Een derde van onze groenten en ons fruit moet tegen 2035 geteeld zijn in en rond het Brussels gewest. Dat zegt het nieuwe regeerakkoord. Een overambitieus plan?
Dertig procent lokale groenten- en fruitconsumptie tegen 2035: te ambitieus?
De doelstelling past binnen de GoodFood-strategie van de Brusselse overheid, die sinds 2016 lokale, milieubewuste consumptie en gezonde voeding bij de Brusselaar promoot.
Nick Trachet, bioloog en voedseldeskundige, vindt een lokale groenten- en fruitconsumptie van dertig procent alvast een utopie. "Je moet rekening houden met de relatieve armoede van de Brusselaar", vindt hij. "Grootschalige tuinbouw in een gunstiger klimaat, zoals in Spanje, produceert veel meer groenten en fruit voor een betere prijs. Waarom zijn de druiven van Overijse en Hoeilaart bijna verdwenen? Omdat ze te duur zijn. Als je wil dat de bevolking gezonder gaat eten, moet je de kostprijs niet opdrijven door kleinschaligheid op te leggen”, verklaart Trachet.
“Meer dan 60 procent van groenten en fruit die in de Belgische warenhuizen worden verkocht, is nu al afkomstig van Belgische bodem"
Hans Cardyn, woordvoerder van Belgische handelsfederatie Comeos, nuanceert. “Enkel groenten en fruit uit de stad zelf, dat zie ik inderdaad niet gebeuren”, vertelt hij. “Maar het is zeker mogelijk om er voldoende te telen in een straal van tien tot twintig kilometer rond de stad."
Volgens Cardyn is het inderdaad voordelig om lokaal te consumeren, maar is het economisch geen goed idee voor de Brusselse boeren om voornamelijk aan Brusselse consumenten te verkopen. Verstandig lokaal consumeren betekent voor hem vooral een focus op Belgische, en niet alleen op regionale, landbouw.
Brusselse boontjes
“Meer dan 60 procent van de groenten en het fruit dat in de Belgische warenhuizen worden verkocht, is nu al afkomstig van Belgische bodem", gaat Cardyn verder. "Ik zie dus niet in waarom die 30 procent onmogelijk zou zijn, als de perimeter breed genoeg ligt. Misschien vind je niet veel appels in de Brusselse rand, maar dat kan dan weer opgevangen worden door pakweg een grotere opbrengst van de Brusselse boontjes.”
Een rapport in opdracht van het Brussels ministerie van Economie en Tewerkstelling, dat de GoodFoodStrategie uiteenzet, rekent landbouwgrond tot 10 kilometer buiten het Gewest nog tot lokale landbouw.
“Het is cruciaal om ook de landbouwactiviteiten uit de gemeenten die aan het gewest grenzen te betrekken", stelt het rapport. "Deze gemeenten zijn landelijke gemeenten waar al honderden landbouwbedrijven gevestigd zijn."
Overigens benadrukken de onderzoekers dat de cijfers niet te letterlijk mogen worden genomen. Het is immers erg moeilijk in te schatten welke opbrengsten de Brusselse landbouwers de komende jaren zullen kunnen voorleggen. Toch is er reden tot optimisme: in amper drie teeltseizoenen verdubbelde het aantal Brusselse stadslandbouwprojecten. Nu is het volgens de onderzoekers vooral een kwestie van duurzaamheid bestendigen.
“De stelling van de Good Food-strategie is ambitieus en misschien wel te ambitieus”, besluit het rapport. “Niettemin biedt ze de kans om het belang te onderstrepen van alle hierboven aangehaalde punten, indien het Brussels Hoofdstedelijk Gewest deze doelstelling wil behalen.”
Lees meer over: Brussel , Economie , Politiek , regeerakkoord , lokale voeding , groenten
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.