In de commissie Infrastructuur van het Brussels parlement is maandag gedebatteerd over een voorstel van ordonnantie over een algemene zone 30 voor het gewest. Alle partijen noemden zich "in principe" voor, maar niemand bleek bereid het voorstel van de groenen te steunen. "Mensenlevens staan op het spel. Wie tegenstemde, is medeverantwoordelijk voor nieuwe verkeersslachtoffers", zei Céline Delforge (Ecolo).
Parlement stemt tegen algemene zone 30 in Brussels Gewest
Lees ook: Stapvoets naar zone 30
Groen en Ecolo dienden het voorstel van ordonnantie voor de zone 30 al eind 2016 in, lang voor de gemeenten Schaarbeek, Vorst en (gedeeltelijk) Elsene vorige week een zone 30 op hun grondgebied aankondigden.
Sinds de zesde staatshervorming hebben de gewesten de bevoegdheid om snelheidslimieten aan te passen. Na een dodelijk ongeluk afgelopen november stelden minister van Mobiliteit Pascal Smet (SP.A) en staatssecretaris voor Verkeersveiligheid Bianca Debaets (CD&V) zelf ook een algemene zone 30 voor, maar ze werden teruggefloten door de rest van hun eigen meerderheid. Ze proberen nu via subsidies de 19 gemeenten te overtuigen meer zone 30's in te voeren. De bevoegde regeringsleden waren opvallende afwezigen in de commissie.
"Door een aantal dramatische ongelukken geraken sommige gemeenten nu overtuigd om een zone 30 in te voeren, maar zo gaat het heel traag", zei mede-initiatiefnemer Bruno De Lille (Groen). Hij herinnerde eraan dat de gemeenten al meermaals het principe van een algemene zone 30 op lokale wegen steunden. Het staat ook ingeschreven in het huidige mobiliteitsplan Iris II, maar is er desondanks nog altijd niet.
'Nog nooit zo gemakkelijk geweest levens te redden'
Groen en Ecolo herhaalden wat voor hen de voordelen zijn van een algemene zone 30 op lokale wegen. Die zou leiden tot minder ongelukken met dodelijke afloop voor zwakke weggebruikers, zeker nu het aantal fietsers in het gewest blijft stijgen. "Bij een botsing tegen 50 kilometer per uur maakt een zwakke weggebruiker 5 à 10 procent kans om het te overleven", zei De Lille, "bij een snelheid van 30 kilometer per uur zijn er dat 9 op de 10."
Daarnaast maken auto's die 30 kilometer per uur rijden minder lawaai, wat de levenskwaliteit van de omwonenden doet toenemen.
"We moeten eerst iedereen overtuigen van het belang van een zone 30. Dat is nodig om die limiet beter te laten naleven. Daarom ook dat we het beter bottom-up aanpakken, via de gemeenten"
"Tegen 30 per uur kun je beter anticiperen in het verkeer", zei Céline Delforge (Ecolo). "Dit is een onontkoombare evolutie. De zone 30 komt er sowieso in de toekomst. Mensenlevens staan op het spel. Wie niet voor stemt, is straks medeverantwoordelijk voor nieuwe dodelijke slachtoffers."
"Het is nog nooit zo gemakkelijk geweest om levens te redden. Bovendien zou de doorstroming voor het autoverkeer verbeteren", zei Bruno De Lille (Groen). "Omdat er minder chauffeurs optrekken om tevergeefs te proberen die snelheidslimiet van 50 kilometer per uur te halen, zou ook de uitstoot dalen, wat leidt tot een verbetering van de luchtkwaliteit."
'In principe' voorstanders
De commissieleden van alle andere partijen zeiden "in principe" voorstander te zijn. Maar Pierre Kompany (CDH) en Paul Delva (CD&V) vragen eerst meer draagvlak vanuit de bevolking, Ridouane Chahid (PS) wil eerst meer politiecontroles, en David Weytsman (MR) vreest het "enorme" prijskaartje. Hij hekelde ook de "emotionele chantage" van Delforge.
Marc Loewenstein (Défi) en Kompany vertrouwen op de huidige 'bottom-up-aanpak' van de regering, door de gemeenten zelf te laten bepalen welke straten zone 30 worden. Chahid, Loewenstein en Kompany vragen een gewestelijk plan, met daarin infrastructuurwerken om het wegennet aan te passen aan de snelheidsverlaging.
David Weytsman en Pierre Kompany hekelden de verlaging ook als een groen idée fixe: "Als we niet opletten, stellen de groenen over vijf jaar 20 km/u voor, en over tien jaar 10 km/u."
"Als we eerst wachten op draagvlak voor een zone 30, wat zitten we hier dan te doen?"
Dat spreken de groenen tegen. Ze verwezen naar wetenschappelijke studies die 30 per uur als de grens zien waarbij zwakke weggebruikers aanrijdingen meestal overleven.
"Als we eerst wachten op draagvlak, wat zitten we hier dan te doen?" voegde De Lille toe. "De Brusselaar wil misschien ook geen boetes voor door rood rijden, maar die schrijven we toch uit. Mensen leren pas als je ze af en toe op de vingers tikt. Waarom kunnen mensen in andere landen de regels respecteren en hier niet? Denk je dat Amerikanen zo anders zijn? Nee, ze houden zich aan de snelheidslimieten omdat ze weten dat de pakkans en de boetes hoog zijn."
Vier onthoudingen
Uiteindelijk stemden enkel de groene partijen voor hun eigen voorstel van ordonnantie. Vier parlementsleden onthielden zich: Carla Dejonghe (Open VLD), Paul Delva (CD&V), Joëlle Maison (Défi) en Jamal Ikazban (PS). De andere negen leden van de commissie stemden tegen.
"We hebben het momentum gemist", zei De Lille na afloop aan BRUZZ. "De regering schermt nu met een studie naar een algemene zone 30, maar dat is codetaal om deze beslissing over de verkiezingen te tillen. Dan wordt het een probleem voor de volgende meerderheid."
Lees meer over: Brussel , Mobiliteit , Samenleving , zone 30 , verkeersveiligheid , Bruno De Lille , Céline Delforge , Brussels Parlement
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.