Uitgelicht: Brussels Airport investeert 460 miljoen
460 miljoen euro, of maar liefst 440 miljoen meer dan de lagekostenterminal gekost zou hebben: dat bedrag staat in het ontwikkelingsplan 2011-2016 van de luchthaven. Een merkwaardige keuze, want nog niet zo heel lang geleden wilde Brussels Airport de concurrentie aangaan met de succesvolle lowcost-luchthaven Brussels South Charleroi Airport (BSCA), en naast de iets chiquere lijnvluchtpassagier ook differentiëren naar de lowcost-passagier.
Niet dat de luchthaven van Zaventem niet mikt op lagekostenmaatschappijen, maar de directie heeft ingezien dat het onmogelijk wordt om BSCA te overtreffen. Daarbij wil Brussels Airport eerder inzetten op 'kwaliteit', daar waar Charleroi veeleer staat voor kwantiteit en efficiëntie die niet te veel mag kosten. De komst van een lowcostterminal was ook niet naar de zin van het gros van de 'normale' maatschappijen, die het oneerlijk vonden dat lagekostenmaatschappijen minder zouden moeten betalen voor de luchthaveninfrastructuur.
A-pier verlengd
Zaventem blijft natuurlijk de grootste luchthaven van België: in 2010 goed voor achttien miljoen passagiers, maar gebouwd om 28 miljoen passagiers per jaar te ontvangen. Mede dankzij het aandeel van Star Alliance, de luchtvaartalliantie waartoe Brussels Airlines behoort, blijft Brussels Airport een Europees knooppunt. En een paar jaar geleden koos de Indiase maatschappij Jet Airways nog Brussel als haar Europese knooppunt tussen India en het Amerikaanse continent.
Buiten de verre internationale vluchten is er ook een belangrijk aandeel weggelegd voor Europese vluchten. Die zijn geconcentreerd op de A-pier van Brussels Airport. De verlenging van die pier is het belangrijkste project dat tegen 2015 gerealiseerd moet zijn en waarbij er tot twintig gates bijkomen. Ook wil de directie Pier A beter verbinden met het hoofdgebouw: nu verliest de gemiddelde passagier ongeveer twintig minuten bij een transfer van het hoofdgebouw naar die pier.
Naast de uitbreidingen wil Brussels Airport ook af van de leegstaande oorspronkelijke gebouwen uit de jaren 1950. In die gebouwen wil de directie kantoorruimte creëren. Een merkwaardige keuze, gezien de herhaaldelijk aangetoonde kantoorleegstand in de luchthavenregio.
Ten slotte komen er dit jaar mogelijk ook nieuwe bagage- en passagiersafhandelaars bij, waarmee Brussels Airport de kwaliteit van zijn service wil verhogen, en dan zijn er nog de recente werkzaamheden aan de bereikbaarheid van Brucargo, de vrachtafdeling van Brussels Airport.
Niemand wint
Een cruciaal punt in de ontwikkeling van de luchthaven blijft de juridische onzekerheid. Zo is er het aanslepende geschil tussen het Brussels Gewest en 98 verschillende luchtvaartmaatschappijen die sinds 2004 tezamen 527 boetes hebben verzameld ter waarde van (in totaal) elf miljoen euro. Dat geschil lijkt voorlopig door niemand gewonnen.
Enerzijds is er de motivatie van het Europese Hof van Justitie, dat op vraag van de Belgische Raad van State een advies moet geven over de vraag of de Brusselse normen niet in strijd zijn met de Europese richtlijnen. Volgens de advocaat-generaal van het Hof is dat niet zo. Die beslissing is nog niet officieel, maar zal naar alle waarschijnlijkheid wel gevolgd worden. Met andere woorden: het Brussels Gewest is bevoegd om geluidsnormen af te dwingen en boetes te heffen op inbreuken.
Anderzijds is er de realiteit: van de 527 boetes zijn er nog maar 109 betaald, en dit voor een bedrag van nauwelijks 460.000 euro. 211 boetes zijn onbetaald zonder dat de maatschappijen met een beroepsprocedure zijn begonnen, en de totale waarde van die boetes is 3,3 miljoen euro. 92 boetes blijven onbetaald, maar daarover loopt een beroepsprocedure. De waarde van deze boetes is 2,2 miljoen euro. En van 115 boetes is de status onbepaald, en dit voor een bedrag van vijf miljoen euro. De boetes die al betaald zijn, betreffen dus een zeer klein bedrag, een magere vier procent van het totaalbedrag.
Brussels minister van Financiën Jean-Luc Vanraes (Open VLD) wil zich niet vastpinnen op de motivatie van de advocaat-generaal en een definitieve uitspraak afwachten. Hij wijt de juridische moeilijkheid deels aan het feit dat het gros van die maatschappijen geen maatschappelijke zetel in België hebben.
Brussels parlementslid Didier Gosuin (FDF, oppositie) meent dat de geluidsnormen van het Brussels Gewest - die hij indertijd, als Brussels minister van Leefmilieu, mee uittekende - zijn "geënt op richtlijnen van de Wereldgezondheidsorganisatie en toegepast worden op 'beschaafde' luchthavens zoals Frankfurt, Charles de Gaulle en Schiphol. Het gaat dus niet om fantasietjes, opgelegd door de een of andere milieufreak."
Lees meer over: Economie
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.