Salim El Messaoudi schuldig aan doodslag op Omar Benledda

De jury van het hof van assisen van Brussel heeft Salim El Messaoudi donderdagavond schuldig bevonden aan de doodslag op Omar Benledda. El Messaoudi werd ervan beschuldigd in december 2020 de 28-jarige Omar opzettelijk te hebben gedood in de hal van een gebouw in Sint-Jans-Molenbeek.

Salim El Messaoudi (43) bekende dat hij het slachtoffer had neergestoken, maar stelde uit zelfverdediging te hebben gehandeld. Volgens hem had Benledda hem fysiek aangevallen in de hal van het gebouw waar een vriendin van hem woonde.

Op de dag van de feiten was El Messaoudi een van zijn vriendinnen gaan opzoeken bij haar thuis aan de Leopold II-laan. Terwijl Salim in het appartement was, was hij getuige van een ruzie tussen Omar en de kamergenote van zijn vriendin. Volgens de beschuldigde bonsde Omar verschillende keren op de deur, waarbij hij schreeuwde om onmiddellijk te openen en dreigde hij ermee brand te stichten.

Salim kwam tussenbeide, naar eigen zeggen om de twee jonge vrouwen te beschermen, en vroeg Omar tevergeefs te kalmeren. Uiteindelijk ging Salim naar de hal van het gebouw. Nadien legde hij uit dat hij naar huis wilde voor het ingaan van de avondklok, die op dat moment van kracht was vanwege corona. Toch verschilde zijn versie met die van de twee meisjes. Volgens hen was Salim speciaal naar beneden gegaan om met Omar te vechten.

Vast staat dat Salim in de inkomhal Omar tegenkwam en er een gevecht ontstond. Salim stak Omar twee keer, de laatste messteek was fataal.

Mes van 25 centimeter lang

De juryleden hielden bij hun oordeel onder andere rekening met het wapen dat werd gebruikt, namelijk een mes met een lemmet van 25 centimeter lang, en met de gebruikte kracht en het geweld. Dat was van die aard dat de ribben, de long en het hartzakje van het slachtoffer werden beschadigd en zelfs zijn ruggengraat werd geraakt.

Ook verwees de jury naar het feit dat de beschuldigde een eerste keer, gewapend met een mes, de trappen afliep van het appartement naar de inkomhal van het gebouw, daarna naar boven ging, om vervolgens weer naar beneden te lopen om deze keer het slachtoffer neer te steken.

Dat er sprake was van zelfverdediging, zoals de verdediging had aangevoerd, achtten de juryleden niet bewezen omdat de verdachte niet "in ernstig gevaar" verkeerde, maar "veilig in de flat" zat. Bovendien had de vriendin van de dader de politie al gebeld en was er een patrouille onderweg. De debatten over de strafmaat vinden vrijdag plaats.