Als luchtkwaliteit en verkeersveiligheid de voorbije maanden hoog op de politieke agenda stonden, was dat mede te danken aan de acties van Filter Café Filtré en 1030/0. BRUZZ bracht de voortrekkers van beide burgerbewegingen samen.
| Pieter Fannes (1030/0) en Annekatrien Verdickt (Filter Café Filtré.)
In het dagelijks leven zijn ze respectievelijk architect en illustrator, maar de voorbije maanden waren Annekatrien Verdickt en Pieter Fannes vooral bezig met campagne voeren. Zij voor een betere luchtkwaliteit met Filter Café Filtré. Hij voor een veiliger verkeer met 1030/0. “We hebben elkaar al eens gebeld, maar het is voor het eerst dat we elkaar ontmoeten.”
Wanneer beslisten jullie: dit kan niet meer, ik moet actie ondernemen?
Pieter Fannes: In Schaarbeek was er een serie van dramatische ongevallen (te beginnen met het overlijden van journaliste Stephanie Verbraekel, red.), maar ik was niet van in het begin betrokken bij 1030/0. Ik was een boek aan het afwerken. Ik reageerde enkel af en toe op Facebook, zoals veel mensen doen. Maar dan kwam de reactie van burgemeester Clerfayt, toen een papa met zijn twee kindjes werd aangereden op het voetpad. De burgemeester zei dat hij weinig kon doen als de chauffeurs niet uit Schaarbeek komen. Toen heb ik hem een e-mail gestuurd dat de gemeente er in de tien jaar dat ik er woon op veel vlakken is op vooruitgegaan, maar dat alle vooruitgang wordt tenietgedaan door de verkeerssituatie. Ik heb toen ook geschreven dat ik hem zou blijven lastigvallen tot de situatie fundamenteel zou verbeteren. En ik vond dat als ik zo’n belofte deed, ik die ook waar moest maken.
Annekatrien Verdickt: Bij ons begon het met de Pano-uitzending over de studie van Greenpeace dat de luchtkwaliteit aan scholen had opgemeten. Wij wisten daar niet van, tot we de dag zelf een kort mailtje kregen van de directie dat er een reportage op tv zou komen.
Die avond zaten we met veel stress voor de buis. Ik heb het programma niet kunnen uitkijken. Ik zag mijn eigen kinderen lopen tussen de uitlaatgassen. Dat was enorm confronterend. De reportage toonde dat kinderen die verhuisd waren naar de Rand minder blootgesteld werden dan kinderen in de stad. Maar als nog meer mensen buiten de stad gaan wonen en dan de auto naar Brussel nemen, wordt het probleem alleen maar groter. Ik kon niet aanhoren op tv dat de luchtvervuiling nefaste gevolgen heeft voor de gezondheid van onze kinderen en dan niet in actie schieten. Tijdens de reportage is er tussen ouders al gebeld en ge-sms’t. De middag erna zijn we met een groepje van tien à vijftien samengekomen en na een half uur waren we eruit: we zouden de straat afzetten. We konden alleen maar onze onmacht uiten door de openbare ruimte, waar de auto koning is, in te nemen.
"Als we de stad willen veranderen, zal het moeten gebeuren zoals in de slag om Stalingrad"
Hoe groeide het dan uit tot een wekelijks koffiemoment?
Verdickt: De actie was een enorm succes. Alle media waren er en ook enkele politici die we gecontacteerd hadden, kwamen langs, net als ouders van andere scholen. Na dat succes mochten we niet overgaan tot de orde van de dag. Dus hebben we beslist om elke week door te gaan tot aan de verkiezingen. Wat op dat moment blufpoker was. Veel scholen hebben een koffiemoment en we hebben dat overgenomen, maar dan elke week én op straat, waar we met spandoeken en activiteiten tonen wat mogelijk wordt als er geen auto’s rijden.
Jullie acties hadden meteen impact. Is er een succesformule voor mensen die iets willen aanklagen?
Verdickt: Ik had nog nooit actie gevoerd, ik weet het dus niet. Het was gewoon een cri de coeur.
Er was ook een momentum, ik denk dat meer mensen er genoeg van hebben. Het gaat niet alleen over luchtkwaliteit, maar over de leefbaarheid van de stad in het algemeen. Het is niet normaal dat je in Brussel niet op een veilige manier van punt A naar punt B kan fietsen.
Ook media-aandacht was belangrijk. Zonder kon de actie zich niet verspreiden over zoveel scholen, ook buiten Brussel.
"Ik zag mijn eigen kinderen lopen tussen de uitlaatgassen. Dat was enorm confronterend"
Fannes: Je voelt gewoon dat het moment goed zat. Daarom ook dat de pers erop springt. Ik ben zelf geen klassieke actievoerder, maar we hebben misschien wel het juiste profiel: dertigers met een creatief beroep.
Verdickt: Veertigers! (hilariteit)
Fannes: Ik merkte: er is zoveel spontane steun dat we kunnen doorgaan tot het opgelost is. Dan komt het erop aan een verhaal te brengen. Je moet niet met een dossier van veertig pagina’s afkomen, maar het beschouwen als een feuilleton waarbij je mensen beetje bij beetje meeneemt in je verhaal. Dat was ook het goede aan Filter Café: elke week had je meer scholen, of iets bijzonders qua actie. Ook op sociale media moet je zorgen dat er iets blijft gebeuren.
En je moet volhouden. Politici zijn het gewoon dat iemand klaagt, maar als dat weken en maanden blijft duren, dan krijgen ze stress.
Kruipt daar niet enorm veel tijd en energie in? Hoe combineren jullie dit met jullie gezinsleven en carrière?
Verdickt: Ik zat echt in een tunnel naar 14 oktober, en ben er 200 procent voor gegaan. Zeer intens, dag en nacht mee bezig geweest. De laatste maand heb ik vrijwel niets anders gedaan. Nu moet ik dus enorm veel werk inhalen (lacht).
Dat is misschien het voordeel van zelfstandige te zijn.
Verdickt: Het voordeel en ook het nadeel (lacht).
Fannes: Ja, je wordt niet doorbetaald. Ik heb opdrachten geweigerd. Op een bepaald moment ben je daar erg mee bezig, en wil je dat tot een goed einde brengen. Ik probeer er niet bij stil te staan hoeveel tijd ik erin steek. Het is ook de moeite waard omdat je letterlijk iets in beweging zet, zoals de aankondiging van de zone 30. Politici hoopten dat het daarmee zou stilvallen, maar dat motiveerde ons net om nog een versnelling hoger te schakelen.
Jullie thema’s leven in de eerste plaats bij de Nederlandstalige middenklasser. Het was bijvoorbeeld moeilijker om Franstalige scholen mee te krijgen.
Verdickt: Er deden ook enkele grote Franstalige scholen mee, maar het klopt wel dat er een cultuurverschil is als het over fietsen gaat.
Fannes: Het grote verschil zit volgens mij bij de media. Het is makkelijker om nationale Vlaamse media naar een actie te krijgen dan BX1.
Verdickt: Maar je voelt dat wel veranderen.
Fannes: Inderdaad. Le Soir is intussen mee. La Libre daarentegen publiceerde onlangs een anoniem opiniestuk tegen de zone 30. We hebben meer dan tien e-mails moeten sturen om een recht van antwoord te krijgen. Uiteindelijk leeft het thema van verkeersveiligheid evenveel bij Franstaligen, maar de oplossingen ogen voor hen wel radicaler. Veel Vlamingen zijn bekend met steden waar een zone 30 of een fietsstraat is ingevoerd. Er zijn hier politici die nog niet weten wat een fietsstraat is.
Met 1030/0 probeerden jullie om in lokale Turkstalige media te komen. Lukt het om armere bevolkingsgroepen te betrekken?
Fannes: Dat is niet makkelijk. Samen met D’Broej gaan we een project doen in de Stephensonwijk. Met de kinderen daar gaan we kijken wat de knelpunten zijn op het vlak van verkeersveiligheid. Je moet met die mensen heel gericht contact zoeken. Zij zijn evenzeer of nog meer geconfronteerd met het probleem, maar het idee om actie te voeren is veel minder evident dan voor de meeste Brusselse Vlamingen.
Het blijft opletten dat het geen wij-zij-verhaal wordt. We mogen de mobiliteitsshift niet zien als een middel om de middenklasse aan te trekken. De mensen in de armste buurten zouden het eerst moeten kunnen profiteren van de veranderingen.
Verdickt: Dat is het punt. Luchtkwaliteit is een ver-van-hun-bedshow, ze zijn er niet mee bezig, maar ze zijn wel het eerste slachtoffer.
Het lijkt erop dat jullie acties mee de uitslag van de gemeenteraadsverkiezingen hebben beïnvloed. Hoe kijken jullie daarnaar?
Verdickt: Ik ga zeker geen victorie kraaien voor ik zie dat er echt iets verandert. Ik ben nog altijd enorm op mijn hoede. De beloftes zijn er, maar nu moeten ze worden waargemaakt.
We zitten ook met die negentien gemeenten: misschien zet Brussel-Stad een stap vooruit, maar als Molenbeek, waar ik woon en waar ook veel scholen deelnamen, niet volgt, dreigt dat de parking van het centrum te worden. Ik heb geen goed oog in de nieuwe coalitie (PS-MR, red.). Toen burgemeester Schepmans kwam kijken naar de grote picknick op het Gemeenteplein zei ze dat sommige mensen graag een parkeerplaats voor hun deur willen. Ja sorry, maar er zijn mensen die liever geen uitlaatgassen voor hun deur hebben.
Mobiliteit moet je op verschillende schalen aanpakken, op het niveau van het gewest, maar ook federaal. De autofiscaliteit is bijvoorbeeld onhoudbaar. In België worden de files gesubsidieerd.
Fannes: De uitslag betekent nog niet veel. Er zijn verschuivingen, maar het is afwachten of er echt veel zal veranderen. Als we de stad willen veranderen, zal het moeten gebeuren zoals in de slag om Stalingrad: huis per huis, straat per straat, wijk per wijk. Mensen gaan één voor één overtuigd moeten worden dat het in ieders voordeel is om onze mobiliteitsgewoonten aan te passen. In onze wijk bij het gemeentehuis van Schaarbeek zou een circulatieplan worden ingevoerd dat de situatie kon verbeteren, maar dat is afgezwakt na protest op een buurtvergadering. De burgemeester en de bevoegde schepen hebben zich toen ergens achterin verstopt. Als het nieuwe college dingen wil veranderen, zal het zijn verantwoordelijkheid moeten nemen en oprecht moeten proberen om zoveel mogelijk mensen warm te maken.
Hoe ziet de toekomst eruit? Gaan jullie in rechte lijn door naar de gewestverkiezingen?
Verdickt: We beraden ons over verdere acties. Het lijkt logisch, maar je doet zoiets niet alleen. Het was een uitputtingsslag om elke week actie te voeren.
Fannes: Ik zat onlangs samen met enkele architecten en stedenbouwkundigen die zelf een circulatieplan willen uitwerken voor Schaarbeek. We willen politici verder onder druk zetten met concrete voorstellen om dingen te veranderen.
Verdickt: Wij zijn met iets vergelijkbaars bezig: ‘Air for Schools’. Architect-ouders bekijken hoe we de schoolomgeving kunnen veranderen om zo ook een stukje de stad te veranderen.
Interessant dat jullie met constructieve voorstellen komen. Brussel heeft een sterke traditie van actiecomités die in de eerste plaats tegen iets zijn.
Fannes: We nemen een voorbeeld aan Antwerpen, waar dat al goed heeft gewerkt (het bekendste voorbeeld is Ringland, red.). Dat is verrassend voor politici en zo onderscheiden we ons van tegenstanders zoals de DRP (Droit de Rouler et de Parquer, red.), die zeuren om te zeuren, maar geen enkel positief project voor de stad hebben.
Er zijn nu acht ‘postcodegroepen’ zoals 1030/0.
Fannes: Dat klopt. De ene loopt al beter dan de andere. In Molenbeek is Filter Café zo sterk en jullie doen gelijkaardige acties, dus heeft het weinig zin om daarnaast nog iets te doen. A la limite vind ik dat we met het oog op de gewestverkiezingen kunnen samenwerken, want onze doelstellingen liggen dicht bij elkaar.
Hadden jullie eerder al nagedacht over samenwerking?
Verdickt: Eigenlijk niet. Wij spreken vooral gezinnen met kinderen aan. Jullie hebben dan weer een ander publiek. Ik vind het interessant om langs verschillende kanten te schieten. Wij kloppen de hele tijd op dezelfde nagel en hoe meer je dat doet vanuit verschillende hoeken, hoe meer je hem erin klopt. Wij zeggen niet neen, maar ik weet niet of het sterker zou zijn om samen iets te doen.
Jullie willen eigenlijk allebei de plaats van de auto in de stad herbekijken. Als je ziet hoe het eraan toegaat op buurtvergaderingen is de fundamentele uitdaging misschien wel de mentaliteit van de Brusselaar.
Fannes: Voor een deel klopt dat, er zijn nog altijd mensen die met de auto naar de bakker gaan. Of gaan stemmen. De verkiezingen waren een hel in Schaarbeek: iedereen was op de baan. Maar een mentaliteit kan ook evolueren, en sneller dan men denkt. Het homohuwelijk of het rookverbod in cafés zijn vandaag vanzelfsprekend. De verandering kwam echter pas nadat de overheid een duidelijk signaal had gegeven. Als de overheden nu een duidelijke keuze maken om voorrang te geven aan voetgangers, fietsers en openbaar vervoer, zullen mensen snel merken dat dat aangenamer is en het absurd vinden om terug te grijpen naar de auto.
Annekatrien Verdickt
- Geboren in 1977
- Opgegroeid in Tervuren
- Studeerde architectuur aan Sint-Lucas
- Woont in Molenbeek
- Mede-oprichtster van TETRA architecten, dat onder meer het bouwmaterialendorp aan het Vergotedok ontwierp
Pieter Fannes
- Geboren in 1982
- Opgegroeid in Leuven
- Studeerde geschiedenis aan de KUL
- Woont in Schaarbeek
- Werkt als illustrator
- Zijn tekeningen sieren verschillende boeken, bijvoorbeeld “Live. Jazzconcerten op papier”
Luchtkwaliteit
Lees meer over: Brussel , Schaarbeek , Sint-Jans-Molenbeek , Milieu , Samenleving , Luchtkwaliteit , leefbaarheid , Annekatrien Verdickt , Pieter Fannes , luchtkwaliteit , luchtvervuiling , Fijn stof , verkeersveiligheid
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.