Actiris

| Een flitsend gebouw, maar nog geen flitsende resultaten.

Bijgedachte

'Het is niet dat Actiris faalt, maar het kan veel beter'

Steven Van Garsse
© BRUZZ
02/11/2021

Laten we beginnen met een gedachte-experiment. Zou de VDAB kunnen waar Actiris vandaag in Brussel onvoldoende in slaagt? Te weten: meer mensen aan de slag krijgen. Het antwoord zal genuanceerd zijn. De VDAB zal meteen moeten vaststellen dat de Brusselse arbeidsmarkt serieus scheef zit. Aan de ene kant zijn er veel ongeschoolde werkzoekenden, die dan nog eens vanuit de hele wereld komen. Aan de andere zijde zijn er vooral jobs voor hooggeschoolden. Het is de mismatch waar al veel inkt over is gevloeid.

Maar de VDAB zal, met zijn ervaring in Vlaamse steden, wellicht met meer ijver naar oplossingen zoeken om de activering van werkzoekenden op een hoger niveau te tillen. En zal met zijn no-nonsensbeleid wellicht ook betere resultaten kunnen voorleggen.

Wil dat zeggen dat Actiris faalt? Ook hier is het antwoord genuanceerd. Onder de vorige CEO Grégor Chapelle is Actiris van bestoft arbeidsbureau een flitsend bedrijf geworden, gevestigd in een even flitsend kantoorgebouw. Dat heeft vertrouwen gecreëerd bij werkzoekenden én bij werkgevers. Het was een eerste belangrijke stap naar een effi ciëntere arbeidsbemiddeling in Brussel.

Bovendien werd de samenwerking met de VDAB geïntensifi eerd, en ja, zelfs de werkzoekenden worden vandaag beter opgevolgd en geprikkeld om echt naar een baan te zoeken. De daling van de jongerenwerkloosheid was dan ook een van de grote verdiensten van de vorige CEO.

Denemarken

En toch kan het beter. Dat hebben de ministers van Werk Hilde Crevits (CD&V) en Bernard Clerfayt (Défi ) met eigen ogen kunnen vaststellen bij hun bezoek aan Denemarken, waar flexicurity al sinds de jaren 1990 hoogtij viert. Een soepele arbeidsmarkt gecombineerd met een sociaal vangnet, met veel aandacht voor vorming en een focus op de loopbaan eerder dan op vast werk. Minder werkloosheid, een goed geoliede economie en meer arbeidsvreugde zijn het gevolg.

Natuurlijk is het altijd moeilijk om buitenlandse voorbeelden zomaar over te nemen. En zeker in België is de institutionele lasagne eerder een nadeel dan een voordeel. Maar toch zijn de uitdagingen voor de arbeidsmarkt in de Brusselse regio enorm en valt er wel degelijk wat te leren uit de ervaringen van Denemarken.

Hoe kan het beter? In een recent artikel over de economie in Vlaanderen, Wallonië en Brussel in het Voka-tijdschrijft doet hoofdeconoom Bart Van Craeynest enkele interessante vaststellingen. Een: de drie deelstaten zijn economisch volledig op elkaar aangewezen. Vlaanderen is de eerste handelspartner van Brussel. En Vlaanderen kan economisch niet zonder Brussel.

"Actiris zet nog altijd te weinig druk op de werkzoekende als het over jobs gaat in Vlaanderen"

Steven Van Garsse - senior writer

Maar Van Craeynest stelt ook een ongerijmdheid vast. In een goed functionerend federalisme zouden de ‘armere’ gewesten een kostenvoordeel moeten uitspelen, zodat ze op termijn het rijkere gewest kunnen bijbenen. Dat gebeurt te weinig. Ze zetten vooral in op een duurdere overheidseconomie. Die kritiek gaat vooral over Wallonië, maar ook Brussel buit zijn opportuniteiten te weinig uit.

Brussel zit met een grote groep werkzoekenden die kortgeschoold zijn, maar voor wie er geen banen zijn in de hoofdstedelijke diensteneconomie. Die zijn er wel in Vlaanderen. In de regio rond Zaventem is er een enorme krapte op de arbeidsmarkt.

De arbeidsmobiliteit tussen Brussel en Vlaanderen is het laatste decennium toegenomen, maar er ligt nog altijd een zee aan mogelijkheden, zowel voor de Brusselse werkzoekende als de bedrijven die op zoek zijn naar extra handen.

Koudwatervrees

Waar loopt het dan mis? De bereikbaarheid, bijvoorbeeld ’s nachts of ’s ochtends vroeg is een van de drempels. De talenkennis is een andere. En verder is er blijkbaar de koudwatervrees van de Brusselse werkzoekende om de gewestgrens over te steken om er te gaan werken.

Maar er is meer. Bij de VDAB valt al langer te horen dat er meer structurele maatregelen nodig zijn om de toeleiding van Brusselse werkzoekenden naar Vlaanderen te verhogen. Lees: Actiris zet nog altijd te weinig druk op de werkzoekende als het over jobs gaat in Vlaanderen. Het blijft bij sensibiliseren en opleiden. Het is vooral de wortel, maar te weinig de stok.

Over enkele weken neemt Cristina Amboldi het roer over bij Actiris, nadat Grégor Chapelle begin dit jaar zijn vertrek aankondigde. Ze kent Actiris goed, zowel intern, als vanuit haar verschillende kabinetsfuncties. Chapelle heeft van Actiris een goed draaiend overheidsbedrijf gemaakt. Het is nu aan Amboldi om een stap verder te gaan en de activering met nog meer voluntarisme aan te pakken. De Brusselse werkzoekenden én de economie in de metropolitane regio kunnen daar alleen maar wel bij varen.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni