Kwart Brusselse leerlingen gaat regelmatig met fiets naar school

Uit een peiling van mobiliteitsorganisatie Touring blijkt dat 48 procent van de Brusselse leerlingen regelmatig met de auto naar school wordt gebracht, en 41 procent te voet gaat. 24 procent gaat regelmatig met de fiets. Snelheid blijft het belangrijkste argument voor ouders die hun kinderen met de auto naar school brengen.

De peiling werd in opdracht van mobiliteitsorganisatie Touring door onderzoeksbureau Indiville uitgevoerd. Daarvoor werden 3.700 respondenten bevraagd, van wie 11 procent Brusselaars. Meerdere antwoorden waren mogelijk op één vraag. De woonplaats werd als criterium weerhouden: het gaat dus om leerlingen die in het Brussels gewest wonen.

Uit die peiling blijkt dat er grote verschillende tussen de gewesten bestaan. Zo wordt in Wallonië 73 procent van de leerlingen regelmatig met de auto van en naar school gebracht, terwijl dat in Brussel om 48 procent gaat. In de hoofdstad gaat men meer te voet (41 procent). 24 procent van de Brusselse leerlingen gebruikt regelmatig de fiets voor verplaatsingen van en naar school. In Vlaanderen gaat 57 procent van de leerlingen met de fiets.

Snelheid blijft volgens de studie het belangrijkste argument voor ouders die hun kinderen met de auto naar school brengen. 35 procent wijst op het comfort en 31 procent op het gebrek aan openbaar vervoer.

54 procent van de bevraagde ouders of grootouders vindt de schoolomgeving bovendien niet veilig. Op de vraag wat de weggebruikers zelf voorstellen als maatregelen om de verkeersveiligheid te verhogen, antwoordt 48 procent een verkeersopzichter, 33 procent een betere signalisatie en wegmarkeringen.

Veiligere infrastructuur

Eerder bleek uit een cijferreeks van het Belgisch statistisch bureau Statbel dat een meerderheid van de Brusselse huishoudens geen auto heeft: 53 procent doet het zonder. Ligt het resultaat waarbij 48 procent van de Brusselse leerlingen regelmatig met de auto naar school worden gebracht dan niet hoog?

“We moeten er natuurlijk rekening mee houden dat in deze peiling de mogelijkheid bestond om meerdere antwoorden te geven op één vraag,” vertelt Jo Steyaert van Indiville aan BRUZZ. “Bovendien kan ik me voorstellen dat gezinnen vaker auto’s bezitten dan alleenstaanden. Brussel telt in verhouding ook meer alleenstaanden.”

Volgens Danny Smagghe, woordvoerder van Touring, zit er dan weer nog heel wat potentieel in het fietsgebruik, op voorwaarde dat de infrastructuur veiliger wordt. “Je zou verwachten dat in een stedelijk gebied met kortere afstanden, meer mensen voor de fiets zouden kiezen,” klinkt het.

“Met Touring willen we het aantal fietsverplaatsingen aanmoedigen,” aldus Smagghe. “Hoe jonger men eraan begint, hoe sneller men de gevaren en verkeerssituaties kan leren inschatten. We vragen daarom aan begeleiders om in het begin zoveel mogelijk mee te stappen of fietsen. Ook de scholen zelf kunnen op dat vlak inspanningen doen.”

Eerder presenteerde Touring nog een alternatief fiets- en voetgangersplan waarbij geen rijstroken voor auto's geschrapt moeten worden in het Brussels gewest. Daar kwam toen heel wat reactie op. “Wij zijn nog steeds van mening dat het schrappen van rijstroken geen zin heeft. Het autoverkeer vindt dan wel andere wegen," aldus Smagghe. "Op de secundaire wegen kunnen fietsers over dezelfde afstand veiliger en in properdere lucht rijden.”