Het aantal kinderen dat ingeschreven is in het Nederlandstalige basisonderwijs maar voor wie niet meteen een plaats beschikbaar is, blijft stijgen. Voor bijna 4.000 van de 6.900 aangemelde kinderen en hun ouders is het de komende maanden bang afwachten. Het tekort blijft toenemen, omdat de capaciteitsverhogingen de extra inschrijvingen niet kunnen bijbenen.
Geen plaats voor bijna 4.000 kinderen in Nederlandstalig basisonderwijs
Ouders die hun dochter of zoon aangemeld hadden voor een fel begeerde plaats in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel, kregen vrijdag te horen of hun kind volgend schooljaar kan starten in één van de scholen die ze kozen. Vanwege de coronapandemie had het Lokaal Overlegplatform (LOP) Brussel Basisonderwijs de deadline voor aanmelding immers verlengd tot eind mei.
In die periode werden 625 bijkomende dossiers ingediend. Dat is goed voor een nieuw record van 6.888 ingediende dossiers, of 7,3 procent meer dan vorig jaar, meldt het LOP zaterdag aan BRUZZ. Er was sprake van een echte eindspurt: einde april waren er nog maar ongeveer 150 extra dossiers.
Voor de ouders van 2.936 kinderen is het antwoord positief. Maar voor een veel grotere groep, 3.952 kinderen, werd momenteel geen plaats gevonden.
Het aantal aanmeldingen blijft jaarlijks stijgen. Hoewel het afgelopen jaar 755 extra plaatsen gecreëerd werden, en ook de voorbije jaren de capaciteit al fors opgetrokken werd, is het tekort hierdoor opnieuw toegenomen. Vorig jaar kregen zowat 3.450 kinderen geen plaats toegewezen, op een totaal aantal van zowat 6.600 aanmeldingen.
'Komen opnieuw plaatsen vrij'
De cijfers moeten echter genuanceerd worden, zegt LOP-voorzitter Joost Vaesen. “Enerzijds zit doorgaans ongeveer een op drie leerlingen die aangemeld worden nu al ergens op school en is die aangemeld louter om van school te veranderen. Wanneer deze kinderen inschrijven in de nieuwe school, komt hun huidige plaats opnieuw vrij.”
"26 procent van de kinderen zonder plaats stapte vorig jaar uiteindelijk over naar het Franstalige onderwijs"
Anderzijds betekent een negatief antwoord niet dat de betrokken kinderen helemaal niet meer aan de bak geraken. “We volgen elk jaar de groep kinderen die een negatief bericht krijgen verder op en zien dat de meesten uiteindelijk toch een plaats vinden,” zegt Joost Vaesen.
“Vorig schooljaar stellen we zo vast dat van de 3.446 kinderen die aanvankelijk geen plaats hadden, 67 procent toch uiteindelijk onderdak vindt in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel of Vlaanderen. 26 procent heeft een plaats in het Franstalige onderwijs en 1 procent volgt privéonderwijs of onderwijs in het buitenland.”
Sociale onderwijskloof
Er bleef echter een groep van minstens 4 procent, of 152 kinderen, over die geen school gevonden hebben hoewel zij ruim op voorhand alle nodige stappen ondernamen om hun kind in te schrijven, zegt Vaesen. “Daarnaast is er ook nog een groep van 104 kinderen die we niet konden bereiken en waarvan we niet weten of ze een school gevonden hebben."
"De meeste van die niet-ingeschreven kinderen waren aangemeld voor de onthaalklas en de eerste twee kleuterklassen. Al in het kleuteronderwijs ontstaan zo sociale drempels die later mogelijk inwerken op een sociale onderwijskloof.”
'Dringend meer plaatsen in kleuterklas nodig'
Het LOP roept daarom net zoals de voorgaande jaren op om te blijven investeren in extra plaatsen. De nood is zeer hoog in de onthaalklas en eerste kleuterklas, en in de gemeenten Schaarbeek, Brussel, en Molenbeek.
Capaciteitsuitbreiding in aangrenzende gemeenten zou ook het nodige soelaas kunnen bieden “omdat de nood aan plaatsen de gemeentegrenzen overstijgt”. Tegelijkertijd gaat het LOP Brussel Basisonderwijs ook op zoek naar middelen om een verfijnde analyse te maken van de capaciteitsdruk in het Nederlandstalige basisonderwijs.
Lees meer over: Brussel , Onderwijs , Jongeren , Joost Vaesen , LOP
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.