89 Nederlandstalige scholen krijgen legebrooddozen-subsidie

De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) maakte dit jaar middelen vrij om kwetsbare gezinnen te ondersteunen in de schoolkosten. 89 Nederlandstalige scholen gebruiken die subsidies ook voor het aanbieden van gratis maaltijden op school. Dat blijkt uit cijfers van VGC-collegelid Sven Gatz (Open VLD).

De energiecrisis en inflatie maken het probleem van kinderarmoede acuter dan ooit. Veel gezinnen ondervinden moeilijkheden om de eindjes aan elkaar te knopen.

Symptomatisch is het stijgend aantal middenklassers dat beroep doet op de voedselbanken. Daar schoven nooit eerder zoveel mensen aan als vorig jaar. En die trend zet zich door. De Brusselse voedselbanken deelden begin dit jaar ongeveer 34.000 voedselpakketten uit, zo’n 15 procent meer dan tijdens de coronaperiode.

Voor veel gezinnen is het dan ook moeilijk om de schoolkosten te betalen. De VGC maakte daarom dit jaar middelen vrij om kwetsbare gezinnen te ondersteunen in de schoolkosten en voor het aanbieden van gratis schoolmaaltijden.

Schoolkosten drukken en gratis maaltijden

Tot september konden Nederlandstalige basis- en secundaire scholen in Brussel daarvoor subsidies aanvragen. 147 Nederlandstalige scholen deden een aanvraag en kregen middelen waarmee ze uitstappen, zwemlessen en boeken voor kinderen uit kwetsbare gezinnen kunnen financieren.

Een groot aantal van die scholen, 89, maakt ook gebruik van de subsidies om gratis maaltijden op school aan te bieden. Dat blijkt uit cijfers die Brussels parlementslid Hilde Sabbe (one.brussels-Vooruit) opvroeg bij Sven Gatz (Open VLD), belast met onderwijs in het VGC-college.

“Uit deze ervaring moeten we leren en kijken hoe we die aanpak kunnen inzetten op alle Brusselse scholen, als we de subsidies herevalueren en bijschaven voor het nieuwe schooljaar,” reageert Sabbe tevreden. Ook haar collega-parlementslid Fouad Ahidar (one.brussels-Vooruit) juicht de subsidies toe, “want met honger op de schoolbanken kan een kind zich niet goed concentreren. We kunnen niet verwachten dat deze kinderen hun kansen grijpen in het onderwijs.”