Minder parkeerplaatsen voor vlotter verkeer

BRUZZ analyseert het regeerakkoord. De nieuwe Brusselse regering gaat het parkeerbeleid gebruiken als hefboom voor minder autoverkeer, wat concreet wil zeggen dat het aantal parkeerplaatsen in de openbare ruimte zal dalen. Kantoorgebouwen zullen het ook met minder plaatsen moeten doen, om pendelen met de auto te ontmoedigen.

Het parkeerbeleid van bestuursploeg Vervoort III gaat verder op de weg die de vorige regering was ingeslagen. Het parkeerbeleid wordt wat dwingender. Minder parkeerplaatsen in de openbare ruimte moeten leiden tot een verlaging van de autodruk en een aangenamere stad voor bewoners en bezoekers.

De redenering is dat een groot aanbod van parkeerplaatsen het aantrekkelijk maakt om de auto te nemen. Bovendien is ruimte in de stad te kostbaar om te gebruiken om auto's op te laten stilstaan.

Het aantal parkeerplaatsen zal dus afnemen en in de plaats zal er ingezet worden op parkeren buiten de openbare weg (bijvoorbeeld in betalende parkeergarages).

Bedrijven zullen het ook moeten doen met minder parkeerplaatsen voor hun personeelsleden. Die worden zo aangezet om de fiets of het openbaar vervoer te nemen, of een overstapparking buiten de stad te gebruiken. De regering zal de milieubelasting op overtollige parkeerplaatsen gebruiken. In de bedrijfsgarages moet ruimte komen voor deelwagens en bewoners, zodat de garages ook 's nachts benut worden.

Maximumnorm voor woningen

Cruciaal in het parkeerbeleid is ook de parkeernorm voor woningen. Vandaag bestaat er een minimumnorm voor nieuwe gebouwen: per woning moet er minstens een bepaald aantal parkeerplaatsen gebouwd worden. De regering wil de norm omkeren naar een maximumnorm: per woning mogen er niet meer parkeerplaatsen zijn dan de regering vastlegt. Het wordt ook mogelijk om woningen te bouwen zonder parkeerplaatsen.

Vandaag zorgen de minimumnormen er soms voor dat projectontwikkelaars verplicht zijn parkeerplaatsen aan te leggen die ze eigenlijk niet willen. In de Belliardstraat werd een groot bouwproject afgekeurd omdat er te weinig parking voorzien was. Volgens de ontwikkelaar was er bij potentiële bewoners echter weinig vraag naar parking.

Liggen gemeentes dwars?

Grote delen van het parkeerbeleid zijn echter in handen van de Brusselse gemeentes. De Brusselse regering kan hen niet verplichten om parkeerplaatsen te schrappen. Ze zal wel proberen te onderhandelen om de tarieven en het beleid te uniformiseren. Er komt een maximum van twee parkeerkaarten per gezin, die niet langer uitgegeven zouden worden door de gemeente.

De regering kan wel de tactiek van de wortel en de stok gebruiken. Soms kunnen gemeentes budgetten van het gewest gebruiken voor mobiliteitsprojecten. Ze zullen dat (felbegeerde) geld alleen krijgen als hun projecten de doelstellingen van het regeerakkoord volgen.