Uitgelicht: Bierliefhebber wordt brouwer
Lees ook: Gatz stapt uit nationale politiek
N et zevenentwintig was hij, toen de Open VLD'er in 1995 het Brussels parlement binnenrolde. Gatz had toen drie jaar op het kabinet van staatssecretaris Vic Anciaux (VU) gewerkt, die hij zijn politieke vader noemt. In de gangen van het Brussels parlement - toen nog op de zolder van de Senaat - stelde hij zich voor met de woorden: vader van drie kinderen, samenwonend, niet getrouwd. In 1995 betekende dat nog iets. Gatz was lid van de VU, een verzameling individuen, links en rechts, maar Vlaams-nationalistisch. Lichtjes anarchistisch ook, zo zegt Gatz vandaag. Zelf was, is Gatz links, links-liberaal.
Gatz heeft zich in het Brussels parlement van meet af aan ontpopt als een noeste werker. Een denker ook, een man van de nuance die goed gedijde als parlementslid voor de meerderheid. Als oppositieleider had hij het wat moeilijker om de toon te vinden, alhoewel hij er onlangs in slaagde om minister-president Kris Peeters in het nauw te brengen. Peeters was met astma-patiënten de Aconcagua gaan beklimmen. Gatz haalde snoeihard uit: "Plus haut monte le singe, plus il montre son cul."
Gatz, pas een jonge veertiger, heeft het niet alleen waargemaakt in de politiek, hij is ook een goede schrijver. Over steden, stedelijkheid en over liberalisme. Maar het boek dat het best is bijgebleven, is Bastaard - Het verhaal van een Brusselaar. Een boek dat tegelijk in het Nederlands en het Frans is verschenen. "Een Brussel-boek is alleen geloofwaardig als het in de twee talen verschijnt," zei Gatz toen, in 2008. In Bastaard laat Gatz ook voor een keer de strikte scheiding tussen politiek en privé vallen, omdat het persoonlijke het toelaat over politiek voor een ruim publiek te schrijven: "Thuis werden we opgevoed in Algemeen Nederlands. (...) Mijn ouders hadden nochtans kunnen kiezen voor een tweetalige opvoeding. Mijn moeder, hoewel perfect tweetalig, had het Frans als moedertaal. (...) Mijn vader wist hoe subtiele verfransingsprocessen lelijk hadden huisgehouden in de hoofdstad." Het citaat zegt veel over de bedachtzaamheid waarmee Gatz tegen de dingen aankijkt.
Vriendschap
Gatz heeft het uiteenvallen van de VU van op de eerste rij meegemaakt. Eerst stapt hij samen met Bert Anciaux mee in VU-ID, later naar Spirit. Maar een hoogoplopende ruzie tijdens een barbecue betekent de definitieve breuk tussen de twee. In 2002 deden hier al verhalen over in de wandelgangen, nu spreekt Gatz er in kranteninterviews zelf over. En Gatz spreekt niet als hij niet heeft nagedacht.
Na zijn overstap in 2002 wordt Gatz vlug aanvaard in de liberale club. Samen met de Gentenaar Sas van Rouveroij en de Antwerpenaar Christian Leysen schrijft hij Stadslucht maakt vrij. En in Brussel raakte hij bevriend met Guy Vanhengel. Zijn overstap naar Open VLD heeft hij zich nooit beklaagd. En hij gaat niet ontmoedigd weg; de kans om zijn carrière een andere wending te geven heeft hij aangegrepen.
In De Tijd van vorige zaterdag klinkt het zo: "Ik vind politiek nog altijd een mooie job. Ik zou het mijn drie kinderen nooit afraden. Het enige wat me niet lekker zit, is dat ik kiezers en enkele vrienden, zoals Guy Vanhengel, moet teleurstellen. En dat ik moet weggaan nu de Belgische politiek een van haar donkerste bladzijden schrijft."
Gatz' liefde voor het bier was bekend. Hij lanceerde het bier Halfrond, schreef een boek met de 101 tofste cafés, Gruuten dëst, en hij leerde in het volwassenenonderwijs bier brouwen - waardoor hij zich zytholoog mag noemen.
Hoe onverwacht zijn vertrek uit de nationale politiek ook moge zijn, dat hij aan de slag gaat bij de Unie van de Belgische Brouwers verrast niet. Als Gatz' toekomstige bierverhalen even goed zullen zijn als zijn stedelijke verhalen - en waarom zouden ze dat niet zijn? -, dan wachten de brouwers boeiende dagen.
Lees meer over: Politiek , Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.