De vijf hoeken van de wereld: Cuba in Anderlecht

Deze gebronsde man is niet de oprichter van de Anderlechtse snorrenclub, maar niemand minder dan José Julián Martí y Pérez (1853-1895), een vader des vaderlands van Cuba.

Toen Martí geboren werd in Havana, was het Caribische eiland nog gewoon een kolonie van Spanje. Martí was tijdens zijn leven een criticus van het Spaanse regime, onder meer omdat het zich nog steeds van slavernij bediende. Aan het begin van de tienjarige onafhankelijkheidsoorlog van de Cubanen tegen de Spaanse overheerser (1895-1898), sneuvelde hij al meteen in de slag om Don Rios. De onafhankelijkheidsoorlog had als resultaat dat de Spaanse invloed werd verruild voor de Amerikaanse, maar de status van Martí was op dat moment al gevestigd.

Behalve als politiek denker, maakte hij zich ook verdienstelijk als promotor van het onderwijs op Cuba, en als schrijver. Hij schreef enkele kinderboeken, maar ook gedichten. Verzen uit zijn bundel Versos sencillos ('Eenvoudige verzen') kwamen halverwege de twintigste eeuw via een muzikale radiomaker in het wereldberoemde liedje 'Guantanamera' terecht: "Yo soy un hombre sincero / De donde crecen las palmas" ("Ik ben een eerlijk man en kom van waar de palmen groeien").

In Cuba staan zowat overal beelden en borstbeelden van Martí. Veel meer dan van Ché Guevara of Fidel Castro. Ook de nationale luchthaven van Havana is naar Martí vernoemd. En in Anderlecht, toch al een tijdje geen voorpost van het communisme meer, staat dus dit bronzen borstbeeld van de nationale held. U vindt het voor de ingang van de Franstalige bibliotheek (Espace Maurice Carême, Kapelaanstraat 1-7) waar u ook enkele van zijn werkjes vindt. Het beeld werd gemaakt door kunstenaar José Villa, en in 2004 door de Cubaanse ambassade aan de gemeente geschonken.