VN vraagt Iran om vrijlating professor Djalali

De Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties roept Iran op om de doodstraf van professor Djajali te annuleren, hem vrij te laten en hem een schadevergoeding te betalen. Volgens de VN zit Djalali vast zonder reden, is zijn proces niet eerlijk verlopen en heeft hij bekentenissen onder dwang afgelegd.

Zondag diende Zouhaier Chihaoui, de advocaat van Djalali's vrouw, een dringend verzoek in bij vier rapporteurs van de Verenigde Naties met de vraag Iran te dwingen om de executie uit te stellen en hen te verplichten het doodsvonnis te annuleren voor een eerlijk proces.

'Diep ongerust over verloop zaak'

Enkele juristen van de VN hebben de zaak van Djajali nu onderzocht en laten weten dat ze “diep ongerust” zijn over het verloop van zijn rechtszaak. Ze stellen vast dat Iran de Universele Rechten van de Mens geschonden heeft. Zo werd Djalali aangehouden zonder aanhoudingsbevel en heeft hij tien maanden vastgezeten zonder formele aanklacht.

Ook zijn proces is niet eerlijk verlopen. "Djajali de toegang tot een advocaat geweigerd en heeft hij bekentenissen onder dwang moeten afleggen," klinkt het. Bovendien wordt hij in zeer slechte omstandigheden gedetineerd.

"De VN beschouwt zijn detentie als onwettig omdat zijn rechten in grote maten geschonden werden," vertelt advocaat Chihaoui aan BRUZZ.

Volgens de experts van de VN moet het vonnis van Djajali geannuleerd worden, moet hij vrijgelaten worden en heeft hij recht op een schadevergoeding.

'Belangrijk signaal van de VN'

Chihaoui beschouwt het rapport als een belangrijk signaal van de VN. "Het is al gebeurd dat Iran zich schikt naar de verzoeken van de rapporteurs van de VN," zegt hij. "Bovendien schept het rapport duidelijkheid over zijn zaak en wat er allemaal is gebeurd."

De advocaat ziet het rapport als een middel om de politieke druk op Iran op te voeren. "Nu kunnen politici zich beroepen op de vaststellingen van de VN," aldus Chihaoui. "Ze kunnen ook meer doen dan gratie vragen voor Djalali en eisen dat hij onmiddellijk vrijgelaten wordt.

De VN geeft Iran zes maanden de tijd om in te gaan op de vraag om Djalali vrij te laten.