De Wereldgezondheidsorganisatie heeft de aanbevolen grenswaarden voor zes verontreinigende stoffen in de lucht verlaagd. De hoeveelheid stikstofdioxide (NO2) in de hoofdstad is daardoor vier keer hoger dan wenselijk voor onze gezondheid. De Brusselse regering wil toewerken naar die nieuwe richtwaarden. "Dat wordt een enorme uitdaging die inspanningen vergt in alle sectoren."
| Winter in Brussel: verwarmingstoestellen in huizen en appartementen in werking.
De luchtkwaliteitsnormen van de WHO dateerden al van 2005 en waren dringend aan vernieuwing toe. Uit studies bleek namelijk dat de gevolgen van vervuilde lucht veel schadelijker zijn voor de mens dan lange tijd werd aangenomen. Jaarlijks zouden er wereldwijd zeven miljoen personen voortijdig sterven door luchtvervuiling, van wie 500.000 Europeanen. Slechte lucht veroorzaakt belangrijke hart- en vaatziekten, alsook schade aan de luchtwegen en de hersenen.
Mensenlevens redden
Samen met de klimaatverandering is het een van de belangrijkste bedreigingen voor de gezondheid, aldus de WHO. En het zijn de zwaksten of armsten die het meeste de gevolgen dragen. Om die redenen werden de aanbevolen drempelwaarden voor fijnstof (PM2,5 en PM10), ozon (O3), stikstofdioxide (NO2), zwaveldioxide (SO2) en koolmonoxide (CO) sterk verlaagd. "Landen die zich eraan houden, redden mensenlevens", zegt WHO-baas Tedros Adhanom Ghebreyesus. "Dat zal van de politiek een allesomvattend beleid vergen."
De Brusselse regering liet bij voorbaat al verstaan te willen voldoen aan de nieuwe normen. En dat is nodig, want in 2018 stierven er naar schatting duizend Brusselaars voortijdig door de slechte lucht. Dat kost ons ook heel wat. In de hoofdstad overschrijden we al jaren de bindende Europese grenswaarde voor stikstofdioxide (NO2). De Europese Commissie startte om die reden ook de inbreukprocedure op tegen Brussel.
"Meer dan ooit staat vast dat slechte lucht onze gezondheid schaadt"
Met de nieuwe drempelwaarden (zie onderstaande figuur) legt de WHO de lat ontzettend hoog, licht Frans Fierens van de Intergewestelijke Cel voor het Leefmilieu (Ircel) toe. "Het zijn strenge richtlijnen, die enorme inspanningen zullen vergen van alle sectoren. Verwacht niet van België dat het tegen volgend jaar onder deze normwaarden blijft. Zelfs tegen 2030 (deadline Europese klimaatdoelstellingen, red.) lijkt dit onmogelijk", aldus de luchtkwaliteitsexpert.
In tegenstelling tot de EU-normen zijn die van de WHO juridisch niet bindend. "Maar in de Green Deal werd wel overeengekomen om de WHO-grenswaarden zoveel mogelijk te benaderen", weet Fierens. "Hoe snel België en bij uitbreiding alle Europese landen naar deze nieuwe normen zullen streven, hangt dus in grote mate van de discussies op Europees niveau. Maar de urgentie is er wel. Meer dan ooit staat nu vast dat slechte lucht onze gezondheid sterk schaadt."
In België zou enkel het gebied onder de rivieren Samber en Maas voldoen aan de nieuwe WHO-drempelwaarden, stelt Fierens. In Brussel kondigt zich een sisyfusarbeid aan om ze op afzienbare tijd te halen. Vooral wat de uitstoot van stikstofdioxide betreft. Het Gewest behoort op dat vlak tot de slechtste leerlingen van Europa, want bereikt gemiddelde NO2-concentraties die tot vier keer hoger liggen dan wat de WHO nu voorschrijft.
Brussels verkeer
In 2019 bedroeg het jaargemiddelde aan NO2 in het meetstation Kunst-Wet, waar gemotoriseerde voertuigen de plak zwaaien, 52 microgram/m³, een niveau dat vijf keer hoger ligt dan door de WHO wordt aanbevolen."Zelfs de EU-grenswaarde voor NO2 van 40 microgram/m³ wordt in Brussel overschreden", aldus Fierens. "De WHO wil die hoeveelheid terugdringen naar 10 microgram/m³. Dat wordt een gigantische uitdaging."
Toch is Brussel stilaan op de goede weg, relativeert Fierens. "Want er zijn heel wat maatregelen alvast in gang gezet. De concentratie NO2 wordt bijvoorbeeld sterk door het lokale verkeer bepaald. Meer specifiek door dieselwagens”, zegt de Ircel-wetenschapper. "Die zullen tegen 2030 helemaal verboden zijn. En in 2035 zijn ook benzinevoertuigen niet meer welkom. Het effect daarvan zien we nu nog niet, maar zal wel groot zijn. De concentratie NO2 kan je namelijk heel lokaal aanpakken."
De advieswaarden van de WHO voor fijn stof (PM2,5) uit 2005 (10 microgram/m³) worden in Brussel nu nog steeds niet gehaald. Doorgaans bedraagt de concentratie ongeveer 15 microgram/m³. In haar nieuwe richtlijnen adviseert de WHO dat de concentratie niet boven 5 mag uitkomen. "De laatste jaren daalden de concentraties sterk, maar om die nieuwe normen te halen is nog extra inspanning nodig", aldus Fierens. "En dat kan je niet alleen op Brussels niveau regelen."
Ieder zijn steentje
Fijn stof bestaat vooral uit rechtstreeks uitgestoten stoffen zoals dieselroet van wagens, maar er ontstaat ook nog eens heel veel fijn stof in de atmosfeer wanneer gassen met elkaar reageren. “Zo kunnen stikstofoxides bijvoorbeeld reageren met zwaveldioxide en ammoniak in de lucht, afkomstig uit de landbouw, en dan krijg je secundair fijn stof. Er zijn in Brussel inderdaad weinig boeren, maar er zijn wel boeren rondom de stad. Lucht stopt niet aan gewestgrenzen.”
En dus moet niet alleen naar het terugdringen van het verkeer gekeken worden, zegt Fierens. "In Brussel verwarmen we ons huis doorgaans met gas. Dat zijn dus fossiele brandstoffen, die enorm bijdragen aan de klimaatopwarming en luchtvervuiling. En in de industrie zorgen alle verbrandingsprocessen voor verontreiniging. Als we de normen van de WHO willen halen, zullen we in àlle sectoren maatregelen moeten nemen. Het mag opnieuw wat ambitieuzer. Dat moet vandaag de essentie zijn voor het beleid."
Lees meer over: Brussel , Gezondheid , Samenleving , luchtvervuiling , Wereldgezondheidsorganisatie , Frans Fierens , Alain Maron , client earth