Vanaf dit jaar wordt er flink geknipt in de vergoedingen van politieke mandatarissen bij intercommunales en andere openbare instellingen. Forfaitaire vergoedingen zijn vanaf nu volledig uit den boze, enkel geplafonneerde zitpenningen blijven bestaan. Dat betekent voor heel wat bestuursleden een flinke hap uit hun vergoedingen.
Vergoedingen bij intercommunales flink aan banden gelegd
De maatregelen kaderen in de nieuwe regels rond transparantie en goed bestuur die de Brusselse regering goedkeurde. De nieuwe regels moeten de vergoedingen van politieke verkozenen in intercommunales en andere openbare instellingen aan banden leggen en gingen in vanaf 1 januari 2018, schrijft La Capitale en bevestigt het kabinet van minister-president Rudi Vervoort (PS) aan onze redactie. "De regels gelden voor alle lokale en regionale openbare instellingen", aldus het kabinet-Vervoort.
Voortaan mogen politieke mandatarissen niet langer forfaitair vergoed worden. Dat was het geval bij bijvoorbeeld de intercommunale watermaatschappij Vivaqua, waar de vier bestuurders en toenmalig voorzitter Yvan Mayeur (PS) elk 56.000 euro bruto verdienden per jaar. Daarbovenop kwamen ook nog zitpenningen per vergadering, maar die werden in april 2017 al afgeschaft door de raad van bestuur.
120 euro bruto per vergadering
De nieuwe regels die het Brussels gewest opleggen gaan echter veel verder. Niet alleen mogen er geen forfaitaire vergoedingen meer uitbetaald worden, de zitpenningen per bijgewoonde vergadering worden ook geplafonneerd en worden enkel uitbetaald bij een bewezen aanwezigheid.
Zo mogen mandatarissen die in de raad van bestuur van een intercommunale zetelen voortaan maximum 120 euro bruto per vergadering krijgen, en dat voor 20 vergaderingen per jaar. Dat komt dus overeen met zo’n 2.400 euro bruto per jaar, heel wat minder dan de gangbare 5- tot 6.000 euro die tot vorig jaar aan zitpenningen werd betaald bij bijvoorbeeld Vivaqua.
Wie in het bureau van een openbare instelling zetelt, strijkt voortaan eveneens 120 euro bruto per vergadering op, maar dit slechts 10 keer per jaar. Mandatarissen die zowel in de raad van bestuur als in het bureau zetelen, mogen die vergoedingen wel cumuleren en kunnen dus tot 3.600 euro bruto per jaar verdienen aan zitpenningen. Toch is dat een heel pak minder dan de bedragen die Vivaqua voordien aan de leden van haar bureau uitbetaalde, namelijk een slordige 46.000 euro.
Voor voorzitters ligt de grens wel nog hoger, met een vaste zitpenning van 300 euro en dat voor maximaal 40 vergaderingen per jaar. Dat komt overeen met 12.000 euro bruto per jaar, opnieuw heel wat minder dan de 46.000 euro die voorzitster Faouzia Hariche (PS) en vice-voorzitter Jacques Oberwoits (MR) nu opstrijken sinds zij aan het hoofd kwamen van de watermaatschappij na de exit van Yvan Mayeur (PS).
Regeringscommissarissen, tenslotte, zullen 240 euro bruto per zitting kunnen krijgen, voor maximum 40 vergaderingen, en komen dus op 9.600 euro bruto per jaar.
'Maatregelen dateren van voor schandalen'
Belangrijk: al die bedragen zijn wel onderhevig aan de algemene regel die stelt dat een mandataris maar tot 150 procent van een parlementair loon mag verdienen, ongeacht het aantal mandaten. Wie boven die grens dreigt uit te komen, moet de zitpenningen dus weigeren.
Wie zich niet aan de regels houdt, riskeert eveneens een boete. "Die zijn vastgelegd in de ordonnantie", aldus het kabinet-Vervoort. "Er zijn meerdere gradaties, gezien dat er naast het plafond van de zitpenningen ook plafonds per mandataris bestaan."
"We hebben deze beslissing al genomen in mei 2016. Dat is dus lang voor de schandalen rond Publifin en Samusocial", laat het kabinet van minister-president Rudi Vervoort (PS) weten. "De regels treden inderdaad vanaf 1 januari in voege, de regering-Vervoort is daar heel tevreden mee", klinkt het nog.
Hoe transparant is het beleid?
Lees meer over: Politiek , Hoe transparant is het beleid? , vivaqua , intercommunales , zitpenningen
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.