Goedgekeurde resolutie perkt aantal medewerkers voor ex-regeringsleden in

De commissie Algemene Zaken van het Brussels Parlement heeft maandag unaniem een voorstel van resolutie goedgekeurd die de regeling voor medewerkers van ex-regeringsleden gevoelig inperkt. Enkel de twee commissieleden van PTB (PVDA) onthielden zich.

Oud-ministers of -staatssecretarissen kunnen in de toekomst beschikken over één medewerker in plaats van twee, en dat gedurende twee jaar in plaats van de vijf jaar van de volledige legislatuur vandaag.

Voor een regeringslid dat niet de volledige legislatuur zijn mandaat bekleed heeft, wordt de periode in verhouding veminderd. Zo heeft een uittredend minister, die slechts één jaar en drie maanden op post was (een kwart van de legislatuur) gedurende zes maanden het recht op een medewerker.

In de resolutie wordt de Brusselse regering ook gevraagd om met de andere regering een "coherent geheel aan praktijken op dit gebied te ontwikkelen". Het parlement dringt ook aan op een eenvorming geldelijk statuut. De inperking zou vanaf volgende legislatuur in werking treden.

Eigen voorstel

Uiteindelijk besliste de meerderheid maandag in commissie op basis van haar voorstel te werken. Dat betekende dat het voorstel van resolutie van Cieltje Van Achter (N-VA), haar fractiegenoten en Pepijn Kennis (Agora) aan de kant geschoven werd. Die tekst werd vorige week al voorgesteld en besproken.

Maar tot een artikelsgewijze bespreking kwam het niet, omdat de meerderheid wilde wachten tot haar eigen voorstel in overweging genomen zou worden. Dat leidde toen tot hevig protest op alle oppositiebanken. "De meerderheid heeft dit de voorbije jaren van de agenda gehouden", zegt Van Achter. "Nu het eindelijk geagendeerd is, dient de meerderheid een kopie van ons voorstel in."

Hoewel de N-VA-fractieleidster deze "oude vorm van politieke spelletjes" betreurt, is ze wel opgetogen dat er verandering zit aan te komen. "Als Brussel dit systeem samen met Vlaanderen had ingevoerd, dan waren er al miljoenen euro’s bespaard geweest en kleurde onze begroting iets minder rood."