Op 6 december 2018 heeft de Kamer van Inbeschuldigingstelling van Brussel twee arresten geveld dat vijf personen doorverwijst naar het hof van assisen van Brussel. Daar zullen zij zich moeten verantwoorden voor feiten die zich afspeelden tijdens de Rwandese genocide uit 1994.
Verdachten van Rwandese genocide verwezen naar assisenhof
In het eerste dossier worden E.G. (moorden en verkrachtingen), E.N. (moorden, pogingen tot moord en verkrachting) en F.N. (moorden en pogingen tot moord) verdacht van genocide-en oorlogsmisdaden. Dat geldt ook voor het tweede dossier met beklaagden T.K. (moorden) en M.B. (moorden en pogingen tot moord).
Het is voor het eerst dat een Belgisch Assisenhof kennis zal nemen van feiten die gekwalificeerd staan als genocidemisdaden. In de eerste vier processen die gerelateerd waren aan dezelfde Rwandese historische context en die tussen 2001 en 2009 zijn behandeld, moest het Assisenhof zich enkel uitspreken voor oorlogsmisdaden.
De vijf beschuldigden genieten in dit stadium nog steeds van het vermoeden van onschuld en hebben vijftien dagen de tijd, te rekenen vanaf de uitspraak van de twee arresten, om cassatieberoep aan te tekenen.
Lees meer over: Brussel , Justitie , genocide in Rwanda , hof van assisen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.