'Nationaal Orkest en Orkest van de Munt moeten tegen 2026 fuseren'

Het Nationaal Orkest van België en het Orkest van de Muntschouwburg, moeten op termijn opgaan in een nieuw orkest. Dat staat in een rapport dat vicepremier Didier Reynders (MR), bevoegd voor de federale culturele instellingen, heeft besteld.

De twee federale orkesten zouden stap voor stap meer met elkaar moeten samenwerken om uiteindelijk tegen 2026 op te gaan in één nieuw 130-koppig orkest.

Blanchard
Reynders had aan Jean-Marie Blanchard, gewezen directeur van het Grand Théâtre in Genève, gevraagd om een rapport op te stellen over de toekomst van de orkesten. Het basisidee van Blanchard is om de twee orkesten samen te brengen "na een aantal jaar van wederzijdse artistieke ondersteuning en gedeelde vernieuwingen". Bedoeling is om uiteindelijk een nieuw orkest op te richten dat voornamelijk bestemd is voor het programma van De Munt en dat ook een gevarieerd muzikaal seizoen aanbiedt. “Dit rapport is een persoonlijk document van mijnheer Blanchard, met veel details waarover onderhandeld kan worden", zegt minister Reynders.

Één muziekdirecteur en andere ideeën
Essentieel is dat er één muziekdirecteur komt voor beide ensembles, zegt het rapport. Volgend jaar al zou een gezamenlijke orkestacademie, waar jonge muzikanten opera- en symfonische ervaring kunnen opdoen, opgericht kunnen worden. Uit muzikanten van de twee huidige orkesten zouden ook een barokensemble en een ensemble voor hedendaagse muziek kunnen worden opgericht. Ook zouden de twee orkesten samen met Bozar om de twee jaar een residerende componist kunnen aanstellen.

'Geen besparing'
Volgens minister Reynders gaat het in geen geval om een besparing. "Het doel is om te komen van twee orkesten die kampen met een verslechtering van hun capaciteit tot één orkest met 130 muzikanten, dat internationaal de concurrentie kan doorstaan". Volgens Reynders is het de bedoeling om tegen de eigenlijke fusie zelfs in het orkest te investeren.