In het Nederlandstalige secundair onderwijs wordt de voorrangsregeling die de sociale mix moet verzekeren, afgeschaft. Dat besliste de Vlaamse regering in september. De totale willekeur van de loting die vorig jaar werd ingevoerd, zal ervoor zorgen dat leerlingen evenwichtig verspreid worden, zegt Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V). Groen is het daar specifiek voor Brussel niet mee eens en vraagt een herziening van de nieuwe inschrijvingsregels voor scholen in de hoofdstad.
Voorrangsregels voor kwetsbare leerlingen in secundair onderwijs afgeschaft
Sinds dit schooljaar vervangt een systeem van loting voor het eerst het vroegere systeem van tijdsregistratie bij inschrijvingen voor het Nederlandstalige secundair onderwijs. Die loting moest ouders zonder breed sociaal netwerk of snelle computer dezelfde kansen geven. Ouders geven maximaal vijf scholen naar keuze op, en vervolgens wijst het Lokale Overlegplatform voor het secundair onderwijs (LOP) het aantal vrije plaatsen toe.
Als alle vrije plaatsen in de favoriete school van de ouders volzet zijn voor hun kind er terechtkan, wordt de tweede keuze bekeken, en zo verder. Hoe meer keuzemogelijkheden ouders opgeven, hoe meer kansen ze dus hebben om binnen te raken in één van de scholen van hun keuze.
Twee potjes met leerlingen
Tot nu toe werd bij de inschrijvingen een systeem met twee potjes gebruikt, dat met een ingewikkelde term de 'dubbele contingentering' heet. Eén contingent of groep is de groep van kansarme 'indicatorleerlingen' of GOK-leerlingen (staat voor 'gelijke onderwijskansen'), de andere zijn de kansrijke 'niet-indicatorleerlingen'. Indicatorleerlingen zijn kinderen van wie de moeder geen diploma heeft van het secundair onderwijs, of wiens gezin een schooltoelage ontvangt.
In Brusselse secundaire scholen werd gewerkt met een 75%-25%-verdeling. Als het plafond in één van beide potjes bereikt is, krijgen leerlingen in het andere contingent voorrang. Door vooraf een percentage indicatorleerlingen en niet-indicatorleerlingen te bepalen, zou de school de voorwaarden voor de sociale mix garanderen.
Die contingentering wordt nu afgeschaft. Volgens minister Crevits is dat evenwel geen probleem, omdat de willekeur van de loting automatisch voor een evenwichtige spreiding van leerlingen zal zorgen. Als in een school met 100 vrije plaatsen 100 kansrijke en 100 kansarme kinderen worden aangemeld, dan zullen door het toevalsprincipe min of meer 50 kansrijke en 50 kansarme kinderen er terechtkunnen.
"Bovendien", laat de minister weten, "zullen scholen de mogelijkheid krijgen om 20 procent van hun vrije plaatsen voor te behouden voor ondervertegenwoordigde groepen." In LOP-gebieden, zoals Brussel, leggen de lokale overlegplatforms (LOP) hierrond een gedragen voorstel ter bekrachtiging voor aan het gemeentebestuur. De lokale overlegplatforms monitoren vier jaar lang de effecten ervan.
"De nieuwe regels zijn niet op maat van Brussel, kansarme kinderen zullen daar de dupe van worden."
'Kansarmen de dupe'
Maar Groen Brussel roept minister Crevits op de nieuwe inschrijvingsregels te herzien voor Brussel. "De nieuwe regels zijn niet op maat van Brussel, kansarme kinderen zullen daar de dupe van worden", waarschuwen Bruno De Lille en Elke Van den Brandt in een persbericht afgelopen donderdag.
Op een vraag over de impact van de nieuwe inschrijvingsregels zei Guy Vanhengel (Open VLD), VGC-collegevoorzitter bevoegd voor Onderwijs, "dat de lokale overlegplatformen hebben aangegeven dat het schrappen van de voorrang voor kansarme kinderen naar alle waarschijnlijkheid de voorzichtige sociale mix in veel scholen teniet zal doen". Bovendien verklaarde de collegevoorzitter dat het duidelijk was dat de nieuwe inschrijvingsregels de capaciteitsdruk niet zullen doen afnemen.
Volgens de groenen is er niet nagedacht over wat de impact van de veralgemeende nieuwe regels op Brussel zal zijn. “Er is een groot capaciteitsprobleem in de Brusselse scholen en dat moet aangepakt worden. Maar in plaats van voldoende scholen te bouwen, beperkt Vlaanderen zich tot het aanpassen van de inschrijvingsregels”, zegt Elke Van den Brandt (Vlaams Parlementslid voor Groen).
Voorrang Nederlandstaligen
Binnen het nieuwe 'totale lotingssysteem' zullen wel nog altijd een aantal voorrangsregelingen blijven bestaan. Onder meer voor broers en zussen, kinderen van het onderwijzend personeel en, in Brussel, Nederlandstaligen. Zij krijgen in het nieuwe systeem nog meer voorrang dan nu al het geval is, met 65 procent van de plaatsen voorbehouden voor kinderen van Nederlandstalige ouders, en nog eens 15 procent voor kinderen die al in het Nederlands school liepen in het basisonderwijs.
BRUZZ interviewde ook Petrus Van den Cruyce, de voorzitter van het LOP secundair in Brussel over zijn kijk op de nieuwe regels.
Lees meer over: Brussel , Onderwijs , voorrangsregeling Nederlandstaligen , voorrangsregels onderwijs , Hilde Crevits
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.