Gosuin over dieselban: 'Burger niet voor de gek houden'

De beslissing om dieselvoertuigen vanaf 2030 te verbieden, zal waarschijnlijk een aantal uitzonderingen kennen. Dat zegt Brussels minister van Economie Didier Gosuin (Défi), die erop hamert dat het niet bij loze beloftes mag blijven, en er een serieus onderzoek komt. "We mogen de burger niet voor de gek houden."

De studie naar de dieselban waartoe het Brussels gewest zich voor heeft geëngageerd, moet serieus genomen worden en in de resultaten ervan moeten met de bevolking worden gedeeld. Dat zegt minister van Economie en Werk Didier Gosuin (Défi) in de marge van een Défi-congres.

Want er zullen uitzonderingen op de dieselban bestaan. "We mogen de burger niet voor de gek houden", aldus Gosuin.

De openbaarvervoermaatschappij MIVB, bijvoorbeeld, heeft volgens Gosuin nog niet alle hybride voertuigen in gebruik genomen die het heeft besteld. Die voertuigen zijn dus niet volledig elektrisch, maar hebben wel een levensduur van tenminste twaalf jaar.

Ook de vrachtwagens van Net Brussel hebben een lange levensduur. “De vrachtwagens die ik heb besteld in begin 2000 rijden nog altijd. Er is geen elektrisch alternatief voor dit type motor,” vertelt Gosuin.

Volgens de minister moet er dan ook een onderscheid gemaakt worden tussen privévoertuigen en publieke voertuigen. “Als we iets willen, moeten we er ook voor zorgen dat we het waar kunnen maken. Dat betekent dat alle aspecten nauwkeurig moeten worden onderzocht,” sluit Gosuin af.

De Brusselse regering heeft afgelopen donderdag een principeakkoord bereikt om tegen 2030 een volledige dieselban in te voeren. Ook bezinewagens worden mogelijk in de toekomst uit de stad geweerd.