis. Maar uiteindelijk heb je het landelijke Nevada City toch ingeruild voor het stedelijke Portland.
Diane: Nevada is een geweldige plek, maar ik weet wat ik er moet verwachten. Ik word er niet verrast. Je kent iedereen, je weet alle leuke plekjes liggen. Portland heeft toch meer iets van een grootstad, al blijf ik ook gewoon graag lekker thuis. Ik ben een huismus.
Heb je er vrede mee dat je nog een tijdje zult verbonden worden met die kleine scene in Nevada City waar ook Joanna Newsom en Mariee Sioux uit voortkwamen?
Diane: Ik besef dat veel mensen houden van de songs op mijn debuut, van de rauwheid en de onschuld. Maar het zou niet eerlijk zijn tegenover mezelf om vol te houden dat ik nog datzelfde meisje ben. Ik ben een frontvrouw in een band, ik wil me niet meer verschuilen achter dat gitaartje.
01/05/2011 om 20.00
€ 18/21
Lees meer over: Brussel-Stad , Muziek
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.