Onderzoeker werpt blik op voorbereidingen van aanslagen Parijs

Op de honderdste dag van het proces over de aanslagen in Parijs heeft een onderzoeker van de Franse criminele brigade maandag meer uitleg gegeven over hoe de commando's op 13 november te werk zijn gegaan in Parijs en Saint-Denis.

Volgens de onderzoeker van de antiterreurdienst, die anoniem voor het speciale hof van assisen getuigde, gingen de terroristen "op militaire wijze" te werk. Hoewel de grote lijnen van hun voorbereidingen bekend zijn, zijn er toch enkele stappen waarover weinig is geweten, aldus de rechercheur.

Zo is het bijvoorbeeld niet duidelijk waarom Mohamed Abrini vroegtijdig naar Brussel terugkeerde in de nacht van 12 of 13 november.

Het blijft vooral gissen naar antwoorden in afwachting van de getuigenissen van Abrini en Salah Abdeslam, die dinsdag gepland staan.

Volgens de onderzoeker onderhielden de terroristen tijdens de rit op 12 november naar Parijs contact met iemand in Brussel, maar het is niet duidelijk om wie het gaat.

Bovendien vonden de onderzoekers haren van Bilal Hadfi op de schuilplaats in Bobigny én in het appartement in Alfortville, waar de aanslagplegers van de Bataclan verbleven. Hij is de enige met sporen op twee onderduikadressen.

In Alfortville werd ook een telefoon teruggevonden, waarop de terroristen anderhalf uur lang meer informatie hebben gezocht over de band Eagles of Death Metal en over het grondplan van de Bataclan.

Op het proces in Parijs staan heel wat Brusselaars terecht, bijvoorbeeld Salah Abdeslam.