Helft van werknemers in Brussel pendelt met openbaar vervoer

Iets meer dan de helft van de werknemers in Brussel gebruikt het openbaar vervoer voor zijn woon-werkverkeer. Naast de trein en de MIVB doet ook de fiets het goed als vervoersmiddel om te pendelen in en naar de hoofdstad. Dat blijkt uit cijfers van 2017 van het BVP-verslag dat Leefmilieu Brussel donderdag bekendmaakte.

Volgens de resultaten in het verslag gebruikt 53,7 procent van de werknemers het openbaar vervoer voor zijn woon-werkverkeer. Daarvan is het grootste aantal toe te schrijven aan de trein (36,2 procent). Bovendien gaan ook steeds meer mensen met de fiets naar het werk (4,5 procent), in vergelijking met 2011 (2,8 procent). De MIVB is goed voor 17,5 procent van het woon-werkverkeer in en naar Brussel.

Uit het BVP-verslag blijkt ook dat het gekozen vervoermiddel sterk samenhangt met de bereikbaarheid van de ondernemingen en de woonplaats van de werknemers. Het aandeel van de werknemers dat het openbaar vervoer gebruikt, stijgt in ondernemingen die nabij treinstations en metrostations gelegen zijn tot 80 procent.

Sensibilisering

Het BVP, of het bedrijfsvervoerplan, moet werknemers sensibiliseren en hen ertoe aanzetten te kiezen voor meer duurzame vervoermiddelen. Alle ondernemingen die in Brussel op eenzelfde site meer dan 100 werknemers tewerkstellen, zijn verplicht een bedrijfsvervoerplan op te stellen.

"De invoering van een bedrijfsvervoerplan heeft een echt katalysatoreffect. We stellen vast dat in de ondernemingen die aan de verplichting van het BVP onderworpen zijn, het aandeel van de auto twee keer sneller vermindert dan in alle Brusselse ondernemingen samen. De modal shift vindt hoofdzakelijk plaats bij de fiets en het openbaar vervoer. Die vervoerkeuzes hebben een gunstig effect op de filedruk, maar ook op het leefmilieu", aldus Simon Dehouck, adviseur actieve mobiliteit bij Leefmilieu Brussel.

Bedrijfswagen

Het gebruik van de auto blijft echter stabiel rond de 35 procent. Het aantal bedrijfswagens is daarentegen toegenomen sinds 2014. In 2017 maakte 15,8 procent van de werknemers van bedrijven met een BVP gebruik van een bedrijfswagen, tegenover 11,6 procent in 2014.

"De cijfers over de bedrijfswagens tonen nog maar eens aan dat dit systeem absoluut hervormd moet worden, want het remt onze inspanningen voor meer zachte mobiliteit in Brussel af", besluit Fremault.

Telewerk heeft wel weer een positieve invloed op de afname van de verkeersdrukte. In 2014 zei 16 procent nog één dag van thuis of van een andere plek dan de werkplaats te werken. In 2017 zag Leefmilieu Brussel dat cijfer verdubbelen. Die toename zorgt ervoor dat ongeveer 6 procent van de woon-werkverplaatsingen wordt vermeden, aldus het rapport.