Ook Brussel gaat systeem van dienstencheques hervormen

Nog nooit hebben Brusselaars zoveel dienstencheques gekocht als in 2019. De regering gaat het systeem van dienstencheques dit jaar nog hervormen. Ze worden mogelijk duurder, net als in Vlaanderen.

Nog dit voorjaar gaat de Brusselse regering een hervorming van het systeem van dienstencheques goedkeuren, meldt bevoegd minister Bernard Clerfayt (Défi). Hoe de minister het systeem wil hervormen is nog niet beslist, maar er liggen drie verschillende scenario’s op tafel. “Momenteel berekenen we nog de budgettaire impact van elk scenario”, legt Pauline Lorbat, woordvoerster van Clerfayt, uit.

“Een eerste optie is om de prijs van de dienstencheques aan te passen”, aldus Lorbat. “We kunnen het aantal aftrekbare dienstencheques aanpassen. En tenslotte is het mogelijk om het aftrekbare deel van een dienstencheque aan te passen.” Voor dat laatste scenario koos de huidige Vlaamse regering. In Vlaanderen betaalde de overheid 30 procent terug. Dat wordt 20 procent, waardoor de dienstencheques duurder worden voor de gebruiker.

Dat dergelijke scenario’s ook in Brussel op tafel liggen is niet heel verwonderlijk. Nog nooit waren dienstencheques zo populair. De inwoners van het Brussels gewest kochten in 2019 in totaal 16.604.324 dienstencheques, een record.

Ook het aantal terugbetaalde dienstencheques nam toe, wat wil zeggen dat steeds meer dienstencheques ook effectief gebruikt worden. In 2019 werden er 16.474.625 gebruikt, tegenover 15.945.875 in 2018 (+3 procent).

Het gevolg daarvan is dat de budgettaire druk toeneemt voor de overheid. "Het budget dat aan dit systeem wordt toegewezen, blijft namelijk toenemen - van 206 miljoen in 2015 naar 226 miljoen in 2020 - terwijl de grote belangstelling voor dienstencheques niet meteen lijkt af te nemen”, zegt Clerfayt. “De hervorming zal zorgen voor een betere beheersing van het budget van deze maatregel met behoud van het aantal tewerkstellingsplaatsen en een verbetering van de arbeidsomstandigheden voor de huishoudhulpen."