Raad van State verwerpt zaak van immosector tegen het verbod op plaatsbezoeken

De Raad van State heeft de zaak bij hoogdringendheid van de vastgoedsector tegen het verbod op plaatsbezoeken verworpen. De twee vorderingen tot schorsing zijn verworpen, zo meldt de Raad van State zaterdag in een persbericht. Er is volgens de Raad geen sprake van hoogdringendheid.

Met de huidige verstrengingen van de maatregelen tegen het coronavirus, die het Overlegcomité met de verschillende regeringen eind vorige maand besliste, werden plaatsbezoeken met potentiële kopers of huurders verboden. De Vlaamse en Waalse vastgoedfederaties CIB Vlaanderen en Federia vonden dat niet kunnen en trokken naar het hoogste administratieve rechtscollege van het land.

Volgens de federaties mist het verbod juridische grond. De sector zag in het ministerieel besluit (MB) van 1 november over de coronamaatregelen geen basis voor een verbod op huisbezichtigingen. In een 'FAQ' op de website over de maatregelen, zegt de overheid wel dat het verboden is.

'Recht op huisvesting geschonden'

Een eerste zaak tegen het MB en de bijhorende 'FAQ' wijst de Raad van State af "omdat geen van de verzoekende partijen onderbouwt waarom het verbod dergelijke ernstige gevolgen heeft dat een schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid is vereist".

Geen van de vastgoedmakelaars of -kantoren of hun beroepsverenigingen brachten volgens de Raad geen "concrete en verifieerbare gegevens" aan die konden staven dat gevolgen die ze aanhaalden, dermate ernstige gevolgen hebben op de overleving van onderneming of vereniging. Bijgevolg dringt een schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid zich niet op.

Twee andere verzoekers die vonden dat hun recht op huisvesting geschonden is omdat ze niet tijdig een nieuwe, kwalitatieve en betaalbare woonst kunnen vinden, tonen volgens de Raad niet aan dat er "een nakend of reëel gevaar dreigt dat een schorsingsmaatregel zou kunnen rechtvaardigen".

Vlaams protest

Toen de beslissing eind vorige maand viel, was het eerst niet duidelijk of plaatsbezoeken met kandidaat-kopers en -huurders nog mogelijk waren. Enkele dagen later, bij het ingaan van de lockdown, schonk minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V) klare wijn en verduidelijkte ze dat plaatsbezoeken uit den boze zijn.

Vlaams minister van Wonen Matthias Diependaele (N-VA) was niet gelukkig dat plaatsbezoeken niet meer konden. Hij wees op een protocol dat op Vlaams niveau werd uitgewerkt en "met een gunstig advies werd beoordeeld door de virologen op 22 oktober", en dat huisbezoeken ook in een lockdown toelaat.