Familie overleden Colruyt-medewerker stapt naar rechtbank

De familie van Mohammed Nahi, de 32-jarige Colruyt-bediende uit Vorst die overleed aan de gevolgen van het coronavirus, gaat donderdag een formele klacht indienen bij de strafrechtbank. Ze verwijten Colruyt nalatigheid in het beschermen van hun personeel.

Dat vertelt Hatim Doghmi, de schoonbroer van Nahi, aan BRUZZ en wordt bevestigd door zijn advocaat, de Brusselse strafpleiter Adbelhadi Amrani. Nahi overleed begin april nadat hij zeven dagen eerder positief had getest op covid-19.

“Mijn schoonbroer volgde alle maatregelen strikt op, maar mocht van zijn baas geen mondmasker of handschoenen dragen tijdens zijn werk”, zegt Doghmi. “Verschillende collega’s kunnen dat bevestigen. Hij heeft het virus zeker en vast op het werk opgelopen.”

Doghmi erkent dat er geen sluitend bewijs is voor die theorie. “We kunnen urenlang discussiëren over waar hij het heeft opgedaan, maar het gaat erom dat hij alle andere maatregelen strikt respecteerde. Bovendien zat op het moment van zijn besmetting 53 procent van het personeel van zijn Colruyt-filiaal ziek thuis met corona. Dan moet de rechtbank beslissen wie verantwoordelijk is.”

Geen mondmasker

De familie vraagt een schadevergoeding van Colruyt, van wie zij volgens Doghmi nog altijd geen persoonlijke steunbetuigingen hebben ontvangen. “Zijn vrouw blijft nu alleen achter met twee jonge kinderen en moet haar carrière de komende maanden opzij zetten om te wennen aan de situatie. Ik vind het ongelooflijk dat Colruyt doet alsof dat niet aan de werkomstandigheden zou liggen”, zegt Doghmi.

Een maand geleden heeft de familie ook al een klacht ingediend bij de Nederlandstalige Arbeidsrechtbank in Brussel. Het Brussels arbeidsauditoriaat bevestigt dat er een dossier is geopend. Voor de klacht die de familie nu indient bij de strafrechtbank, zal het Brussels parket een eigen onderzoek moeten starten. Dat is voorlopig nog niet het geval, zegt het parket aan BRUZZ.

Federale aanbevelingen

Colruyt wil momenteel nog niet reageren op het dossier. "Aangezien het een lopend gerechtelijk dossier betreft, wenst Colruyt Group zich te onthouden van het geven van details en dit uit respect voor het slachtoffer, zijn familie en al zijn collega's. Dit vraagt voor ons om de nodige sereniteit", zegt woordvoerster Hanne Poppe.

De supermarktketen ontkent alvast Doghmi's bewering dat 53 procent van het personeel in Vorst thuis zat met corona. "Dat klopt absoluut niet", aldus Poppe. "We wensen ook te benadrukken dat we meermaals getracht hebben de familie te contacteren en psychologische ondersteuning vanuit onze medische dienst aangeboden hebben. De familie is hier echter niet op ingegaan."

In verband met de mondmaskers zegt Colruyt sinds het begin van de crisis de federale aanbevelingen strikt te hebben opgevolgd. "Er is in onze winkels nooit een verbod geweest tot het dragen van een mondmasker door onze medewerkers", zegt Poppe daarover.