In de Belliardstraat opent deze week een meertalige school, speciaal voor Oekraïense kinderen. De drijvende kracht achter het project is Maria Smirnova, die in een maand tijd het hele project op poten zette. “We zijn geen eeuwige vervanging, maar een tijdelijke oplossing om de overgang makkelijker te maken.”
| Maria, directeur van de Oekraïense School in de Belliardstraat.
In de Belliardstraat nummer 4-6 zijn drie etages gereserveerd voor ‘VESNA’, zo staat te lezen op de brievenbussen in de gang van het kantoorpand. Vesna, dat is de tweetalige school voor Oekraïense kinderen die nu opent. Vesna betekent zowel in het Oekraïens als in het Russisch ‘lente’, door de oprichtsters gekozen als een symbool voor hoop en een nieuw begin.
Maria Smirnova woont zelf in Brussel sinds september. Eerder woonde ze vijftien jaar in Parijs, waar ze drie meertalige montessorischolen oprichtte. Ze verhuisde naar Brussel voor de middelbare school van haar zoon: montessori-onderwijs bestaat in Frankrijk niet voor leerlingen in het secundair onderwijs. Op school in Brussel ontmoette de van oorsprong Russische Smirnova mede-ouder Kira uit Oekraïne, met wie ze besliste de school Vesna op te richten.
Toen de oorlog uitbrak, wilden de beide moeders iets doen voor de net aangekomen Oekraïense kinderen. Veel mensen hielpen al met voedsel en onderdak, maar het duo vroeg zich af wat de volgende stap zou zijn. Zo ontstond het idee om een netwerk op te zetten waar jonge scholieren hun onderwijs kunnen voortzetten. Algauw vond Smirnova niet alleen het gebouw in de Belliardstraat, via haar netwerk, maar ook tweehonderd vrijwilligers die bereid waren om les te geven of ondersteuning te bieden, van psychologen tot leerkrachten Frans en heel wat Oekraïense leerkrachten.
“Oekraïne had fantastische leerkrachten, die nu hier zijn. Er is geen reden waarom het niet zou lukken om hier samen een school op te bouwen,” zegt Smirnova. “De school helpt zo zowel volwassenen en kinderen om hun leven voort te zetten in een andere context.”
“Oekraïne had fantastische leerkrachten, die nu hier zijn. Er is geen reden waarom het niet zou lukken om hier samen een school op te bouwen”
Hoe is het voor Oekraïense families om hier aan te komen?
Maria Smirnova: Sommigen worden ergens thuis opgevangen, bij Belgen. Die zijn natuurlijk heel vriendelijk, maar specifieke, op hen toegespitste steun ontbreekt soms, is onze ervaring. Anderen hebben soms al een netwerk, maar zeker is dat de kinderen in beide gevallen de sociale interacties echt missen. Het duurt vijf jaar voordat een kind een nieuwe taal beheerst zoals een moedertaalspreker, blijkt uit onderzoek. Dat is snel, maar terwijl ze andere talen aan het leren zijn, mogen ze de link met de moedertaal niet verliezen. Zo kunnen ze hun gevoelens blijven uitdrukken en zich deel voelen van een gemeenschap. Ik denk dat het belangrijk is dat ze zich niet minderwaardig voelen ten opzichte van de klasgenootjes, alleen omdat ze de taal niet spreken. De moedertaal helpt ook om een identiteit op te bouwen. Ik geloof dat wij volwassenen de keuze nu niet voor hen mogen maken.
Het is niet zeker hoelang de Oekraïense leerlingen zullen blijven.
Smirnova: Inderdaad. We willen alle opties openhouden. Volgens de statistieken blijven vluchtelingen over het algemeen langer dan vijf jaar weg uit hun moederland, we weten nog niet hoe het voor Oekraïne zal zijn. Bij Vesna willen we dat ze – wat het scenario ook is – toch verder kunnen met hun leven. Ofwel worden ze burgers met de Oekraïens-Belgische nationaliteit, ofwel gaan ze op een bepaald moment terug naar Oekraïne. Maar de tweetaligheid nemen ze sowieso mee.
Dertienduizend minderjarige Oekraïners zijn aangekomen in België, en slechts zo’n 1.200 gaan naar school. Hoe verklaart u dat?
Smirnova: Het verschilt van gezin tot gezin, sommigen wachten nog op een plekje in een lokale school, anderen hebben geen stabiele woonsituatie. Ook weten we niet of ze mentaal in staat zijn om te leren, na alle stress die ze hebben meegemaakt. Maar er zijn ook ouders die erop rekenen dat ze snel terug zullen gaan, ze zien het nut er niet van in om het kind in België naar school te sturen.
Tegenstanders zullen misschien vrezen dat tweetalig onderwijs Engels-Oekraïens ten koste gaat van de kennis van de Belgische nationale talen. Wat zeg je tegen hen?
Smirnova: We zijn geen eeuwige vervanging van de school, maar een tijdelijke oplossing om de transitie makkelijker te maken. Om in een nieuwe omgeving met succes te kunnen leren, moeten kinderen zich emotioneel veilig voelen, een goed gevoel van eigenwaarde hebben en het gevoel hebben erbij te horen. Op dit moment is dat voor Oekraïense kinderen alleen mogelijk als ze toegang hebben tot onderwijs in hun moedertaal voor ten minste een deel van de week. Uiteindelijk zullen ze de lokale talen wel leren, maar volgens mij zijn er verschillende manieren om dat te doen.
We willen de mensen de tijd geven. Ik kreeg een telefoontje van ouders die een poging hebben gedaan om hun kind naar een lokale school te sturen. Er waren geen andere Oekraïense kinderen en er was ook geen speciaal programma: het was een traumatiserende ervaring voor het kind. Het had psychologische hulp nodig in zijn eigen taal, maar die was er niet. De schoolcontext gaf te veel bijkomende stress boven op het trauma van de oorlog. Dat werkt contraproductief bij het leren van een nieuwe taal.
Zal een achttienjarige scholier die van Vesna vertrekt kunnen doorstromen naar een Belgische hogeschool of universiteit?
Smirnova: We willen in de eerste plaats families en gezinnen ondersteunen. Onderwijs vormt de schakel naar de toekomst, maar omdat we niet weten hoe die toekomst eruitziet, proberen we de kinderen op alles voor te bereiden. Ook kijken we naar de noden van de leerling. Als hier iemand aankomt van zeventien die medicijnen wil studeren, gaan we samen met de ouders, leerkrachten en mensen uit ons netwerk kijken wat ervoor nodig is om die droom te realiseren.
Hoopt u op erkenning van Belgische overheden of internationale instellingen?
Smirnova: We worden een gratis privéschool en moeten nog zien welke erkenning we krijgen. Op dit moment maken we een samengesteld curriculum, dat niet hetzelfde is als het Oekraïense curriculum noch het Belgische. We moeten heel agile zijn in onze aanpak, want het project is pas begonnen. Wel zijn bepaalde zaken al duidelijk: we worden een tweetalige school met Engels en Oekraïens. Daarnaast komen er ook lessen in het Frans en in het Nederlands. We hebben een groot netwerk van tweehonderd vrijwilligers bereid gevonden om mee te helpen en hebben net een crowdfundingcampagne gelanceerd. We hopen in een later stadium op Europese subsidies voor een meer structurele financiering om zo de leerkrachten een salaris te kunnen uitbetalen.
"Onderwijs in de moedertaal zou volgens mij altijd deel moeten uitmaken van het totaalpakket, of dat nu een paar uur per week is of meer"
Vlaams minister van Onderwijs, Ben Weyts (N-VA) zei onlangs nog dat het een uitzondering moet blijven dat Oekraïense leerkrachten lesgeven in de Vlaamse scholen. Hij vreest dat het de deur zou openzetten naar een veelheid aan talen binnen het onderwijssysteem, waaronder Turks of Arabisch.
Smirnova: Ik begrijp dat het idee van onderwijs in de moedertaal op de plaatselijke scholen niet gebruikelijk is, uit vrees dat dat het leren van de plaatselijke taal in de weg zal staan. Dat is niet wat uit onderzoek blijkt. Er zijn verschillende studies uitgevoerd door Jim Cummins, specialist op het vlak van meertaligheid, waaruit blijkt dat scholen die onderwijs in de moedertaal aanbieden aan migranten betere resultaten boeken. Onderwijs in de moedertaal zou volgens mij altijd deel moeten uitmaken van het totaalpakket, of dat nu een paar uur per week is of meer. Ik begrijp wel dat de invoering van dat idee op gewestelijk niveau gecompliceerd zou zijn. Het zou veel druk op het schoolsysteem kunnen veroorzaken. Wij werken met dit proefproject op veel kleinere schaal en hebben daarom de mogelijkheid om ons aan snel aan te passen en te experimenteren.
Het Onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers (OKAN) is speciaal gericht op taallessen voor anderstalige kinderen die het onderwijs daarna kunnen instromen. Waarom zou dat voor Oekraïense kinderen anders zijn?
Smirnova: Dat werkt op papier heel goed, maar in de praktijk niet altijd. Ik heb van een van de ouders gehoord dat hun Oekraïense kind alleen in een klas zat met vijftien Afghaanse kinderen. Hun puber kon met niemand praten, en voelde zich eenzaam en angstig. Dat kind moet nu doorgaan met leren, niet over vijf jaar als het de landstaal spreekt. Stel je dat voor: vijf jaar zonder discussies met leeftijdsgenootjes! In Nederland zijn er trouwens net verschillende scholen geopend speciaal voor Oekraïense kinderen, waar Engels, Nederlands en Oekraïens wordt onderwezen (opgezet door de Nederlandse overheid, red.). Op andere plekken binnen het schoolsysteem was niet voldoende plaats. Dat zijn interessante projecten om te volgen.
Lees meer over: Brussel-Stad , Onderwijs , oekraïense school , Maria Smirnova , Belliardstraat , Vesna
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.