Veel kritiek op Paspartoe

De invoering van Paspartoe, de nieuwe vrijetijdspas van de VGC, die de cultuurwaardebon vervangt, lag in de Raad van de Vlaamse Gemeenschapscommissie onder vuur. Bij meerderheid én oppositie.

Paspartoe heeft een dubbel doel: de cultuurparticipatie verhogen bij kansarmen, maar het is tegelijk een beloning wie vaak naar theater, dans of concert gaat in Brussel. Het is zowel een armoedepas, als een spaarkaart.

In de Raad van de VGC lag de pas echter onder vuur. Ook bij de meerderheid. Raadslid René Coppens (Open VLD) betreurt dat de gewone Brusselaar, die vroeger recht had op drie cultuurwaardebonnen per jaar, nu nog slechts één bon zal krijgen. Hij vreest ook een inkomstenderving voor de cultuurhuizen. “Sommige gemeenschapscentra hadden tot 9.000 euro inkomsten uit de cultuurwaardebon, hoeveel zal daar nog van overblijven met Paspartoe,” vraagt Coppens zich af. Open VLD had liever een testfase gezien, alvorens het definitief afschaffen van de cultuurwaardebon.

CD&V vindt het een goede zaak dat kansarmen nu goedkoper van cultuur zullen kunnen genieten, maar vreest dat Paspartoe een streep door de rekening is van het cultureel verenigingsleven. Culturele verenigingen gebruikten de cultuurwaardebon voor de organisatie van groepsactiviteiten. Dat financiële duwtje in de rug valt nu weg, zegt raadslid Bianca Debaets (CD&V).

SP.A is in principe gewonnen voor de vrijetijdspas, maar vindt dat het schort aan de uitwerking ervan. Raadslid Jef Van Damme citeert een jeugdwerker die op zijn Facebook uithaalde naar het VGC-initiatief. Volgens de jeugdwerker doet Paspartoe alle vroegere inspanningen te niet doet om jongeren naar theater te krijgen.

Van Damme vraagt zich ook af of de cultuurhuizen wel de middelen hebben om de goedkope toegangsprijzen voor kansarmen op te hoesten. Ze moeten instaan voor 40 procent van de korting, de VGC past de andere 60 procent bij. “Zullen de cultuurhuizen dat kunnen, zonder de algemene ticketprijzen te verhogen?”