Er is voor het eerst na twee jaar zonder griep sprake van een griepepidemie in ons land, zo bevestigt viroloog Steven Van Gucht op basis van de cijfers van Sciensano. Maar de intensiteit van de epidemie ligt wel lager dan tijdens de jaren voor de coronapandemie.
Griepepidemie in het land, maar lage intensiteit
De voorbije weken was er een continue stijging van het aantal Belgen dat zijn arts bezocht met griepachtige symptomen. De tendens is nog altijd stijgend.
Volgens Sciensano kunnen we dus spreken over "een begin van epidemie, maar met een eerder lage activiteit", aldus Van Gucht. "Dat is voor het eerst sinds twee jaar."
Hij verwijst naar het afbouwen van de coronamaatregelen. Het griepvirus is minder besmettelijk dan het coronavirus en dus hielpen die maatregelen erg goed om de circulatie van het griepvirus tegen te houden.
De griepepidemie valt nu ook een pak later dan anders. In normale jaren start de epidemie in januari of februari, en kan ze zes tot twaalf weken duren.
"Dit jaar is dat dus later. Maar dat gaat ons ook helpen, normaal is de griep tegen Pasen voorbij", aldus Van Gucht. Hij riep donderdag wel op om voorzichtig te blijven, "want we kennen een atypisch jaar. Al verwacht ik wel een korter griepseizoen".
Gemiddeld kregen huisartsen de voorbije week 445 mensen met griepachtige symptomen op 100.000 inwoners over de vloer. Daarin zitten ook mensen die besmet zijn met het coronavirus.
Lees meer over: Brussel , Gezondheid , griep , Sciensano , steven van gucht