In Antwerpen meer kans op voorlopige hechtenis dan in Brussel

© Belga
20/12/2021

In het ene gerechtelijk arrondissement loop je als verdachte meer kans om in voorlopige hechtenis geplaatst te worden dan in het andere. Daarnaast spelen ook de leeftijd, het geboorteland, het soort misdrijf, en of de verdachte kampt met andere problemen, een rol. Dat blijkt uit een onderzoek dat drie criminologen hebben uitgevoerd en waarvan de resultaten maandag gepubliceerd worden in 'Justitie & Veiligheid'.

België kampt al decennialang met een probleem van overbevolking in zijn gevangenissen. Zo lag in 2017 de totale gevangenisbevolking meer dan 10 procent hoger dan de gevangeniscapaciteit. Tussen 1980 en 2017 is het aantal gedetineerden verdubbeld, en dat kan niet alleen worden verklaard doordat de duur van de uitgesproken straffen langer is geworden of doordat het voor langgestraften moeilijker is geworden om vervroegd vrij te komen.

Ook het aantal mensen dat in voorlopige hechtenis zit, is tussen 1980 en 2010 meer dan verdubbeld: van bijna 1.500 in 1980 tot iets meer dan 3.600 in 2010. In 2017 zat 36 procent van de gedetineerden in voorlopige hechtenis. Nochtans zijn de voorwaarden om iemand in voorlopige hechtenis te plaatsen in 1990 verstrengd, en zijn er alternatieven voorzien.

Drie criminologen van het NICC, Carrol Tange, Dieter Burssens en Eric Maes, hebben nu onderzocht waarom iemand al dan niet in voorlopige hechtenis wordt geplaatst en voor hoe lang. Daarvoor stelden ze een steekproef samen van 1.387 personen op basis van strafzaken waarvoor in mei en november 1993, 1998, 2003 en 2008 in de arrondissementen Antwerpen, Brussel en Luik een gerechtelijk onderzoek werd geopend.

Leeftijd speelt ook een rol

Uit hun onderzoek blijkt dat 35-plussers dubbel zoveel kans lopen om gedetineerd te worden dan 45-plussers. Ook wie niet in België geboren is, of hier geen vaste woonplaats heeft, loopt een groter risico dan wie wel hier geboren is of gedomicilieerd is. Wanneer de verdachte kampt met een ander probleem dan het misdrijf, zoals bijvoorbeeld drugsgebruik, psychopathologie, of sociale problemen, is het risico op detentie meer dan twee keer zo groot. Ook wie al eerder veroordeeld is, wordt sneller gedetineerd.

Als er verschillende verdachten zijn, daalt de kans op voorlopige hechtenis, tenzij die andere verdachten ook onder aanhoudingsbevel worden geplaatst.

Ook de aard van het misdrijf waarvan iemand verdacht wordt, speelt een rol. Zo is het risico op detentie kleiner wanneer het om fraude gaat, maar groter als er sprake is van een ernstig of gewelddadig misdrijf tegen goederen, of wanneer het om bendevorming gaat.

Risico op detentie groter in Antwerpen

De twee grootste voorspellende factoren zijn echter of de onderzoeksrechter specifieke onderzoekshandelingen, zoals expertises, wil laten uitvoeren, en in welk gerechtelijk arrondissement het onderzoek plaatsvindt. Zo is het risico op detentie groter in Antwerpen en Luik dan in Brussel.

Het gerechtelijk arrondissement heeft ook invloed op de duur van de voorlopige hechtenis. De voorlopige hechtenissen duren langer in Brussel en Luik, zo blijkt. Ook andere factoren keren terug om de duur van de detentie te verklaren: de onderzoeksdaden die moeten uitgevoerd worden, de leeftijd en buitenlandse nationaliteit, eerdere veroordelingen, en andere problematieken. Vrouwen zitten gemiddeld minder lang in voorlopige hechtenis dan mannen maar een vaste woonplaats hebben in België heeft geen effect op de duur van de detentie.

'Bescherming van de maatschappij'

Opmerkelijk is dat die factoren in de loop van de periode die onderzocht werd, weinig gewijzigd zijn. Onderzoeksrechter zijn dergelijke dossiers dus niet anders gaan beoordelen, en daar ligt dus geen oorzaak van de toename van het aantal voorlopige hechtenissen. De onderzoekers van het NICC zien wel verschillende andere mogelijke oorzaken.

Zo is er de maatschappelijke context rond de versterking van de veiligheid. Het criterium 'bescherming van de maatschappij' wordt steeds vaker gebruikt om een voorlopige hechtenis te verantwoorden. Daarnaast kunnen de tendensen op het gebied van criminaliteit veranderd zijn, met een toename van het aantal ernstige misdrijven of een ander profiel van de verdachten.

Ook een verandering in het onderzoekssysteem, waarbij het parket bijvoorbeeld bepaalde feiten anders gaat kwalificeren, kan een rol spelen. Tenslotte vallen ook de externe druk van andere actoren zoals de politie, de publieke opinie en de media, maar ook frustratie over de strafuitvoering niet uit te sluiten als oorzaak voor het stijgend aantal mensen in voorlopige hechtenis.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni