België telde in februari 156.897 leefloners, meer dan dubbel zoveel als twintig jaar geleden. Dat melden de kranten van Mediahuis. 29 procent van hen woont in Brussel.
© Peter Dhondt-BRUZZ
| Het Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn (OCMW) in de Hoogstraat. Beeld ter illustratie.
Aantal leefloners meer dan verdubbeld in twintig jaar tijd
Het gaat niet om een record, want in de coronacrisis werd de kaap van 160.000 leefloners gerond. Toch is de stijgende trend onmiskenbaar. In 2003 leefde 0,7 procent van de Belgische bevolking van een leefloon, vandaag is dat 1,34 procent.
Het Federaal Planbureau stelt vast dat er sinds 2015 een "harde kern" van leefloners in het systeem blijft zitten, "die geconfronteerd worden met een veelheid van problemen die hun maatschappelijke integratie via een betaalde job belemmeren".
Zowat 46 procent van de leefloners woont in Wallonië, 29 procent in Brussel en iets meer dan 25 procent in Vlaanderen. Erkende vluchtelingen of subsidiair beschermden zijn goed voor 15,1 procent van het totale aantal.
