In een toeristentreintje en uitgedost met boa's en feesthoedjes trokken vakbonden en werknemers uit de non-profitsector donderdag van het ene naar het andere kabinet van verschillende Brusselse regeringsleden. Ze eisen honderd miljoen euro voor de gezondheids-, welzijns- en sociaal-culturele sector.
Werknemers non-profitsector trekken met treintje naar Brusselse kabinetten
Aan elk kabinet klopte de non-profitsector tijdens de actie "Non-Profit On Tour" aan met een duidelijke eis: 100 miljoen euro voor een echte herwaardering van hun beroepen in de gezondheids-, welzijns- en sociaal-culturele sector.
Een delegatie van het gemeenschappelijk vakbondsfront werd donderdag om 12.15 uur door Brussels minister-president Rudi Vervoort ontvangen op zijn kabinet voor een eerste overleg. Daar konden ze hun eisen op tafel leggen. De vakbonden vragen honderd miljoen euro voor onder meer een loonsverhoging in alle sectoren, een arbeidstijdverkorting tot 36 uur per week, maatregelen voor een leefbaar loopbaaneinde vanaf zestig jaar, het recht op drie opeenvolgende weken vakantie, vaste werkroosters en gratis openbaar vervoer.
Het eerste overleg bood evenwel nog geen garanties dat de eisen van de non-profitsector ook echt vervuld zullen worden op korte of zelfs lange termijn. "Ze zeggen ons dat ze zich bewust zijn van het belang van onze jobs, maar dat er te weinig budget is. We zullen ons blijven mobiliseren, want er is nog geen concreet engagement", klonk het na afloop van het overleg.
Van aan het kabinet van minister-president Vervoort trokken de vakbondsleden met de nodige toeters en bellen nog richting de kabinetten van de ministers Sven Gatz, Bernard Clerfayt, Alain Maron en Elke Van den Brandt.
Lees meer over: Brussel , Politiek , non-profitsector