Vlaams Belang plaatst woord 'Arabischen' terug in Congomonument

'De Belgische militaire heldenmoed verdelgt den Arabischen slavendrijver.' Dat staat nu op het Congomonument in het Jubelpark. Het woord 'Araabschen' was jaren geleden weggebeiteld. Vlaams Belangers Bob De Brabandere en Dries Van Langenhove hebben op de lege plaats nu 'Arabischen' teruggeplaatst. Ze deden dat ook bij de Franstalige versie.

Het Congomonument in het Jubelpark werd in 1921 ingehuldigd en diende om de Belgische verdiensten in de kolonie in de verf te zetten. Naast verschillende beeltenissen, is aan de linkerkant te lezen: ‘De Belgische militairen heldenmoed verdelgt den Araabschen slavendryver.’ Het woordje Araabschen leidt al decennia tot discussie, valt onder meer te lezen in het boek Het dekoloniseringsparcours van Lucas Catherine.

Achter het monument werd in de jaren 70 een paviljoen omgebouwd tot de Grote Moskee. "Dat maakte dat nogal wat gelovige Arabieren het Congomonument passeerden en zich beklaagden over de inscriptie over de Arabische slavendrijver," schrijft Catherine. "In 1989 werd dan ook op verzoek van de imam van de moskee en van de Jordaanse en Saoedische ambassadeurs de bewuste inscriptie gecorrigeerd. Het woord werd weggebeiteld."

Later werd het opschrift weer hersteld door "patriottische verenigingen", maar in 2005 verdween opnieuw het Franse "Arabe". Later werden bij een restauratie de woorden "Arabe" en "Araabschen" opnieuw weggelaten.

'Verontschuldigingscultus mag stoppen'

Vlaams Belang schrijft nu dus een nieuw hoofdstuk in het verhaal van het monument, door de slavendrijvers uit de zin opnieuw als Arabisch te benoemen. De partij doet dat door plaatjes met "Arabischen" en "Arabe" in het weggebeitelde deel van de zin te plaatsen.

“Europeanen moeten zich vandaag voor van alles en nog wat verontschuldigen, voor zaken die in een ver verleden zijn gebeurd en waarmee wij vandaag niets te maken hebben”, vindt Brussels Vlaams Belang-voorzitter De Brabandere. “Die verontschuldigingscultus mag dus weleens stoppen, wat niet wil zeggen dat de wreedheden uit het verleden moeten ontkend worden. Dat geldt voor Leopold II, maar ook voor andere boosdoeners. En al zeker voor misdaden, zoals slavernij, die tot op de dag van vandaag nog altijd verder blijven gaan in bepaalde contreien.”