Korpschef zone Zuid: 'Hadden sneller moeten communiceren na dood Adil'

Ze hadden misschien zelf sneller en beter moeten communiceren na de dood van Adil, geven de korpschefs van twee grote Brusselse politiezones toe na de rellen van afgelopen week. Want: "Als de trein van de sociale media vertrokken is, is die heel moeilijk te stoppen. Complotdenkers krijgen vrij spel", zegt Jurgen De Landsheer van de zone Brussel-Zuid. Volgens hem wordt de dood van Adil misbruikt door een groep anarchisten.

De Landsheer doet die uitspraak in een weekendinterview in de krant De Standaard, samen met zijn collega Johan Berckmans van de politiezone Brussel-West.

"Eerst waren er jongeren die woedend waren om Adil. Ik durf te zeggen dat zijn dood daarna inderdaad misbruikt is", zei De Landsheer. "Of het nu Adil, Pier of Pol was, voor een welbepaalde groep jongeren is iedere gelegenheid goed om de boel op te stoken", vult Johan Berckmans aan.

De korpschefs zeggen in dat interview dat ze liever zelf meteen hadden gecommuniceerd na de dood van de 19-jarige Adil, in april dit jaar. Door het geheim van het gerechtelijk onderzoek kon dat niet, op vraag van het parket. "In Angelsaksische landen komt de politie meteen na de feiten met een statement", zegt De Landsheer. "Dat zouden wij ook moeten doen. De zaak-Adil illustreert hoe wij door slechte communicatie de perceptie tegen kregen."

"Terwijl wij zwegen, liepen de sociale media vol met cowboyverhalen over de politie. Die werden gebruikt door relschoppers en ­beïnvloedden twijfelaars die weinig vertrouwen hebben in politie en justitie. Als de trein van de sociale media vertrokken is, is die heel moeilijk te stoppen. Complotdenkers krijgen vrij spel."

Als het parket een half jaar na de ­feiten met een berichtje komt dat alles in ­orde is, geloven bepaalde mensen dat niet, zeggen de korpschefs. "Dit soort dossiers wordt enorm snel gerecupereerd, in dit geval door uiterst linkse anarchisten."

Bij een protestwandeling over de zaak-Adil vrijdagnamiddag werden meer dan 80 personen gearresteerd en toen verklaarde burgemeester Fabrice Cumps (PS) van Anderlecht ook al aan BRUZZ dat het om een "harde kern van anarchisten" ging.

'Minderheid van een minderheid'

Volgens De Landsheer en Berckmans heeft de grote meerderheid van de Brusselaars wel vertrouwen in de politie. "Ik ben ervan overtuigd dat de modale burger achter de politie staat", zegt Berckmans in De Standaard. "Als ik felicitatiebrieven krijg van burgers die wij hielpen, halen die de krant niet. Die staat vol met verhalen over de kleine groep jongeren waar we geen vat op krijgen."

Die groep noemt hij "een minderheid van een minderheid". "Met acht van de negen jongerenbendes in ons gebied hebben we wel contact, maar met één bende is elk gesprek uitgesloten", geeft Berckmans van de zone Brussel-West (Molenbeek, Koekelberg, Jette, Sint-Agatha-Berchem en Ganshoren) als voorbeeld. "We hebben de afgelopen jaren alles geprobeerd om bruggen te bouwen, maar dat is niet gelukt. Het gaat om een groep jongeren die compleet ontspoord is en de wijk terroriseert."

Het gaat soms over kinderen van erg jonge leeftijd, zegt hij wat verderop in het interview. "Vandaag zien we geregeld twaalf- en dertien­jarigen die geweld gebruiken tegen de politie of iemand aanranden. Op die leeftijd kun je ze misschien nog op het rechte pad krijgen. Dat hebben we in het verleden niet ­genoeg gedaan, waardoor we nu met een probleem zitten."

Op de vraag wat er moet gebeuren om zulke jongeren te bereiken, antwoordt De Landsheer: "Ik denk dat we als maatschappij de plicht hebben om te blijven proberen, maar op dit moment hebben we niet de middelen om dit op te lossen."